De belangrijkste ontwikkeling van de muziek in deze periode is de structurele ontwikkeling van de polyfonie (meerstemmigheid). Bij polyfone muziek klinken meerdere muzikale lijnen (allen met een eigen identiteit) tegelijkertijd; deze techniek wordt contrapunt genoemd (Latijn: punctus contra punctus - noot tegen noot).
Polyfonie (uit het Oudgrieks: πολύς (polus), veel en φωνή (phōnē), klank, stem) is in de muziek gecomponeerde meerstemmigheid: het klinken van meerdere melodieën tegelijkertijd.
Bij homofonie declameren alle stemmen (ongeveer) tegelijk. In andere woorden: wanneer de melodieën van een meerstemmig stuk allemaal hetzelfde ritme hebben, spreken we van homofone muziek. Polyfoon Alle stemmen zijn even belangrijk. Het zijn meerdere meldoieën door elkaar.
Voorbeelden uit de middeleeuwen zijn de doedelzak, de schalmei, de kromhoorn en de ranket. De laatstgenoemde, ook wel worstfagot geheten, is een koddig instrument dat welhaast in iedere broekzak past, al had middeleeuwse kleding geen zakken.
De belangrijkste ontwikkeling van de muziek in deze periode is de structurele ontwikkeling van de polyfonie (meerstemmigheid). Bij polyfone muziek klinken meerdere muzikale lijnen (allen met een eigen identiteit) tegelijkertijd; deze techniek wordt contrapunt genoemd (Latijn: punctus contra punctus - noot tegen noot).
AMSTERDAM - Archeologen hebben in Duitsland het oudste door mensen gemaakte muziekinstrument ter wereld gevonden. Het gaat om een 35 duizend jaar oude fluit, vervaardigd uit het bot van een vale gier. De ontdekking werd gedaan in de grot Hohle Fels, een bekende vindplaats in het zuiden van Duitsland.
Homoniemen zijn woorden die er hetzelfde uitzien en hetzelfde klinken, maar een verschillende betekenis hebben. Bijvoorbeeld bank (om op te zitten) en bank (als geldinstelling). Naast homoniemen bestaan er homofonen: woorden die hetzelfde klinken, maar verschillend worden geschreven. Bijvoorbeeld hart en hard.
Een woord dat dezelfde klanken heeft als een ander woord, maar dat ervan verschilt door schrijfwijze en dan ook een andere betekenis heeft, bijv 'paard' en 'paart' of 'eis' en 'ijs'. In de poëzie worden homofonen soms gebruikt in het gelijk rijm.
Meerstemmig zingen is een zangwijze waar verschillende tonen en stemmen elkaar volgen. Het is een grote uitdaging om op deze manier te zingen. Iedere stem moet namelijk zuiver en tegelijk klinken, en de ene stem is net zo belangrijk als de ander.
Contrapunt is een compositietechniek voor meerstemmige muziek, met vuistregels voor het combineren van verschillende melodische lijnen of 'stemmen'. Deze regels werden gangbaar in de renaissance en zijn steeds verder uitgebreid tot aan 1750. Johann Sebastian Bach is een van de beroemdste 'meesters' in het contrapunt.
Polysemie is vaak het resultaat van metaforische of metonymische betekenisuitbreidingen. Het zonet gegeven voorbeeld van 'bloem' of een geval als 'vos' (dier/sluw persoon) berust op metafoor; de polysemie van een woord als 'glas' (doorschijnend materiaal/drinkbeker) berust op metonymie.
Een woord is polyseem als het meer dan één betekenis heeft, maar de verschillende betekenissen wel met elkaar verband houden. Bij polysemie worden de verschillende betekenissen onder één woord in de woordenboeken opgenomen.
Een antoniem is een woord met een tegengestelde betekenis. Mooi is bijvoorbeeld een antoniem van lelijk, en slecht een antoniem van goed.
Homofoon is de benaming voor woorden of zinnen die hetzelfde klinken, maar toch een andere betekenis hebben. Een paar voorbeelden zijn: licht/ligt, bereiden/berijden en rat/rad.
Syllabes of klankdelen van een woord zijn bepalend voor de spelling ervan. Eindigt een woorddeel op een lange klank, dan schrijf je die met één klinker, zoals in poot - poten (verenkelingsregel). Eindigt een woorddeel op een korte klank, dan volgen er twee medeklinkers, zoals in pot - potten (verdubbelingsregel).
Een woord dat op dezelfde wijze geschreven wordt als een ander woord, maar anders wordt uitgesproken en ook een andere betekenis heeft, bijv 'negéren' (ontkennen) en 'négeren' (treiteren) of 'voorkómen' (verhinderen) en 'vóórkomen' (voor het gerecht verschijnen).
Een hyponiem – het tegenovergestelde van een hyperoniem – is een woord waarvan een deel van de betekenis valt onder een algemener woord: een stoel is een hyponiem van meubels, een tulp is een hyponiem van bloem.
Het verschil tussen homofonen en homoniemen bestaat slechts daarin, dat homoniemen wél tot dezelfde woordsoort behoren en in het Nederlands meestal ook hetzelfde worden gespeld. Zowel homofonie als homonymie dienen goed te worden onderscheiden van polysemie.
Twee woorden zijn elkaars antoniem als ze een tegengestelde betekenis hebben. Het woord is afgeleid uit het Grieks: anti ("tegen"), -numon ("naam, benoeming").
De piccolo of kleine fluit is de - niet geheel correcte maar wel veelgebruikte - naam voor de sopranino-dwarsfluit, die, evenals de dwarsfluit, bespeeld wordt door dwars over het mondstuk te blazen.
Volgens John Bailie ligt de oorsprong van de westerse klassieke muziek zo'n 3500 jaar voor Christus in Mesopotamië, om precies te zijn in de stadstaten van de Sumeriërs. Het is bekend dat de eerste vorm van schrift en literatuur een uitvinding is van deze beschaving.
Hij doopte het elektronische instrument etherphone, maar die term raakte al snel overvleugeld door het woord theremin. De theremin bestaat uit een kastje en twee antennes die elk manipuleerbare elektrische velden genereren waardoor melodieën, glissandi en vele effecten zijn te creëren.
Twee polysemen zijn verschillende betekenissen van één woord. Twee synoniemen zijn daarentegen juist twee verschillende woorden met dezelfde betekenis. (Het begrip "homonymie" komt in deze semantische tegenstelling in het geheel niet voor:, daarbij gaat het immers om geheel verschillende woorden.)