De meeste koeien hebben van nature hoorns. In de biologische dynamische melkveehouderij houden koeien hun hoorns. Ze vormen een wezenlijk onderdeel van de koe. De koeienhoorn is meer dan alleen de dode buitenste hoornlaag.
De hoorns dienen door de open en sterk doorbloede structuur onder andere voor de afkoeling van een rund. Ook dient het sponsachtige weefsel van de hoornpit voor de opslag van met name mineralen. Het opvallendste verschil tussen gehoornde en ongehoornde koeien is wel de afwijkende structuur van melk, urine en bloed.
Melkvee heeft hoorns, waarmee de dieren hun stalgenoten kunnen verwonden – zeker als ze wat dicht op elkaar staan. Ook voor mensen vormt de koe met hoorns een gevaar. Daarom hebben wetenschappers genetisch gemodificeerde koeien gecreëerd die geen hoorns krijgen.
Pijnlijk. Bloeduiers, huidverwondingen en eigen veiligheid. Dat is de reden voor de meeste boeren om hun koeien te onthoornen. Jeroen had ook een veestapel zonder hoorns maar in 2003 is hij gaan omschakelen van EKO naar Demeter.
Hoorns komen voor bij runderen, schapen, geiten en antilopen. Ze vormen samen de groep van de holhoornigen. Ook horens beginnen als knobbels op het voorhoofd. Die knobbels groeien uit tot hoorns, de hoorn wordt ook wel de hoornpit genoemd.
De meeste melkgeitenhouders houden alleen nog steeds niet van hoorns. Daarom worden gehoornde melkgeiten vaak op jonge leeftijd onthoornd. In de biologische geitenhouderij is onthoornen taboe. Bij een pasgeboren lam is te zien of het gehoornd of ongehoornd is.
Geiten doen veel met hun horens. Het zijn communicatiemiddelen voor hen, belangrijk om de onderlinge rangorde en de hiërarchie in de kudde te verzorgen. We houden hier met de verzorging van de dieren rekening mee. Ze hebben voldoende ruimte in de stal.
Dierenwelzijn voorop
Zo houden de Jerseys hun hoorns. Die hebben ze niet voor niets: ze spelen een rol in de mineraalhuishouding. De dieren krijgen enkel natuurlijk voer, met volop kruiden voor vitaminen en mineralen.
De mannelijke vorm noemen we een stier en de vrouwelijke vorm noemen we een koe. Een stier kan veel groter dan een koe worden en de stieren kunnen agressief worden. Een gecastreerde of gesneden stier noemen we een os. Een os is minder agressief dan een stier.
Van nature hebben runderen, zowel stieren als koeien, hoorns. En die hebben ze niet voor niets. Mede met die hoorns bepalen koeien hun plaats in de kudde.
Bij volwassen runderen worden de hoornen afgezaagd. Bij kalveren, geiten en schapen gebeurt dit door het wegbranden van de groeipunten. Het is verboden om caustische pasta's of stiften te gebruiken om de hoorngroeipunt te verwijderen.
Daarnaast kunnen dieren met hoorns zorgen voor ernstigere verwondingen bij hun soortgenoten. Bij het onthoornen worden in de eerste levensdagen van de geitjes de hoornpitjes verwijderd en dichtgeschroeid. Onderling stoten kan dan niet meer tot serieuze verwondingen leiden. De ingreep zelf is wel ingrijpend.
De koe bij de horens grijpen (pakken of vatten), d.w.z. eene moeilijke, gevaarlijke onderneming op de juiste manier flink aanpakken; fri. de kou by de hoarnen pakke of it hynsder (paard) by de team (toom) pakke.
Een ander groot verschil is natuurlijk dat een stier geen uier onder aan zijn buik heeft. Zo kun je van een afstand duidelijk zien wat een koe of een stier is. Eigenlijk heet het vrouwtje eerst vaars.
Hoorn is het harde materiaal van hoeven, snavels, vinger- en teennagels en de buitenkant van hoorns. De substantie bestaat hoofdzakelijk uit het taaie, onoplosbare eiwit keratine, wat ook in de buitenste cellaag van de huid (epidermis) wordt teruggevonden.
Een paar hoorns is gebruikelijk; er komen echter twee of meer paren voor bij een paar wilde soorten zoals de vierhoornantilope en bij sommige gedomesticeerde schapenrassen.
Over het algemeen is jongvee eigenlijk al het vee dat nog geen koe is: vee dat nog niet gekalfd heeft. Jongvee vanaf een jaar oud wordt een pink genoemd. Jongvee vanaf zo'n vijftien maand, de leeftijd waarop ze gedekt of geïnsemineerd worden, wordt een vaars genoemd.
Er is echter één belangrijk verschil. De os is een gecastreerde stier. Dat wil zeggen dat de os niet meer vruchtbaar is en geen vrouwtjes (koeien) meer kan bevruchten.
Kalf – jong dier, ook wel 'kuuske' genoemd (stierkalf = mannelijk, vaarskalf = vrouwelijk); Pink – eenjarig kalf, ook wel 'hokkeling' genoemd; Var – jonge stier; Vaars – jonge koe die voor het eerst is gedekt, ook wel 'maal' of 'eerstekalfskoe' genoemd.
Consumenten zouden alleen vrouwelijke dieren willen omdat een stier te stevig zou zijn. Stieren leveren meer op dan kalfjes. Daarom houden de eigenaren van deze stier jonge mannelijke dieren aan tot ze volwassen zijn. Toch zijn er slagers die weigeren stierenvlees te verkopen.
De kostprijs van een zeboekoe bedraagt ± € 600. Voor een stier betaal je minder. Het aantal kwekers van dwergzeboes in België en Nederland is beperkt. De zoektocht naar kalfjes is daardoor niet eenvoudig, maar het wachten wordt zeker beloond wanneer je deze 'lieflijke minikoetjes' in je weide ziet rondlopen.
“Het kopen van zuivere Jerseys kost ongeveer € 1.400 tot € 1.500 per dier”, zegt Liebregts. Volgens Henk Lutke Willink van CRV is dat eerder € 1.800 tot € 2.000.
Het schaap (Ovis aries) is een gedomesticeerd zoogdier dat al sinds eeuwen gebruikt wordt door de mens, voor wol, melk en vlees. Een vrouwelijk schaap wordt ooi genoemd, een mannelijk dier een ram en een jong een lam.
Vrouwelijke geiten worden geit of mieke genoemd, mannelijke dieren een bok en de jongen lam.
Geiten zijn niet zo moeilijk als het om eten gaat. Ze vinden vooral lange grassen, bladeren en takken lekker. Maar als ze daar niet bij kunnen, kauwen ze ook gerust op je kleren of op velletjes papier.