Let op: bewaar je kentekencard en tenaamstellingscode altijd apart van elkaar. De tenaamstellingscode kun je het beste thuis bewaren. Heb je nog een papieren kentekenbewijs? Bewaar het overschrijvingsbewijs (deel II) dan thuis op een veilige plaats.
Sommige verzekeraars betalen bovendien minder schadevergoeding uit als je geen kentekenbewijs kunt overhandigen. Bewaar het kentekenbewijs of de kentekencard daarom in je portemonnee of in een apart mapje met autopapieren dat je meeneemt als je in de auto stapt.
Het kentekenbewijs deel 3 heet sinds 1 juni 2004 het overschrijvingsbewijs. Vanaf 1 januari 2014 is dit weer vervangen door de tenaamstellingscode. Dit is het deel dat nodig is bij overschrijving van het kenteken en dat je thuis moet bewaren.
Heeft u een papieren kentekenbewijs van voor 1 januari 2014? Dan moet u het voertuigbewijs en het tenaamstellingsbewijs altijd bij u hebben.
Het is erg verleidelijk om je kentekencard in de auto te bewaren. Maar doe dit niet. Bij diefstal van de auto moet je namelijk altijd het volledige kentekenbewijs kunnen inleveren bij de verzekeraar.
Je bent verplicht je kentekenbewijs bij je te hebben als je met je auto rijdt. De politie kan er bij aanhouding naar vragen. De politie kan een boete opleggen als je het kentekenbewijs niet kunt tonen. Je hebt het kentekenbewijs ook nodig als je de auto wilt verkopen, exporteren, slopen of schorsen.
Kentekenbewijs dat je NIET in de auto moet bewaren
Het overschrijvingsbewijs is nodig om het kenteken over te schrijven op een andere naam. Dit kentekenbewijs moet je niet in de auto bewaren maar op een veilige plek los van de andere kentekenbewijzen.
Het 1e deel van de code ontvangt u als u een voertuig koopt.Het 2e deel zit bij de kentekencard die wij u toesturen. U voegt de 2 delen van de code zelf samen. De code heeft u nodig als u uw voertuig wilt verkopen inruilen, schorsen, slopen of exporteren.
Het is verstandig om de groene kaart altijd bij je te hebben, maar niet aan te raden om deze bijvoorbeeld in de auto te bewaren. Bewaar de groene kaart bijvoorbeeld bij jouw rijbewijs. Zo heb je deze altijd bij je als je met de auto op pad gaat.
U kunt een nieuw kentekenbewijs aanvragen bij de RDW. Ook kunt u een nieuwe tenaamstellingscode aanvragen via de website van de RDW.
Is je inschrijvingsbewijs, of één deel van je tweeledig inschrijvingsbewijs, gestolen of verloren? Doe onmiddellijk aangifte bij de politie. Breng van je tweeledig inschrijvingsbewijs het gedeelte dat je nog hebt, mee. Je krijgt een attest van je aangifte.
Als je een auto wilt exporteren, dan krijg je een kentekenbewijs deel II. Dit papieren kentekenbewijs deel II bevat gegevens als naam en adres van degene die het voertuig heeft uitgevoerd. De combinatie van kentekencard en papieren deel II heeft de functie van uitvoerkentekenbewijs.
Het kentekenbewijs deel 3 heet sinds 1 juni 2014 het overschrijvingsbewijs. Vanaf 1 januari 2014 is dit weer vervangen door de tenaamstellingscode. Dit is het deel dat nodig is bij overschrijving van het kenteken en moet je thuis bewaren.
Wanneer je de auto verkoopt moet je het volledige kentekenbewijs meenemen. Deze bestaat uit het originele Tenaamstellingsbewijs (deel IB) en het Overschrijvingsbewijs (deel II) of een kentekencard en de tenaamstellingscode.
U wilt weten of het verplicht is om een origineel kentekenbewijs bij je in de auto te hebben. Ja, u dient altijd de originele documenten te kunnen tonen indien er door bijvoorbeeld de politie naar wordt gevraagd. Ook buiten onze landsgrenzen. Een kopie is dus niet toegestaan.
Als u uw kentekenbewijs kwijt bent, moet u een vervangend kentekenbewijs aanvragen. Ook als uw kentekenbewijs is gestolen. Bent u de tenaamstellingscode van uw kentekencard kwijt? Dan hoeft u alleen een nieuwe tenaamstellingscode aan te vragen.
Het derde deel van het kentekenbewijs is het overschrijvingsbewijs. Het overschrijvingsbewijs heb je nodig wanneer je je auto wilt verkopen en de auto op een andere naam moet komen te staan.
Het voertuigbewijs is deel 1A (voordien 'deel I') van het kentekenbewijs. Dit onderdeel bevat álle belangrijke gegevens van de auto, dus de autogegevens, waaronder: A: Kenteken: tekencombinatie zoals die op de nationale kentekenplaat vermeld staat. E: Voertuigidentificatienummer (VIN): chassisnummer of framenummer.
Veel mensen bewaren hun kentekenbewijs in de auto, bijvoorbeeld in het dashboardkastje. We raden dit af. Je kunt de kentekencard beter in je portemonnee bewaren, samen met je rijbewijs. Let op: bewaar je kentekencard en tenaamstellingscode altijd apart van elkaar.
Bewaar het deel II (overschrijvingsbewijs) of de tenaamstellingscode altijd apart op een veilige plaats bijvoorbeeld in een kluisje met andere belangrijke documenten.
Naast het kenteken en de foto van het voertuig, worden ook de gegevens over de locatie, de datum en het tijdstip bewaard. Met behulp van deze gegevens is het mogelijk om de aanwezigheid van een voertuig op een bepaald tijdstip op een bepaalde plaats vast te stellen ten behoeve van de opsporing van strafbare feiten.
Een gevarendriehoek. 2. Een brandblusser.
Er wordt wel geadviseerd om voor alle inzittenden een veiligheidshesje mee te nemen. Een verbanddoos en brandblusser zijn verplicht om mee te nemen in de auto. Mocht je met de motor op vakantie gaan, dan is het niet verplicht om een gevarendriehoek, veiligheidshesje en verbanddoos mee te nemen.