Hoe leg je het Kofschip uit?

Om te bepalen of het voltooid deelwoord of de persoonsvorm verleden tijd een d of t krijgt, neemt je kind eerst de stam (= hele werkwoord -en) van het werkwoord. Als deze op een medeklinker uit 't kofschip eindigt, krijgt het woord een -t. Wanneer de laatste letter van de stam er niet in zit, schrijft je kind een -d.

Verzoek tot verwijderen van bron   |   Bekijk volledig antwoord op squla.nl

Hoe werkt het t kofschip?

De medeklinkers uit 't kofschip, dus de t, k, f, s, ch en p, helpen je te bepalen of een zwak werkwoord de uitgang -te of -de krijgt in de verleden tijd. De uitgang -te wordt toegevoegd aan werkwoorden waarvan de stam (= het hele werkwoord zonder de uitgang -en) eindigt op een van die medeklinkers uit 't kofschip.

Verzoek tot verwijderen van bron   |   Bekijk volledig antwoord op onzetaal.nl

Hoe weet je wanneer d of t?

Regelmatige werkwoorden

Als het voltooid deelwoord eindigt op een letter uit 't kofschip (dat wil zegen de letters: t, k, f, s, ch, p maar ook x) dan eindigt het voltooid deelwoord op een 't'. In de andere gevallen eindigt het voltooid deelwoord op een 'd'.

Verzoek tot verwijderen van bron   |   Bekijk volledig antwoord op tvmona.nl

Hoe weet je d of t of dt?

Als het gaat om de hij-/zij- of het-vorm schrijf je -dt. (Let op: er komt nooit -dt achter een werkwoord, alleen een -t. De -d staat er al, omdat de stam van het werkwoord eindigt op een -d. Er komt dus alleen een -t achter de -d die er al staat.)

Verzoek tot verwijderen van bron   |   Bekijk volledig antwoord op wijzeroverdebasisschool.nl

Hoe maak je nooit meer dt fouten?

Nooit meer dt-fouten in de persoonsvorm
  1. Is het onderwerp ik? Dan schrijf je altijd de ik-vorm. Er bestaan géén werkwoorden waarbij de ik-vorm eindigt op –dt.
  2. Is het onderwerp jij/hij/zij of het? Dan schrijf je altijd ik-vorm + t. Dus kan de persoonsvorm nooit op een d eindigen.

Verzoek tot verwijderen van bron   |   Bekijk volledig antwoord op vlinderss.nl

Wanneer eindigt een werkwoord op d, t of dt?

27 gerelateerde vragen gevonden

Hoe weet je of het dubbel d of t is?

Je schrijft de verleden tijd dus door de(n) of te(n) achter de ik-vorm van het werkwoord te zetten. Bij werkwoorden waarvan de ik-vorm op een d of t eindigt, krijg je dus dubbel-d of dubbel-t: ik antwoord – ik antwoordde – wij antwoordden; ik sport – ik sportte – wij sportten.

Verzoek tot verwijderen van bron   |   Bekijk volledig antwoord op av-taaltraining.nl

Hoe bepaal je d of t bij voltooid deelwoord?

Een bekend ezelsbruggetje om te achterhalen of een voltooid deelwoord met d dan wel met t wordt geschreven, is luisteren naar de verleden tijd.Eindigt die op -de, dan schrijven we het voltooid deelwoord met -d.Eindigt de verleden tijd op -te, dan schrijven we het voltooid deelwoord met -t.

Verzoek tot verwijderen van bron   |   Bekijk volledig antwoord op woordenlijst.org

Is woont met een d of t?

De drie vormen woon, woont en wonen noemen we de tegenwoordige tijd.

Verzoek tot verwijderen van bron   |   Bekijk volledig antwoord op nt2.nl

Wat gebeurt er met d of t?

Gebeurt = tegenwoordige tijd

Je schrijft gebeurt met een 't', als het gaat om de tegenwoordige tijd.

Verzoek tot verwijderen van bron   |   Bekijk volledig antwoord op detaaltrainer.nl

Wat gebeurt er met d of t?

Gebeurt = tegenwoordige tijd

Je schrijft gebeurt met een 't', als het gaat om de tegenwoordige tijd.

Verzoek tot verwijderen van bron   |   Bekijk volledig antwoord op detaaltrainer.nl

Hoe weet je of een voltooid deelwoord op een d of een t eindigt?

regel 11.

Een bekend ezelsbruggetje om te achterhalen of een voltooid deelwoord met d dan wel met t wordt geschreven, is luisteren naar de verleden tijd.Eindigt die op -de, dan schrijven we het voltooid deelwoord met -d.Eindigt de verleden tijd op -te, dan schrijven we het voltooid deelwoord met -t.

Verzoek tot verwijderen van bron   |   Bekijk volledig antwoord op woordenlijst.org

Is tegenwoordige tijd altijd met een t?

