Een delier is een voorbijgaande toestand van acute verwardheid. Bij ouderen is een delier meestal het gevolg van een lichamelijke ziekte of het gebruik van geneesmiddelen. Symptomen zijn angst, onrust, veranderd gedrag, wisselend bewustzijn, moeite met concentratie en aandacht en hallucinaties.
Bij een delier raakt iemand in de war. Dit kan onverwachts in een paar uur of in een paar dagen gebeuren. Iemand is verward, praat vaak warrig en kan de aandacht er niet bij houden.Plotseling is het gedrag van uw naaste anders dan u gewend bent: opgewonden en onrustig.
Hyperactief (onrustig) delier
Een hyperactief delier is het bekendste.
Een delier komt meestal voor bij mensen die al ziek zijn. Zij hebben bijvoorbeeld een longontsteking of hebben net een grote operatie gehad. Of ze hebben een hersenbeschadiging gekregen door een ongeluk of een hersenbloeding. Een delier hoeft niet altijd te wijzen op een ernstige ziekte.
Vaak ontstaat een delirium door een combinatie van oorzaken. Ook kunnen medicijngebruik, stress, angst, te weinig slaap of plotseling stoppen met alcoholgebruik bijdragen aan het ontstaan van een delirium. Een delirium is een tijdelijke stoornis die soms grote gevolgen kan hebben.
Zorg voor niet te veel bezoek en liefst niet meer dan één of twee personen tegelijk. Het is belangrijk niet te fluisteren of met elkaar te overleggen, om een gesprek te voeren buiten de persoon met het delier om. Blijf je telkens tot je naaste/de patiënt richten.”
Een delier wordt veroorzaakt door één of meer lichamelijke factor(en). Een operatie, een infectie (luchtwegen, urinewegen), stoornissen in de stofwisseling of hormoonhuishouding, maar ook het gebruik van bepaalde medicijnen of een botbreuk kunnen een delier uitlokken.
Een kwart van de patiënten die een delier hebben doorgemaakt, overlijdt binnen een jaar.
Een delier is een ernstige ziekte omdat het kan leiden tot slechter eten en drinken, vallen en gevaarlijk gedrag.
Verschil tussen delier en dementie
Symptomen van delier en dementie kunnen op elkaar lijken. Het grote verschil met dementie is dat dementie langzaam verergert, terwijl delier een acute situatie is die enkele uren tot dagen duurt.
Mogelijke prognostische risicofactoren voor de ontwikkeling van een delier zijn: reeds bestaande verminderde cognitie, zintuiglijke beperking, hoge leeftijd, fysieke beperking, ernst van de ziekte, het hebben van een infectie en een voorgeschiedenis van alcoholgebruik.
Bij een delier is sprake van een plotseling optredende verwardheid die soms gepaard gaat met wisselingen van het bewustzijn. Er is sprake van tijdelijke verwardheid door lichamelijke ziekte. Dit kan enkele uren tot enige dagen of soms langer duren, en gaat bijna altijd over.
Een delier is verwardheid die plotseling optreedt. Tijdens een delier verliest iemand het contact met wat er om hem heen gebeurt. Een angstige ervaring, zowel voor de patiënt als zijn omgeving. Als iemand een delier krijgt, dan kan het een paar uur of een paar dagen, en soms zelfs langer duren voordat het over is.
Een delier is heel goed te behandelen. Als de oorzaak van het delier (bijvoorbeeld een blaasontsteking of medicijnen) behandeld wordt, verdwijnen de symptomen meestal vrij snel. Ook hier is uitleg en informatie voor familieleden van groot belang.
Als het delier wordt uit gelokt door beschadiging van de hersenen zelf, kan het herstel langer op zich laten wachten en is het herstel soms ook niet volledig. Wanneer iemand een delier heeft gehad is er een grotere kans op een nieuw de lier, bijvoorbeeld bij ziekte, een ziekenhuisopname of een operatie.
Deze mensen hebben een verhoogd risico om een delier te krijgen: Mensen die al eerder een delier hebben gekregen tijdens ziekte of opname in een ziekenhuis. Mensen die last hebben van geheugenproblemen of van dementie. Mensen die afhankelijk zijn van zorg door anderen.
Meestal duurt een delier enkele dagen tot weken, soms duurt het langer. Vooral oudere patiënten hebben kans op een langer (dan een maand) durend delier. De aanwezigheid van een delier kan wijzen op een ernstige acute lichamelijke ziekte, waarvoor snel medisch ingrijpen noodzakelijk is.
gedrag: delirante patiënten gedragen zich vaak anders dan normaal gesproken. Hun gedrag is niet doelgericht, vaak impulsief en soms zeer ongepast, vrijpostig of zelfs agressief.
Bijwerkingen die soms voorkomen zijn: hallucinaties, delier, jeuk, moeilijk plassen en snelle spiertrekkingen.
Als iemand veel last heeft van een delier, geven we medicijnen tegen angst en onrust. Bijvoorbeeld haloperidol en lorazepam. Soms is iemand met een delier erg onrustig. Het kan dan nodig zijn om de patiënt vast te maken met banden.
Mogelijke oorzaken van een delier
Oorzaken kunnen zijn operaties, ziekten aan het hart of longen, medicijngebruik, ontstekingen of stoornissen in de stofwisseling of hormonen. Ook stress, angst of te weinig slaap kan bijdragen aan het ontstaan of de verergering van het delier.
Haloperidol is bij het NHG en de NVKG eerste keus voor de behandeling van symptomen van delier bij somatisch zieke patiënten 1 2, met een aangepaste dosis voor oudere patiënten 2.
Bepaalde personen zijn vatbaarder voor het ontwikkelen van een delirium: ouderen, personen met een geheugenziekte (dementie) of een ernstige ziekte zoals kanker. Ook een verminderd zicht of gehoor, een fysieke beperking, slapeloosheid of een verblijf in een vreemde omgeving verhogen het risico op een delirium.