Bij het schrijven van een probleemanalyse maak je twee dingen duidelijk: wat het probleem precies is en waarom het opgelost moet worden. Door hierover na te denken kom je tot een goede probleemstelling. Daarnaast kom je tot een doelstelling. Hierin beschrijf je wat je precies met je onderzoek wilt bereiken.
Een probleemanalyse bestaat uit het signaleren van een probleem, het opsporen van de oorzaken, het scheiden van de hoofd- en bijzaken en verbanden leggen tussen de verschillende problemen. Een probleemanalyse kijkt dus echt naar het probleem zelf en (nog) niet naar de oplossing ervan.
De 6W's van Ferrel zijn: Wie zijn de huidige en potentiële afnemers? Wat doen de huidige en potentiële afnemers met onze producten? Waar kopen de huidige en potentiële afnemers onze producten?
Het model van Abell wordt toegepast om het werkterrein van een bedrijf af te bakenen en te analyseren. De analyse is gericht op welke technologieën worden gebruikt, hoe het bedrijf omgaat met de behoeften uit de markt en op welk deel van de markt wordt ingespeeld.
Onder afnemers worden meerdere groepen verstaan, namelijk toeleveranciers, handelaars en consumenten. De afnemer staat steeds vaker centraal en dit zorgt ervoor dat het nodig is om precies te weten hoe de afnemer denkt. Hiervoor is het weer nodig om te weten wie de afnemers zijn, en wie niet.
Het 5w- of 6w-model van Ferrell is een methode om meer inzicht te krijgen in het gedrag en de wensen van klanten. Door de 5 w's (wie, wat, waar, wanneer en waarom) mee te nemen in je marktonderzoek, voer je een gedegen afnemersanalyse uit. De uitkomsten kunnen eventueel ook dienen als input van je SWOT-analyse.
Een probleem analyseren wordt gemakkelijker als je jezelf vragen stelt die het probleem vanuit verschillende hoeken benaderen. Hierbij kun je de "4W – methode" gebruiken. Die term staat voor: Wie, wat, waar, wanneer, hoe én de gevolgen.
De probleemanalyse (ook wel probleemoriëntatie of probleemverkenning genoemd) is een van de belangrijkste stappen in het scriptieschrijfproces. Een goede probleemanalyse leidt tot een goed afgebakende probleemstelling en doelstelling en helpt je op weg om de juiste onderzoeksvragen op te stellen.
In de aanleiding beschrijf je de achtergronden die hebben geleid tot jouw onderzoek. Wat is de aanleiding van jouw onderzoek? Wat heeft ertoe geleid dat jij onderzoek gaat doen? Dit zijn vragen die je jezelf moet stellen tijdens het schrijven van de aanleiding.
De probleemstelling komt direct na je inleiding en aanleiding (zie onderstaand overzicht van scriptie onderdelen). In de inleiding en aanleiding schets je de context waarin het probleem zich voordoet en beargumenteer je waarom juist dit probleem nou zo urgent is.
Een journalist probeert altijd een zo volledig mogelijk verhaal te vertellen. Daarvoor wordt in de journalistiek een ezelsbruggetje gebruikt: de 5W1H-methode. Ze geven antwoord op de vragen: wie, wat, waar, wanneer, waarom en hoe.
Topische vragen, ook wel W-vragen of de vijf W's genoemd, zijn vragen omtrent het onderwerp van een tekst, zoals wie, wat, waar, wanneer, waarom en hoe? Ze kunnen worden gebruikt in de tekstanalyse en het tekstontwerp om de opbouw van een tekst te karakteriseren.
De methode helpt je bij het uiteenrafelen van het probleem in verschillende fases naar kleine behapbare porties. Het geeft een bredere en diepere kijk en daardoor een beter inzicht in het werkelijke probleem. De 5W2H methode zorgt voor dat er systemisch naar ideeën wordt gezocht en deze worden geïmplementeerd.
De 5W1H dwingt je de juiste oplossing te vinden. Hierin is deze methodiek verwant aan de 5 keer waaromvragen. bij het opstellen van een plan van aanpak of bij het uitwerken van nieuwe ideeën. Het helpt je om alle belangrijke onderdelen onder het voetlicht te brengen.
Weten wat het probleem precies veroorzaakt en op alle elementen een haalbare oplossing zoeken: dat is een gedegen, rationele aanpak, die vaak leidt tot een gefundeerde oplossing. Aan de oplossing van het probleem gaat een goede probleemanalyse vooraf.
Je probleemstelling beschrijft het probleem dat onderzocht wordt. De doelstelling geeft aan waar het onderzoek inzicht gaat verkrijgen. De hoofdvraag (of centrale onderzoeksvraag) is de vraag met betrekking tot het probleem waarop je scriptie een antwoord geeft.
Een conceptueel model is, eenvoudig uitgelegd, een visuele weergave van de te beantwoorden vragen (onderzoeksvraag en deelvragen) in je scriptie. Zo'n model kan helpen met het creëren van duidelijkheid en overzicht. Je kunt namelijk in één opslag zien waar het scriptieonderzoek over gaat.
Om de meso-omgeving van een organisatie te onderzoeken, kun je een marketingonderzoek doen waarbij je een externe analyse uitvoert. Deze externe analyse voer je uit door verschillende modellen te gebruiken, waarbij je de directe omgeving van een organisatie in kaart brengt en analyseert.
' Het segmenteren van de markt is het opdelen van een markt in specifieke segmenten oftewel doelgroepen. Een segment is een groep (potentiële) afnemers die overeenkomen op een aantal kenmerken. Je kunt bijvoorbeeld segmenteren op geslacht, leeftijd, beroep of opleiding.
Een klant is degene die een product of dienst afneemt bij een leverancier. De diensten, producten of goederen worden over het algemeen tegen betaling geleverd aan klanten. De klant kan een persoon/consument zijn (B2C), maar ook een bedrijf of ander type organisatie (B2B).