Flitsdictee: deze werkvorm gebruik ik afhankelijk van het niveau. Het woord wordt 3 seconden getoond en weer weggehaald. Dit zorgt voor een stukje zekerheid en houvast, voordat het woord echt goed uit het hoofd geschreven gaat worden.
Loopdictee:
Elk tweetal bestaat uit een schrijver en een loper. Op het bord staan de dicteewoorden geschreven. De loper leest het dicteewoord, loopt naar de schrijver en spelt wat de schrijver op moet schrijven. Het is de verantwoordelijkheid van de loper dat het woord juist wordt opgeschreven.
Visueel dictee is effectiever dan direct overschrijven
Een andere, effectievere spellinginstructiemethode is het visueel dictee. Leerlingen krijgen dan enkele seconden een woord te zien, waarna ze het woord opschrijven of typen. Ze moeten het woord dus uit het geheugen ophalen.
Zwakke spellers hebben wel behoefte aan meer (instructie- en oefen) tijd, maar niet aan andere leerstof. Dus remedieer binnen de methode. Sommige methodes kennen verlengde instructie in de klassikale lessen en remediëringslessen na een toets.
Met dysorthografie heeft een leerling heeft moeite met het begrijpen en toepassen van spellingregels. Een kind met dysorthografie verdeelt woorden en lettergrepen op een anarchistische manier. Hij of zij ervaart bijvoorbeeld moeilijkheden voor de vervoeging van het voltooid deelwoord.
zinnendictee: een volledige zin. Dit komt meer in het gevorderde spellingsonderricht voor omdat de schrijfwijze van een woord kan wijzigen naargelang de context, zoals o.m. het gebruik van hoofdletters.
De stoplichtmethode van het Protocol Leesproblemen & Dyslexie waar Oepkes (2006) over spreekt, blijkt ook effectief. Na een dictee of les krijgen leerlingen de volgende opdracht: als ze denken dat een woord fout is, wordt deze met rood onder- streept.
Het propjesdictee is een actieve werkvorm waarbij kinderen in de klas op zoek gaan naar propjes van papier met daarop woorden. Op deze papiertjes staan woorden met een bepaalde spellingscategorie of een mix van allerlei categorieën.
Het Staatsexamen Nederlands als tweede taal (Nt2) is het landelijke taalexamen voor anderstalige volwassenen die het Nederlands als tweede taal leren. U kunt met het Diploma Staatsexamen Nt2 laten zien dat u de Nederlandse taal voldoende beheerst om in Nederland te werken of studeren.
Effectieve spellingles: het dagelijks dictee
Het samen maken van een dagelijks dictee is een zeer effectieve werkvorm. Hierbij biedt de leer- kracht de woorden en zinnen auditief aan en zetten de leerlingen de klanken om naar letters.
Freriks nam daarbij het Franse La Dictée als voorbeeld. Het woord dictee voor een schrijfoefening is, dat is direct duidelijk, ontleend aan het Frans. Het Franse dictée is eigenlijk het vrouwelijke verleden deelwoord van het werkwoord dicter 'voorzeggen wat een ander moet opschrijven'.
Formele spellinginstructie zorgt voor betere spellingresultaten dan meer informele instructie. Daarbij is het belangrijk om regelmatigheden in spelling expliciet te maken en één spellingregel tegelijk uit te leggen. Ook moeten leerlingen de toepassing van een spellingregel zolang inoefenen tot ze deze echt beheersen.
Je leest een woord of een zin voor voor de ander.De ander schrijft het op.Daarna controleer je of het goed geschreven is.Wissel van rol.
2.3 Melodisch dictee
Laat de leraar verschillende noten en melodieën op de piano spelen terwijl jij wat je hoort in cijfers op je typemachine schrijft. Dit heet melodisch dictee.
Het leren formuleren van zinnen gaat verder dan oefenen in stijl en grammatica. Formuleren omvat meer dan alleen zinsbouw op grammaticaal en syntactisch niveau. Voor formuleren zijn wat je wilt overbrengen en de context waarin dat moet plaatsvinden minstens zo belangrijk.
- Woorden worden door iedereen gemaakt, niet enkel door geleerden maar door dagdagelijkse sprekers van een taal. - Woorden kunnen maar gemaakt worden als het brein van een wezen in staat is tot symbolisch denken. Mogelijk geldt dit enkel voor de mens, al zijn wetenschappers daar nog niet volledig uit.
Meestal worden de kenmerken van dyslexie duidelijk vanaf een jaar of 7. Kinderen hebben dan moeite met klanken in de goede volgorde zetten, zoals dorp of drop. Maar ook bij cijfers: 12 en 21. Kinderen kunnen de letter d en b door elkaar halen, vinden hardop lezen vaak niet leuk en lezen vaak 'radend'.
Kinderen en jongeren met dyslexie hebben problemen met het verwerken van klanken en letters. Ze vallen meestal op als ze hardop moeten lezen. Vaak gaat dat langzamer dan het tempo van hun klasgenootjes en niet vloeiend.
Dysfasie is een neurologische spraak- taal ontwikkelingsstoornis waarbij het spraakbegrip duidelijk hoger is van niveau dan de spraak- en taalproductie.
Het dictee is een veel voorkomende oefenvorm in het spellingonderwijs.