Maar het oppompen kan in veel gevallen ook met een moderne fietspomp die vaak ook over een autobandventiel aansluiting beschikt. Er zijn immers ook fietsbanden met een dergelijk ventiel. En anders zou u kunnen overwegen een voetpomp aan te schaffen met manometer om in tijd van nood de band op spanning te krijgen.
Autoband oppompen met fietspomp
Dan kun je een autoband ook met een moderne fietspomp op de juiste spanning brengen. Voorwaarde is wel dat de pomp over een drukmeter beschikt en tot minimaal 3 bar gaat. Ook moet de slang een aansluiting voor een autobandventiel (het zogeheten Schraderventiel) hebben.
Warme lucht zet uit, waardoor de druk (spanning) in je banden hoger wordt. Wanneer de lucht in je banden afkoelt, daalt de spanning weer. Hier is rekening mee gehouden in de adviesspanning. Tel bij warme banden daarom altijd 0,3 bar op bij adviesspanning.
Oppompen en zachtjes rijden
Je kunt soms de compressor van je noodreparatieset gebruiken om de band op te pompen, of wellicht heb je een voetpomp beschikbaar. Daarna kun je eventueel van pompstation naar pompstation rijden en de band telkens daar oppompen voordat je bij de garage bent.
Heeft u een lekke band, dan kunt u het wiel gewoon vervangen, als u tenminste een reservewiel heeft. Met een herstelkit kunt u de band soms tijdelijk repareren en verderrijden. Soms moet u echter een beroep doen op pechverhelping. Een lekke band komt nog vrij vaak voor, maar is op zich geen onoverkomelijk probleem.
Reparatiekits worden het meest gebruikt als vervanging van het reservewiel. Het is een pakketje dat weinig plek inneemt. Met zo'n kit kun je je lekke band – met een klein lek – zelf herstellen door er een vloeistof in te spuiten via het ventiel.
Zowel een te hoge of te lage autobandenspanning kan gevaarlijke situaties opleveren. Een te hoge bandenspanning zorgt er namelijk voor dat een band sneller slijt. Bovendien heeft een band met te hoge spanning minder grip, trilt deze meer en is er vermindert rijcomfort. Daarnaast is de kans op een klapband groter.
Ruim genomen kan je zeggen dat de aanbevolen luchtdruk van een autoband ergens tussen de 2 en 2.5 bar ligt. Zit je dus echt in een noodsituatie, dan is dit een veilig marge (liever iets te laag, dan iets te hoog).
Over het algemeen is de minimale bandenspanning 2.0 bar en de maximale bandenspanning 3.0 bar. Vaak zit er een klein verschil in de bandenspanning van de voor- en de achterbanden. De meeste auto's zijn achter namelijk zwaarder.
De automaat, die werkt op zonne-energie, begeleidt gebruikers stap voor stap bij het controleren van hun bandenspanning. Ze zijn gemeengoed bij vrijwel elk tankstation.
Het lampje gaat branden wanneer de spanning van de band met meer dan 20% afwijkt van de voorgeschreven spanning. Een van de mogelijke oorzaken van het brandend bandenspanning lampje, is dat je een lekke band hebt.
Laat de compressor niet langer dan 10 minuten achtereen werken – risico van oververhitting. Pomp de band op tot de spanning die op de bandenspanningssticker aan de binnenkant van de portierstijl aan bestuurderszijde staat. Laat bij een te hoge bandenspanning lucht uit de band ontsnappen. Schakel de compressor uit.
De stevige fietspomp heeft een drukmeter waardoor je nauwkeurig de huidige bandenspanning kunt meten. Zo weet je precies hoeveel lucht er nog bij moet. Afhankelijk van het type band van de fiets is de bandenspanning van een stadfiets is gemiddeld 3.5 tot 4.5 bar.
Hoe werkt een fietspomp met drukmeter? Bij een fietspomp met drukmeter zie je op de meter precies hoeveel druk er al in de fietsband ziet.Tijdens het pompen zie je dus steeds hoeveel lucht je er nog bij moet pompen. Op de zijkant van de fietsband staat naast de maat ook hoeveel bar de band maximaal aankan.
De Cycplus oplaadbare compressor is een compacte en krachtige fiets- en bandenpomp die uitblinkt in gebruiksgemak en efficiëntie. Deze pomp, bekroond met de titel 'Best Choice Eurobike 2022/2023', biedt een maximale druk van 150 PSI / 10,3 bar en is geschikt voor alle soorten banden, van fietsen tot auto's.
De ideale bandenspanning ligt tussen 2 en 3 bar. Wanneer de luchtdruk in uw banden 0,5 tot 1,5 bar lager is dan voorgeschreven, spreken we van een te lage bandenspanning. Wanneer hij 0,5 bar hoger is dan voorgeschreven, spreken we van een te hoge bandenspanning.
Bij het reservewiel moet de bandenspanning 0,5 bar hoger liggen dan de voorgeschreven adviesspanning zodat hij bij pech steeds gebruiksklaar is. Is je reservewiel een zogenaamde thuiskomer? Vul deze dan met 4,2 bar. Let op dat je met een thuiskomer niet harder rijdt dan 80 km per uur.
De geadviseerde bandenspanning wordt opgegeven bij een (buiten) temperatuur van 20 graden. De spanning of druk in een band is afhankelijk van de temperatuur. Met elke 10 graden temperatuur wijziging verandert de spanning in de band met 0,1 bar.
Het rubber van een uitgedroogde band is minder soepel en raakt sneller beschadigd. Hierdoor kunnen zelfs stukjes rubber losraken, waardoor het karkas of canvas zichtbaar wordt. De kans op een klapband is groot bij een band met scheuren in het rubber. Op de plekken met scheuren is het rubber minder sterk.
Bij te weinig luchtdruk of een lekke band op de achteras breekt de achterkant van de auto plotseling uit in een bocht en reageert de auto erg onrustig wanneer je 't gaspedaal loslaat of plotseling afremt.
De meeste klapbanden ontstaan door een te lage bandenspanning. Slappe banden kunnen eerder oververhit raken, waardoor een klapband kan ontstaan. Zorg daarom voor een correcte bandenspanning.
Rijd dan de eerste paar kilometers rustig en ga zo snel mogelijk naar een bandenspecialist of de garage om de lekke band te repareren. Let op dat je met een thuiskomer minder snel mag rijden, meestal maar 80 km/u!
Reserveband is niet overal verplicht
Maar in andere landen – zoals Spanje, Tsjechië, Slowakije en Turkije - is een reservewiel nog wel verplicht. Heb je geen reservewiel? Dan moet je in die landen een werkende reparatiekit bij je hebben.
Altijd wanneer u pech heeft kunt u een beroep doen op de Wegenwacht, dus ook wanneer u een lekke band heeft. De Wegenwacht zal kijken waar u op dat moment het best mee geholpen bent. Vaak kan de band gerepareerd worden, we spreken dan van een tijdelijke reparatie. Een definitieve zal in de garage moeten plaats vinden.