Zo'n groeispurt kan zo rond de tweede levensweek van je kind, rond de zesde week en rond de derde maand gebeuren, maar ook op andere momenten. Door in te gaan op de behoefte van je kind aan extra voedingen duurt het niet lang voor je melkproductie toeneemt.
Groeispurt bij je baby (0-3 jaar) Broeken worden te kort, shirts zitten te strak en in een mum van tijd lijken ze centimeters te zijn gegroeid. In de eerste twee levensjaren krijgt een kind zijn eerste groeispurt. Voor je het weet is hij een stuk ouder, zelfstandiger en groter.
Je baby heeft een groeispurt.
Deze duren meestal één tot twee dagen. Deze groeispurten kosten energie en er zijn veel voedingsstoffen voor nodig. Daarom vraagt je baby vaker om voeding. Een groeispurt is de meest voorkomende oorzaak voor regeldagen.
Een regeldag herken je aan: Je baby huilt veel en is onrustig en hangerig omdat je kindje zich niet zo lekker voelt. De ontwikkelingen vragen nou eenmaal veel energie. Je baby wil continu drinken omdat je kindje hongerig is en meer energie nodig heeft voor de groeispurt.
Hoe lang duren regeldagen? Als je toegeeft aan je baby's vraag, dus meer gaat voeden, dan duren de regeldagen meestal echt maar een paar dagen (2-3 dagen). Dan is vraag en aanbod weer op elkaar afgestemd en heb je meestal je tevreden baby terug.
Enkele adviezen: Trek na de bevalling zo snel mogelijk een goed steunende bh aan. Deze moet zonder beugels zijn en mag niet knellen. Houd de bh een week lang dag en nacht aan.
Je hebt geen speciaal dieet nodig wanneer je borstvoeding geeft, maar wat je eet moet qua voedingswaarde gebalanceerd zijn. Dat betekent voldoende groenten en fruit, alsook volkorenproducten zoals haver, bruine rijst en volkoren graanproducten en -brood.
Zet je baby na de eerste dagen geen mutsje meer op in bed. Een baby regelt zijn temperatuur met zijn hoofd, daarom moet het onbedekt blijven. De ideale temperatuur van de babykamer is tussen 16˚C en 18 ˚C. Als jij een extra laagje kleding nodig hebt, dan heeft je (gezonde) baby dat waarschijnlijk ook nodig.
Jonge baby's kunnen nog niet zelfstandig in slaap vallen, dit moeten ze nog leren. Hierdoor kunnen ze onrustig worden of gaan huilen als het slapen niet lukt. Ze hebben nog jouw hulp nodig om in slaap te vallen. Zo kan het nodig zijn om je baby in slaap te wiegen of je baby valt in slaap tijdens de voeding.
Sab simplex wordt met veel succes toegepast bij baby's tegen darmkrampjes. Basisdosering is bij elke voeding 7 druppels. Wanneer dit niet voldoende is, dan mag er 10 druppels gegeven worden, met een maximum van 15 druppels per voeding.
Door overmatig gebruik van wipstoeltjes komt het steeds vaker voor dat baby's afgeplatte schedels hebben of een asymmetrische houding. Per jaar zijn er 20.000 gevallen van baby's met een scheef hoofdje bekend, terwijl dit vroeger incidenteel voorkwam.
Typerend voor het clusteren is dat je kindje steeds op ongeveer hetzelfde moment van de dag onrustig is. Het verschilt per baby wanneer dit moment is. Voor de ene baby is dit 's nachts en voor de andere juist 's ochtends vroeg. En weer andere baby's clusteren juist vooral aan het eind van middag of begin van de avond.
Vaak begint het als 'hoofdkusjes' of 'wangkusjes': je baby legt zijn hoofd of wang tegen jouw gezicht aan. Na enige tijd krijgt hij door dat de personen waar hij aan gehecht is blij worden van zijn nageaapte kusjes en knuffels. Hij gaat het daarom steeds vaker en ook spontaan doen.
Medisch gezien betekent doorslapen dat je baby van 4 à 5 maanden oud zo'n vijf tot zes uur achter elkaar slaapt. Dit is vaak van 0.00 uur tot 5.00 uur aan een stuk. Bij de meeste baby's van deze leeftijd is dit het geval.
Vaak wordt het lachen gezien als het bewust lachen, maar bij hele jonge baby's zijn dit groeistuipjes. Het wegrollen met de ogen is ook een groeistuip. Soms rollen de ogen zo ver weg, dat er alleen maar oogwit is te zien.
Kinderen die gaan huilen als ze in bed worden gelegd zijn meestal kinderen die niet gewend zijn om uit zichzelf in slaap te vallen. Het kortdurende huilen hoort voor hen bij het gewennen aan het zelf in slaap vallen.
Over-interventie door ouders: wanneer baby's in slaap vallen zijn ze vaak onrustig, hun ademhaling is snel, ze bewegen hun armen en benen soms met schokjes, maar dit is normaal, het is belangrijk om baby's zelf in slaap te laten vallen zonder interventie.
Signalen van oververmoeidheid bij baby:
Vreemd genoeg zijn oververmoeide baby's vaak overactief: ze maaien met armpjes en beentjes en ze lijken om steeds meer aandacht en prikkels te vragen: als je met ze rondloopt kijken ze geïnteresseerd rond en stopt het huilen.
Als het erg warm is, kun je de baby laten slapen in een bodysuit, zonder pyjama en in een ongecoupeerde zomerslaapzak. Zelfs in het midden van de zomer, vermijd het maken van baby-slaapshirtless, want hij kon kou vatten tijdens de nacht, omdat tijdens bepaalde fasen van de slaap de temperatuur van het lichaam daalt.
Zodra je baby weer op of rond zijn geboortegewicht zit en een stabiele lichaamstemperatuur heeft, mag je voor de eerste keer naar buiten met je baby. Je kraamverzorgende houdt dit goed in de gaten en kan je hierover informeren. Meestal kan je tegen het einde van je kraamweek het eerste uitje ondernemen.
Dit wonderbaarlijke systeem werkt bij iedereen, ook bij baby's. De eerste weken na de geboorte koelt de kern van een baby 's nachts gemiddeld af tot 36,8°C, dat is minder dan bij volwassenen.
Chocolade veroorzaakt darmkrampen bij je baby
De ene baby zal er meer last van hebben dan de andere. Veel moeders kunnen dan ook alles eten zonder dat hun baby daar last van heeft. Heb je chocola gegeten en heeft je baby duidelijk meer krampen? Dan kan het goed zijn dat je baby het toch minder verdraagt.
Het blijkt dat moedermelk vetter is naarmate de voedingstijden dichter bij elkaar liggen. Een baby die bijvoorbeeld elke twee uur drinkt, zal dus meer vet binnen krijgen op een dag dan een baby die elke vier uur drinkt. Zo'n vaker drinkende baby zal dan wel kleinere hoeveelheden drinken.
Kort na de bevalling kunnen vrouwen tot 600 mL per dag produceren. Later produceren vrouwen gemiddeld 800 tot 1100 mL melk per dag. Op het hoogtepunt van de lactatieperiode kan er tot 1,5 liter geproduceerd worden en bij tweelingen soms nog meer. Er is zelfs melkproductie tot wel 5L aangetoond.