Onderzoek toont aan dat dagelijks 4 of meer keer testen een goede manier is om controle te krijgen over uw glucose. Goede controle van uw glucose zal u helpen het risico te verlagen op toekomstige complicaties met diabetes.
Bovendien moet je elke 2 tot 4 weken je bloedglucosewaarden 's nachts rond 2 uur meten, om te kijken of er zich eventueel onopgemerkte nachtelijke hypo's voordoen. Tijdens een instelfase wordt aangeraden je “postprandiale” bloedglucosewaarden ongeveer 1 tot 2 uur na een maaltijd te meten.
Dit noemen we de 2-4-6-regel. Dit houdt in dat u iedere 2 uur uw bloedglucosewaarde meet. Is de bloedglucosewaarde tussen de 15 en 20 mmol/l, dan spuit u 4 eenheden extra. Is de bloedglucosewaarde tussen de 20 en 25 mmol/l, dan spuit u 6 eenheden extra.
Spuit u één of tweemaal daags insuline dan is het vaak voldoende om eens in de paar weken een dagcurve te maken. Daarnaast zult u af en toe controleren of uw glucosewaarde te hoog of te laag is. Ook kan het interessant zijn de effecten van bijvoorbeeld voeding of beweging te meten.
Wanneer meet u uw bloedglucosewaarde? Meestal krijgt u de vraag om op bepaalde dagen vier keer per dag uw bloedglucosewaarde te meten. Anders gezegd: een vier-punts dagcurve te maken. Soms wordt u gevraagd om nog meer metingen per dag te doen, bijvoorbeeld voor een zeven-punts dagcurve.
Gebruik niet te veel suiker, jam, honing, siroop, stroop, witte pasta, witte meel, witte rijst of aardappelpuree. Er zitten veel 'snelle' koolhydraten in, waardoor de bloedsuikerspiegel omhoog schiet.
Op een niet nuchtere maag gelden waarden tussen 7,8 en 11 mmol/l als verhoogde waarden. Komt uw bloedsuiker op nuchtere maag boven 6,9 mmol/l en op niet nuchtere maag boven 11 mmol/l, dan hebt u te hoge bloedsuiker en is er sprake van diabetes. Daarbij is het noodzakelijk dat u medicatie krijgt.
Een goede bloedsuiker voor 's ochtends als u nog niet gegeten of gedronken heeft is: tussen 4,5 en 8. Dit heet de nuchtere bloedsuiker. Na het eten gaat uw bloedsuiker omhoog. Een goede bloedsuiker voor 2 uur na het eten is: lager dan 9.
Een goede bloedsuiker voor 's ochtends als u nog niet gegeten of gedronken heeft is: tussen 4,5 en 8. Dit heet de nuchtere bloedsuiker. Na het eten gaat uw bloedsuiker omhoog. Een goede bloedsuiker voor 2 uur na het eten is: lager dan 9.
Glucosewaarden ouderen mogen tussen de 6 en 15 mmol/l zijn.
Het nodige aantal eenheden insuline varieert van persoon tot persoon (8 tot 200 eenheden). Meestal begin je met het inspuiten van 10 eenheden insuline 's avonds. In samenspraak met je arts kun je dan zelf de dosis verhogen, bijvoorbeeld om de drie dagen.
Deze tabletten worden vaak eenmaal daags ingenomen bij de avondmaaltijd, met een maximale dosering van 2 gram per dag. Het kan ook zijn dat deze tabletten worden voorgeschreven voor tweemaal daags, bij het ontbijt en de avondmaaltijd. Als ze niet genoeg werken, wordt overgestapt naar de tabletten met directe afgifte.
Huisarts, praktijkondersteuner en diabetesverpleegkundige
De medische zorg kan bestaan uit leefstijladviezen over voldoende bewegen, gezond eten en stoppen met roken. Door een gezonde leefstijl kan de werking van insuline vaak zonder medicatie verbeteren.
De hoeveelheid glucose in je bloed is dan iets hoger. Bij niet-nuchter bloedonderzoek betekent een suikerspiegel onder 7,8 mmol/l dat je waarschijnlijk geen diabetes hebt. Een waarde tussen 7,8 en 11 mmol/l daarentegen wijst op beginnende diabetes, en een waarde boven 11 mmol/l op diabetes.
Als je bloedsuiker boven de 10 mmol/l komt, heb je een hyper. Dat merk je aan: veel plassen. veel dorst hebben en houden.
In het kort. Uw bloedsuiker is te laag als deze lager is dan 3,5. Klachten van een lage bloedsuiker zijn: honger, zweten, hartkloppingen, gapen, duizeligheid, hoofdpijn, humeurig of verward zijn.
Het begint vaak met dorst, veel drinken en veel plassen, omdat het lichaam de overmaat aan glucose via de urine probeert te verwijderen. De volledige naam diabetes mellitus betekent de honingzoete doorloop. Moeheid of lusteloosheid kunnen optreden. Sommige mensen zijn prikkelbaar en kortaf.
Deskundigen adviseren mensen met diabetes om te kiezen voor dranken die weinig tot geen suiker bevatten. Daarom zijn onze suikervrije dranken, zoals Coca‑Cola light, Coca‑Cola zero sugar, Sprite en Chaudfontaine Fusion geschikt voor diabetici.
Denk aan bramen, frambozen en avocado's. Die kun je dus het beste eten bij diabetes type 2, omdat ze weinig invloed hebben op je bloedsuikerspiegel.
Koffie verlaagt het risico op diabetes type 2. Maar als je diabetes hebt kan koffie met cafeïne de bloedsuiker verhogen. Thee kan diabetes type 2 voorkomen en is ook gezond voor mensen met diabetes.
Glucose trekt water mee, waardoor je heel veel urine aanmaakt en je veel en vaak moet plassen. Zo verlies je veel vocht en droog je uit waardoor je de hele tijd dorst hebt. Als je diabetes hebt en je wordt nog niet behandeld, wil je daardoor veel en vaak drinken.
Eet zo weinig mogelijk snelle koolhydraten. Snelle koolhydraten laten uw bloedsuiker snel stijgen. Snelle koolhydraten zijn zetmeel en suikers. Ze zitten bijvoorbeeld in witbrood, witte pasta, witte rijst, cornflakes, koekjes, gebak, vruchtensap, frisdrank en snacks.