In de warme zomer periode zijn vooral de boilies met een hoge voedingswaarde bijzonder attractief. Het is daarom dat de SA7 boilies door de karper met graagte wordt gegeten. Karpers kunnen in de zomer door de hogere temperaturen namelijk veel beter hun eten verteren en opnemen.
Een goede bait-booster met een sterke stijgende werking is in de zomer een absolute meerwaarde voor je aas. Zo goed als alle aasfabrikanten hebben het tegenwoordig wel in hun assortiment, een dip, soak, liquid, goo, smog, noem het maar op. Maar ook een simpele zalmolie bijvoorbeeld werkt al prima.
Geschikte boilies voor de zomer zijn bijvoorbeeld de Tijgernoot Anijs boilies, vanwege de sterke geur, maar ook de fruitige Kiwi Bosbes boilies en de opvallende smaakvolle Creamy Chocolat boilies vallen in de zomer goed in de smaak bij de karpers.
Een goed karper lokvoer bestaat uit zinkende aasdelen. Dit omdat een karper voornamelijk op de bodem aast. Daarom is het voeren met speciale karperpellets of boilies aan te raden. Niet alleen bevatten deze pellets en boilies specifieke ingrediënten die voornamelijk de karper aantrekken.
Tijdens de zomerperiode zijn de karpers vaak te vinden in de bovenste waterlagen. Op de meeste wateren laten de vissen zich zien, ze draaien en springen soms volop. Omdat wij ons haakaas vaak op de bodem presenteren is het dus belangrijk de karper te attenderen op de aanwezigheid hiervan.
De meeste vissen – en zo ook karper – zijn vooral actief in de vroege ochtend en de avond. Overdag is de karper het minst actief en zullen je vangkansen dan ook het minst groot zijn. Daarom is het verstandig om juist in de ochtend of avond te gaan vissen.
Denk hierbij aan tijgernoten, mais, kikkererwten en hennep. Karpers zijn er dol op en het kan op veel wateren dressuur doorbrekend werken.
Karpers in het wild eten voornamelijk voedsel dat op dat moment gemakkelijk verkrijgbaar is. Je kunt dan denken aan muggenlarven, watervlooien en kreeftachtigen.Daarnaast eten ze ook jongbroed en plantaardig voedsel zoals waterpest en draadalgen.
Een rig tube met een leadclip en dan een onderlijn van maximaal 18 cm met haakmaat 6 of 8 is de beste keuze bij deze visserij. Omdat de karper op een heel klein oppervlak aast is het belangrijk dat je een korte onderlijn hebt zodat de karper bij een aanbeet zo snel mogelijk in contact komt met het lood.
Maïs is de meest klassieke partikel voor het vissen op karper en grotere witvis. Maïs is gigantisch zoet en zit hierdoor bomvol koolhydraten. Dit lichtverteerbare zoete aas kun je het gehele jaar prima mee uit de voeten. Maïs is verkrijgbaar in verschillende soorten en maten.
Met de Krill Caramel, Boodworm, Scopex en Original-B1 zit je komende weken sowieso goed! Deze boilies zijn ook perfect te combineren om zo verschillende aasprikkels op je stek je hebben. Qua aas kan je weinig verkeerd doen deze periode.
Boilies: 1100 tot max 1500 gram per dag is voldoende. In de praktijk had een grotere hoeveelheid geen extra effect. De belangrijkste reden is dat je niet meer karpers kan voeren dan er langskomen. Komen er niet genoeg karpers op de voerstek, dan kan het effect van teveel voer zelfs erg nadelig werken.
Als de maanden mei en juni zijn aangebroken, reageren de karpers erg goed op vismeel boilies. Dit komt doordat deze boilies erg goed aansluiten op de voedingsbehoefte van een karper. Onze hot tuna boilies en krill garlic boilies zijn hiervoor zeer geschikt.
Naast paling en baars, vang je met wormen ook de grotere brasems en windes. Worden hebben verschillende varianten denk maar aan de regenworm, dauwworm en de mestpier. Wormen zijn zelf makkelijk te vinden of te kopen in de viswinkel, vraag voor de mestpiertjes eens bij de plaatselijke hobby tuinman.
Kleur is een minder belangrijk aspect bij het kiezen van boilies. Veel kleuren zijn op een bepaalde diepte niet eens meer te herkennen. Wel kan de keuze tussen donker- of lichtgekleurde boilies verschil maken. Bijvoorbeeld op een donkere bodem valt een lichte boilie meer op, waardoor deze sneller de aandacht trekt.
Bij veel zon op het water gaat baars overigens op zoek naar schaduwplekken – vis dus zeker ook langs en onder steigers en bruggetjes. Ook wil de baars overdag nog wel eens vrij diep gaan liggen, daar waar het water net iets kouder is en er minder zonlicht doordringt.
Durf diep te vissen! Twaalf meter en soms nog dieper is op sommige wateren heel normaal in de winter. De karpers voelen zich er veilig, het water is er iets warmer en stabieler qua temperatuur dan de bovenste laag en wanneer je dergelijke stekken aanvoert leert een karper al snel dat er wat te halen valt!
Karpers liggen in de winter vaak tussen obstakels.Daarnaast zoeken ze graag de luwte op en zal de oeverzone waar een koude noordoostenwind op staat gemeden worden. Probeer ook eens de diepere plekken soms kan het daar vol liggen met karpers!
Er zijn in hoofdlijn drie oorzaken van tegenvallende vangsten: 1) er zit geen vis op je stek, 2) de vis aast niet of 3) je pakt het gewoon verkeerd aan.
Vaak is dat in de vorm van obstakels zoals bijvoorbeeld in het water liggende bomen, lelievelden en rietkragen. Daarnaast is er in de omgeving van dit soort plekken ook veel voedsel te vinden. Je zult ook zien dat karpers veel tijd zullen doorbrengen op de plekken waar ze niet door vissers belaagd worden.
Maden, de friemelende beestjes zijn immens populair onder de witvissers, maar worden nog relatief weinig ingezet binnen de karpervisserij. De vissers die ze wel inzetten weten echter als geen ander dat je er ontzettend veel karper mee kunt vangen!
Vooral ondiepe parkvijvers zijn vaak erg goed om het karpervissen te leren, op de meeste parkvijvers zwemt een goed karperbestand, ideaal dus om hier te beginnen. De watertemperatuur is afhankelijk van het jaargetijde, de weersomstandigheden, vorm en diepte van het water.
Kijk eerst eens langs het grootste deel van de sloot hoe diep het is,op de ondiepste stukken heb je het meeste kans dat je iets ziet zwemmen. plekken zijn waar de vissen eten zouden kunnen vinden, bijvoorbeeld overhangende bomen, lelievelden enz.
Karpers kunnen met beide ogen opzij en naar boven kijken in een hoek van 49 graden. Alles wat buiten deze hoek valt is dus niet zichtbaar voor de karper. De karper heeft verschillende oogcellen waardoor hij alle kleuren kan zien die wij kunnen zien.
Karpervissers zijn terecht enthousiast als er in de buurt van hun aas karper springt, want dit betek ent meestal actieve – en dus azende – vis. Er zijn meerdere theorieën waarom karpers springen, maar waarschijnlijk heeft het vooral te maken met parasieten en het reguleren van de zwemblaas.