Het basisbevestigend dragen van een kind is een wijze van dragen die kadert binnen de haptonomische begeleiding van ouders en kind rondom zwangerschap en geboorte. Binnen deze begeleiding ligt het accent op het opbouwen van een affectieve band tussen het (ongeboren) kind en de ouders.
Door basisbevestigend dragen steun je het bekken en het hoofdje goed. Dit is beter voor het ruggetje. Elke baby heeft behoefte aan veiligheid en vertrouwen. Door de basis te steunen voelt je baby zich veiliger.
Probeer uw kindje niet met twee handen onder de oksels op te pakken, hierbij kan het kindje gemakkelijk overstrekken. U kunt het kindje beter oppakken door één hand op de buik van de baby te leggen en het kindje op die hand te draaien.
Je kunt zijn hoofdje tegen je schouder leggen en hem onder zijn billen vasthouden en met je andere hand zijn hoofdje ondersteunen. Je kunt hem ook in de ronding van je arm leggen. Hij leunt dan met zijn hoofdje op je bovenarm en met de billen op je onderarm. Met je andere hand houd je zijn buikje vast.
De nekspieren van pasgeboren baby's moeten zich nog ontwikkelen. Als je baby net geboren is, kan hij zijn hoofd nog niet zelfstandig optillen. Daarom is het belangrijk om het hoofd van je baby in het begin goed te ondersteunen.
Een baby heeft na de geboorte bepaalde basisbehoeften, zoals voeding, veiligheid, warmte en geborgenheid. Deze basisbehoeften zijn voor iedere baby gelijk en wordt ook wel de 'blauwdruk' van een baby genoemd.
Een baby is voor honderd procent afhankelijk van de zorg van anderen en kan nog niets zelf. Je jonge baby is dus nog helemaal afhankelijk van jou en je kan hem dus niet verwennen. Laat het goedbedoelde advies van je kraambezoek dus maar voorbij vliegen. Als hij huilt, is er iets met hem aan de hand.
Kinderen kunnen allerlei symptomen krijgen als gevolg van het hersenletsel, bijvoorbeeld verminderde eetlust, overgeven, moeite met ademhalen of slikken, verminderd bewustzijn of zelfs een coma, epileptische aanvallen, verlaagde spierspanning of slapheid.
Ze houden hierbij hun hoofd al goed in balans. Rond 6 maanden vinden heel wat baby's het leuk om vanuit rugligging met de handen overeind te worden getrokken. Je kind zal zijn of haar hoofd zelf rechtop houden, zijn of haar rug krommen en zelf flink meetrekken.
Door je (pasgeboren) kind te knuffelen, te koesteren en basisbevestigend te dragen, nodig je je kind uit om zijn lichaam te bewonen, om 'thuis' te komen in zijn lichaam. Zo geef je je kind een gevoel van basisveiligheid. Vanuit die veiligheid en in vertrouwen kan hij/zij spelenderwijs de omgeving verkennen.
Signalen van oververmoeidheid bij baby:
Vreemd genoeg zijn oververmoeide baby's vaak overactief: ze maaien met armpjes en beentjes en ze lijken om steeds meer aandacht en prikkels te vragen: als je met ze rondloopt kijken ze geïnteresseerd rond en stopt het huilen.
Het is daarom heel belangrijk het hoofdje steeds goed te ondersteunen. Doe je dat niet of schud je de baby hard door elkaar, dan kunnen kleine bloedvaatjes in de hersenen scheuren door de beweging met alle gevolgen vandien zoals blindheid, doofheid, stuipen, leermoeilijkeheden, hersenbeschadiging of zelfs de dood.
Leg hem op zijn zij en draait hem voorzichtig door naar zijn buik. Dit kan je ook doen voordat je hem optilt. Rol een handdoekje op en leg deze achter de oksels van je baby als hij zijn hoofdje nog niet goed omhoog kan tillen. Eventueel kan je zachtjes op de billen drukken.
Til altijd vanuit je benen en draai door je voeten te verplaatsen. Houd bij het tillen je rug gestrekt. Baby optillen doe je altijd met beleid, waarbij je de tilhandeling voorbereid. Houd je kindje zo dicht mogelijk bij je.
Belangrijkste is: baby met zijn rug tegen jouw aan, jouw arm gaat voor het lijfje door en houdt je baby vast in het bekken, de armen van de baby zijn links en recht van jouw arm.
Mogelijke aanwijzingen/symptomen van het shaken baby syndroom. Letsel is niet altijd direct zichtbaar. Het kan zich ontwikkelen in de uren na het schudden.
Schudden, niet doen!
Bij flink heen en weer bewegen lukt het niet zijn 'zware' hoofdje rechtop te houden. En al helemaal niet als hij door elkaar wordt geschud! In dat geval gaat zijn hoofd snel en hard heen en weer. Hierdoor kunnen kleine adertjes in de hersenen scheuren.
De meest opvallende symptomen van het KISS-syndroom bij baby's zijn duidelijke voorkeurshoudingen en een scheve stand van het hoofd. Andere symptomen zijn: Scheef ruggetje. Asymmetrisch bewegen van armen en benen.
De zwaarste baby's worden geboren in mei
De zwaarste baby's worden namelijk in de maand mei geboren. Ze wegen zo'n 200 gram meer. Gemiddeld wegen baby's bij de geboorte rond de 3500 gram, al wordt er van een normaal geboortegewicht gesproken als een baby 2500 tot 4000 gram is.
Baby's hebben een aangeboren behoefte aan lichamelijke intimiteit. Die hunkering naar aanraking heet bij baby's tot ongeveer zeven weken huidhonger. Vandaar dat heel wat baby's vlak na de geboorte op je blote huid worden gelegd. Ze genieten heel erg van knuffelen.
Aanraking als emotionele behoefte
Een knuffel, een zoen op de wang, of een bemoedigend schouderklopje. Aanrakingen die we eerder als vanzelfsprekend vonden blijken tijdens de coronacrisis hevig gemist te worden. Vooral alleenstaanden kampen met huidhonger. Aanraking is een effectieve manier om te communiceren.
Hoeveel uur per dag mag ik mijn kindje in een draagdoek dragen? Je mag je kindje net zolang dragen als dat jullie beiden fijn vinden! Over de hele wereld worden baby's gedragen terwijl de drager rustig verder gaat met zijn of haar activiteiten.
Maar bij een uitgeruste baby zijn hongersignalen meestal wel goed te zien. Bij een (over)vermoeide baby kan dit een stuk lastiger zijn. Een baby die goed gedronken heeft, kan van vermoeidheid toch hongersignalen laten zien zoals zoeken met de neus en lippen of sabbelen op zijn handjes.