Een bebouwde kom kenmerkt zich namelijk door langs de weg gelegen bebouwing van zodanige omvang en dichtheid dat een duidelijk verschil in wegkenmerken benadrukt wordt. Uit de algemene regels van een bebouwde kom komt voort dat de toegestane snelheid binnen de bebouwde kom 50 km/h is, tenzij anders aangegeven.
Je kunt aan de plaats namelijk zien of je je binnen of buiten de bebouwde kom bevindt. Binnen de bebouwde kom staat het bord vóór het kruispunt en buiten de bebouwde kom erna. Op deze manier kun je bepalen of de maximumsnelheid die voor jou geldt op dat moment 50 km/u of 80 km/u is.
Om zeker te weten of je buiten de bebouwde kom rijdt, is het hierbij ook weer super handig om naar kruispunten te kijken. Of in ieder geval de voorrangsborden bij kruispunten. Want waar deze binnen de bebouwde kom voor het kruispunt staan, staan ze buiten de bebouwde kom na het kruispunt.
De grens van deze bebouwde kom wordt volgens de Afdeling niet bepaald door een verkeersbord (en dus niet door de Wegenverkeerswet), maar door de feitelijke situatie en de aard van de omgeving. Van belang hierbij is waar de bebouwing feitelijk (nagenoeg) ophoudt.
Met verkeersbord H1 (zie onder Algemeen / Bebouwde kom) wordt aangegeven dat je de bebouwde kom binnenrijdt, waar de maximumsnelheid voor auto's en motoren 50 km/h is.
Uit jurisprudentie blijkt dat langer dan 10 minuten stilstaan inhoudt dat er sprake is van parkeren. Kiss and Ride is dan gelimiteerd tot maximaal 10 minuten stilstaan.
Soorten strepen op de weg
dubbele witte middenstrepen met groene kleur ertussen: 100 kilometer per uur; dubbele witte middenstrepen zonder groene kleur: 80 kilometer per uur; geen middenstreep: 80 kilometer per uur, behalve als er langs de weg een bord staat met 60 kilometer per uur.
Een autoweg wordt aangeduid door een blauw bord met een auto. Een N-weg waar 100 km/h gereden mag worden is herkenbaar aan een dubbele doorgetrokken streep met een groene vulling.
Binnen de bebouwde kom geldt een snelheidslimiet van 50 kilometer per uur, tenzij anders aangegeven. Het plaatsnaambord zelf impliceert ook een maximumsnelheid van 50 kilometer per uur. Tegenwoordig wordt het bebouwde kom-bord ook wel gecombineerd met een 30-bord. Dan geldt 30 kilometer per uur als snelheidslimiet.
In Nederland gelden, tenzij door verkeersborden anders is aangegeven, de volgende toegestane maximumsnelheden: binnen de bebouwde kom: 50 kilometer per uur. buiten de bebouwde kom: 80 kilometer per uur. op autosnelwegen overdag (06:00 tot 19:00 uur): 100 kilometer per uur.
Oorspronkelijk is een woonerf een doodlopende weg, waar alleen auto's komen die het erf als bestemming hebben. Tegenwoordig zijn vaak ook doorlopende wegen omgebouwd tot erf. De in- en uitgangen zijn dan verhoogd. Je herkent een erf aan zijn eigen verkeersborden.
Een zone 30 is een gebied waarin je nergens sneller mag rijden dan 30 km/u. De zone wordt aangeduid op alle toegangen en uitgangen van de zones door een vast begin- EN eindbord. Schoolomgeving 2 Naast een zone 30 bestaat ook een schoolomgeving. Ook hier mag je niet sneller rijden dan 30 km/u.
Een belangrijke misvatting betreft de snelheid: binnen een woonerf is de snelheid voor alle gebruikers beperkt tot 20 km per uur, en niet tot 30 km per uur zoals velen denken. Voetgangers mogen er immers de volledige breedte van de openbare weg gebruiken; bovendien is spelen op de openbare weg eveneens toegelaten.
Met verkeersbord H1 (zie onder Algemeen / Bebouwde kom) wordt aangegeven dat je de bebouwde kom binnenrijdt, waar de maximumsnelheid voor auto's en motoren 50 km/h is.
70 km/u. Buiten de bebouwde kom is de maximumsnelheid 70 km/u. Er moet dus geen verkeersbord geplaatst worden om je aan deze limiet te doen herinneren. Let op, in Wallonië en het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest is de maximumsnelheid buiten de bebouwde kom nog steeds 90 km/u.
Er geldt geen minimumsnelheid voor wegverkeer. Als u te langzaam rijdt kunt u wel het overige verkeer hinderen of in gevaar brengen. U krijgt dan een boete.
In de avond en nacht (van 19.00 tot 06.00 uur), mag u op sommige snelwegen 120 kilometer per uur of 130 kilometer per uur rijden. De maximumsnelheid in de avond en nacht is dus op veel snelwegen hoger dan overdag.
Er is onderzoek naar gedaan, en automobilisten geven deze redenen aan voor hun hoge snelheid³ : ze willen zich aanpassen aan het andere verkeer. ze hebben haast. ze vinden hard rijden leuk.
De meetcorrectie is 3 kilometer en de eerste 3 kilometer te hard rijden blijft onbestraft. Wie op een weg met maximaal 80 kilometer per uur de snelheid aantikt van 87, rijdt dus 1 kilometer te hard. Je kunt dan een boete krijgen voor 4 kilometer te hard rijden.
Gele streep op de stoeprand
Is de lijn onderbroken, dan mag je hier niet parkeren. Is de lijn doorgetrokken, dan is zelfs stilstaan verboden. Net als laden en lossen of even snel uitstappen.
De maximumsnelheid op een autoweg binnen de bebouwde kom bedraagt 50 km/u en buiten de bebouwde kom is dat 100 km/u, tenzij er door borden een andere maximumsnelheid is aangegeven. Het gebruik van een autoweg is alleen toegestaan voor motorvoertuigen, die tenminste 50 km/u mogen en kunnen rijden.
Om je te waarschuwen voor een gevaarlijk punt worden soms zigzag-strepen op het wegdek aangebracht. Dit kan zijn een voetgangersoversteekplaats, gevaarlijk kruispunt of een ander gevaarlijk punt.
Binnen de bebouwde kom: 50 km/u. Buiten de bebouwde kom: 80 km/u. Op autowegen: 100 km/u. Op autosnelwegen: 100 tot 130 km/u *
Het beste antwoord. Dit zijn meetpunten. Ze worden vliegschijven genoemd. Het zijn belangrijke hulpmiddelen bij het maken van gedetailleerde landkaarten en plattegronden.