Uitleg dt-fouten in de tegenwoordige tijd

In de tegenwoordige tijd wordt bij de tweede persoon enkelvoud (je, jij) en bij de derde persoon enkelvoud (hij, zij, het) altijd een –t toegevoegd aan de ik-vorm. Dit hoeft niet als een werkwoord al eindigt op een –t (het is: hij zit en niet hij zitt).

Verzoek tot verwijderen van bron   |   Bekijk volledig antwoord op scribbr.nl

Wat is een ezelsbruggetje voorbeeld?

Ezelsbruggetjes om te onthouden dat zuur aan water moet worden toegevoegd, en niet andersom: Een sterk zuur laat zich niet dopen. Water bij zuur, geeft bloed aan de muur. Zuur bij water, de rest komt later.

Verzoek tot verwijderen van bron   |   Bekijk volledig antwoord op nl.wikipedia.org

Is het jouw of jou ezelsbruggetje?

Ezelsbruggetje: jouw of jou

Als je het kunt vervangen door het persoonlijk voornaamwoord “hem”, is het “jou”. Als je het kunt vervangen door het bezittelijk naamwoord “zijn”, is het “jouw”.

Verzoek tot verwijderen van bron   |   Bekijk volledig antwoord op scribbr.nl

Hoe bedenk je een ezelsbruggetje?

Er zijn een aantal manieren om een ezelsbruggetje te bedenken.
  • Maak een rijmpje. ...
  • Maak zinnen. ...
  • Maak gebruik van beelden. ...
  • Maak gebruik van een liedje of jingle. ...
  • Maak gebruik van verkorte vormen of afkortingen.

Verzoek tot verwijderen van bron   |   Bekijk volledig antwoord op examenbundel.nl

Hoe kan je noord oost zuid west onthouden?

2.Noord-oost-zuid-west-ezelsbruggetje
  • De N van nooit is het noorden.
  • De O van op hoort bij het oosten.
  • De Z van zonder hoort bij het zuiden.
  • De W van wekker is dan het westen.

Verzoek tot verwijderen van bron   |   Bekijk volledig antwoord op wijzeroverdebasisschool.nl

Hoe maak je nooit meer dt fouten?

Nooit meer dt-fouten in de persoonsvorm
  1. Is het onderwerp ik? Dan schrijf je altijd de ik-vorm. Er bestaan géén werkwoorden waarbij de ik-vorm eindigt op –dt.
  2. Is het onderwerp jij/hij/zij of het? Dan schrijf je altijd ik-vorm + t. Dus kan de persoonsvorm nooit op een d eindigen.

Verzoek tot verwijderen van bron   |   Bekijk volledig antwoord op vlinderss.nl

Is het je wilt of je wil?

Je wilt en je wil zijn allebei correct.

In Nederland wordt je wil informeler gevonden dan je wilt. In België wordt het gebruik van je wil niet als informeler beschouwd.

Verzoek tot verwijderen van bron   |   Bekijk volledig antwoord op vlaanderen.be

Is het vindt jij of vind jij?

De correcte vervoeging is je/jij vindt.

Als het onderwerp je/jij achter de persoonsvorm staat, is de correcte vervoeging vind je/jij. Bij combinaties met je is het niet altijd even duidelijk of je het onderwerp van de zin is. Als u daaraan twijfelt, kunt u je proberen te vervangen door jij of jou(w).

Verzoek tot verwijderen van bron   |   Bekijk volledig antwoord op vlaanderen.be

Is verhuisd met d of t?

Het werkwoord verhuizen wordt als volgt vervoegd: ik verhuis, jij verhuist, wij verhuizen, jij verhuisde, wij verhuisden, wij zijn verhuisd. De stam (het hele werkwoord min -en) van verhuizen is verhuiz.

Verzoek tot verwijderen van bron   |   Bekijk volledig antwoord op onzetaal.nl

Is verhuisd verleden tijd?

ik verhuisde, wij verhuisden. ik ben verhuisd.

Verzoek tot verwijderen van bron   |   Bekijk volledig antwoord op vlaanderen.be

Is het je zal Of je zult?

Je zult en je zal zijn allebei correct. De vorm zul(t) is de neutrale vorm in het hele taalgebied: je zult, jij zult, zul je, zul jij. In België is ook de vorm zal neutraal; in Nederland wordt die als informeler beschouwd: je zal, jij zal, zal je, zal jij.

Verzoek tot verwijderen van bron   |   Bekijk volledig antwoord op vlaanderen.be

Is het je kan het of je kunt het?

Je kunt en je kan zijn allebei correct.

In Nederland wordt je kan informeler gevonden dan je kunt. In België wordt het gebruik van je kan niet als informeler beschouwd. Vergelijkbare werkwoorden zijn willen en zullen: je wilt / je wil, je zult / je zal.

Verzoek tot verwijderen van bron   |   Bekijk volledig antwoord op vlaanderen.be

Populaire vragen

  Vorige artikel
Is 24 uur full time?
Volgende artikel  
Wat is slapen in straattaal?