Het geologisch tijdperk Kwartair (in België: Quartair) is in de geologische tijdschaal de jongste periode en in de stratigrafische kolom het bovenste systeem. Het Kwartair beslaat de tijdspanne van 2,58 miljoen jaar (Ma) geleden tot heden en is de jongste, bovenste of laatste onderverdeling van de eratheem Cenozoïcum.
Het quartair was het laatste en jongste van vier tijdvakken waarin men aanvankelijk de geschiedenis van de aarde indeelde.
Traditionele indeling: vier glacialen
De enige twee perioden waarvan met zekerheid bekend is dat gletsjers tot in Noord-Nederland reikten zijn de Saale- en Elster-glacialen.
'Het Antropoceen,' wordt het huidige tijdperk nu door geologen genoemd, vooralsnog onofficieel.
De tijd voor de vorming van de oudst bekende gesteenten op Aarde wordt wel het Hadeïcum genoemd.
Officieel leven we nu in het 'Holoceen', het geologische tijdperk dat begon aan het eind van de laatste ijstijd. De invloed van menselijke activiteiten op de ecosystemen op aarde is tegenwoordig echter zo groot dat deze inmiddels de belangrijkste factor lijkt voor veranderingen in de natuur.
De laatste 543 miljoen jaar van de Aardse geschiedenis wordt op grond van fossielen van dieren in drie era's ingedeeld: Cenozoïcum ("het tijdperk van het nieuwe leven") Mesozoïcum ("het tijdperk van het midden-leven") Paleozoïcum ("het tijdperk van het oude leven")
Een glaciaal of ijstijd is een periode in de geschiedenis, waarin het klimaat op aarde aanzienlijk kouder was dan tegenwoordig. De laatste koude periode, het Weichselien, eindigde 11.700 jaar geleden.
Nederland in het Eoceen
In het Vroeg-Eoceen was Nederland grotendeels bedekt door zee, alleen Limburg was vasteland. De zeebodem was op veel plaatsen vrij diep (mogelijk zo'n 200 meter) en er werden kleipakketten afgezet.
De Jura is een periode in de geologie (en een systeem in de stratigrafie) die duurde van ongeveer 201,3 tot 145,0 miljoen jaar (Ma) geleden. De Jura is de tweede en middelste periode van de era Mesozoïcum. Ze volgt op het Trias en wordt opgevolgd door het Krijt.
Nu leven we weer in een tussen-ijstijd: het Holoceen. Klimatologen verwachten dat dit interglaciaal over ongeveer tienduizend jaar afloopt: er staat dan weer een nieuwe ijstijd voor de deur.
In grote delen van Europa was er tijdens de ijstijd genoeg te eten voor een goede jager. Er waren op de steppe-toendra grote kudden dieren: paarden, bisons, en ook echt groot wild: mammoeten. Het is nauwelijks voor te stellen wat de invloed van de snelle klimaatveranderingen op de mensen geweest kan zijn.
Gemiddelde temperatuur
Gemiddeld lag de temperatuur in de Kleine IJstijd in ons land zo'n 1 tot 2 graden onder de temperaturen van tegenwoordig. In de Grote IJstijden lag de jaargemiddelde temperatuur in West-Europa rond minimaal 15 graden.
Het Tertiaire tijdperk, dat 70 miljoen jaar geleden begon wordt vooral gekenmerkt door de grote verandering in het dierenleven. De koudbloedige reptielen lieten het land over aan warmbloedige zoogdieren en vogels. Ook de ammonieten uit de Jura- en Krijt-periode waren opeens geheel uitgestorven.
Het Pleistoceen is in de geologische tijdschaal een tijdvak van 2,58 miljoen (Ma) tot 11,7 duizend jaar (ka) geleden, én tegelijk de serie gesteentes met die ouderdom (in het verleden ook wel het "diluvium" genoemd). Het Pleistoceen is de vroegste of onderste onderverdeling van het Kwartair.
Het Paleogeen is een tijdperk in de geologische tijdschaal dat duurde van 66 tot 23,03 miljoen jaar (Ma) geleden. Het is de oudste van drie perioden of het onderste van drie systemen waarin het Cenozoïcum is ingedeeld. Het komt na de jongste periode van het Mesozoïcum, het Krijt, en na het Paleogeen komt het Neogeen.
Holland betekent Houtland (Holtland of Holdland). Het was waarschijnlijk een gebied rond Leiden. Holtland is een plek waar hout groeide. De naam Holland wordt voor de eerste keer vermeld in 1064.
De Eerste Engels-Nederlandse Oorlog duurde van 1652 tot 1654, de Tweede Engels-Nederlandse Oorlog van 1665 tot 1667, de Derde Engels-Nederlandse Oorlog vond plaats in de jaren 1672-1674 en de laatste, Vierde Engels-Nederlandse Oorlog werd uitgevochten tussen 1780 en 1784.
Als al het ijs op aarde smolt, zouden de gevolgen niet te overzien zijn. De zwaarst getroffen gebieden zouden Noord-Amerika en Europa zijn, waar hele stukken van de continenten zouden verdwijnen. Maar voordat zoiets gebeurt, moet de aardbol veel warmer zijn dan hij nu is.
De dierenwereld
In Nederland leefden verschillende dieren tijdens de ijstijd. Paarden, herten, wolven, vogels, vissen, hyena's, marmotten, sneeuwuilen en poolvossen. Maar ook mammoeten, wolharige neushoorns en sabeltandtijgers. Die zijn nu uitgestorven.
Hoe zag Nederland eruit? Tijdens het maximum lag er boven het noorden van Nederland dus een laag ijs. In de rest van het land, en ook in Noord-Nederland voor en na het maximum, was sprake van een toendraklimaat. Er groeiden geen bomen en grote struiken, maar alleen kleine struikjes, grassen en mossen.
` Era is een Latijnse meisjesnaam. Het betekent `dame`.
Het geologisch tijdvak Mesozoïcum (afgeleid van Grieks: μέσος (mésos) = midden; ζώω (zóo) = leven: "tijdperk van het midden-leven") of Secundair (verouderde naam) is een era in de geologische tijdschaal (of een erathem in de stratigrafie), die duurde van 252,2 ± 0,5 miljoen jaar (Ma) tot 66,0 Ma.
In het Laat-Devoon, rond 374 miljoen jaar geleden, waren het met name deze riffen die sterk te lijden hadden van een van de grootste uitstervingsgolven. Dat uitsterven betekende ook, na een korte periode van bloei, het einde voor de meeste kaakloze vissen.