Je plaatst een zinseindeteken, zoals een punt, uitroepteken of vraagteken, bij een citaat tussen aanhalingstekens binnen de aanhalingstekens.
Enkele aanhalingstekens worden dan gebruikt voor woorden of zinsdelen die benadrukt moeten worden, zoals bij uitingen van sarcasme of bij fantasiewoorden. Het mag echter óók andersom. In dat geval gebruik je enkele aanhalingstekens voor gesproken tekst en dubbele aanhalingstekens voor benadrukte woorden en zinsdelen.
Als een hele zin geciteerd wordt, begint het citaat met een hoofdletter, en valt de punt of het vraagteken of uitroepteken binnen de aanhalingstekens: Ik zei: “Ik hou niet van appeltaart.” De kassière vroeg: “Hebt u een klantenkaart?” De docent riep: “Stilte!”
Begin een gesproken zin met een hoofdletter en eindig met een punt, vraag- of uitroepteken, of een komma.Er moet altijd een leesteken staan vóórdat je aanhalingstekens sluit. En let op: leestekens horen binnen de aanhalingstekens, niet erbuiten: 'Ik ga iets zeggen.
Aanhalingstekens zet je ergens omheen, bijvoorbeeld om een citaat of een zelfbedacht woord. Ná de beginaanhalingstekens komt nooit een spatie. Vóór de eindaanhalingstekens komt ook nooit een spatie.
Vuistregel: als je het kan horen, dus fluisteren, zeggen, schreeuwen, piepen, altijd tussen aanhalingstekens. Als je de dialoogzin in enkele aanhalingstekens hebt staan, zet dan het citaat "Amsterdam" tussen dubbele aanhalingstekens.
Aanhalingstekens geven aan dat woorden letterlijk geciteerd worden.Ze worden ook gebruikt om de betekenis van een woord of uitdrukking te omschrijven.
Het beletselteken (…)
Het kan aangeven dat de zin wordt afgebroken of dat de lezer geacht wordt zelf een woord of gedachte in te vullen. Als het beletselteken aan het einde van een zin staat, komt er geen extra punt achter het beletselteken.
Haakjes zijn leestekens die worden gebruikt om extra informatie aan een zin toe te voegen of om correct naar bronnen te verwijzen in een academische tekst. De informatie of verwijzing staat altijd tussen haakjes, wat betekent dat een openend haakje niet kan worden geplaatst zonder een sluitend haakje en vice versa.
Een dubbele punt gebruiken we vóór een opsomming, een citaat, een verklaring, aankondiging, omschrijving, toelichting, conclusie of gedachte. Er komt geen spatie vóór een dubbele punt, wel erna.
Het wordt gebruikt om uiting te geven aan een gevoel van pijn, een roep om hulp, een kreet, een wens, een bevel, een waarschuwing, een gelukwens of een sterk gevoel van bijvoorbeeld afschuw, verbazing of verwondering. Het uitroepteken komt vooral bij korte zinnen voor. Au! Hulp!
Met de keyboard instelling US is de [ ' ] en [ " ] toets direct een aanhalingsteken. Een trema invoegen gaat een stuk lastiger met deze instellingen. In plaats van [ ' ] + E = é, zo als dat werkt met United States International, moet je handmatig de trema plaatsen met een Alt code. Bijvoorbeeld: [Alt] + 0233 = é.
Regels voor citaten (volgens APA)
Zet het citaat tussen dubbele aanhalingstekens, behalve als het citaat langer is dan 40 woorden. Als een citaat langer is dan 40 woorden, moet het citaat met een witregel gescheiden worden van de rest van je tekst. Ook plaats je het citaat dan in een gescheiden blok.
Dit geldt bijvoorbeeld voor een punt, vraagteken en uitroepteken. Deze leestekens hoort je kind alleen aan het einde van een zin te plaatsen. De andere leestekens kunnen op verschillende plekken in een zin voorkomen. Een komma wordt bijvoorbeeld middenin een zin geplaatst.
U kunt Uitspreken gebruiken om tekst hardop voor te laten lezen in de taal van uw versie van Office. Tekst-naar-spraak (TTS) is de functie waarmee op uw computer geschreven tekst kan worden afgespeeld als gesproken tekst.
Haakjes kunnen om een deel van een zin of om een hele zin gezet worden. Als de haakjes om een deel van een zin staan, staat de zinseindepunt buiten de haakjes. Binnenkort moet het project op kruissnelheid komen (studiewerk, sensibilisering, productie en installatie).
Staat een hele zin tussen haakjes of aanhalingstekens, dan wordt dus ook de punt tussen deze leestekens geplaatst, maar eindigt de zin met een toevoeging tussen haakjes of aanhalingstekens, dan staat de punt erbuiten.
Er zijn ronde en vierkante haakjes. Je zet bijvoorbeeld extra informatie (die niet van direct belang is) tussen ronde haakjes. Met vierkante haakjes kan bijvoorbeeld redactioneel commentaar [informatie gegeven door een redactie en niet door de auteur, red.]
Het beletselteken bestaat uit drie puntjes en geeft meestal aan dat een zin wordt onderbroken of ineens afgebroken. Een andere naam voor het beletselteken is gedachtepuntjes.
Na is een bijwoord of voorzetsel dat “volgend op” of “later dan” betekent. Ook kun je er een reeks mee aangeven (bijvoorbeeld: uur na uur). Naar wordt gebruikt om een richting aan te geven.
Met een puntkomma combineren we twee zinnen tot één langere zin. De puntkomma houdt het midden tussen de komma en de punt. Net als de punt sluit de puntkomma een zin af, maar tegelijkertijd maakt ze duidelijk dat er een nauwe band is met de volgende zin.
Komen aanhalingstekens voor of na de punt? Bij een citaat na een dubbele punt komen de aanhalingstekens na de punt. Voor de volgorde van de punt en het aanhalingsteken geldt de zogenoemde elda-regel: eerst leesteken, dan aanhalingsteken (of afhalingsteken): Hij zei: "Dat is waar."
Je kunt een dubbele punt gebruiken bij een opsomming, uitleg of citaat. Als twee hoofdzinnen veel met elkaar te maken hebben, maar ook losstaande zinnen zouden kunnen zijn, kunnen we een puntkomma gebruiken om de zin op te splitsen.