Een dreumes van achttien maanden begrijpt zo'n tweehonderd woorden en korte zinnen, denk aan 'waar is je schoen' of 'pak de bal'. Het spreekt rond de vijftig woorden. Een dreumes begint nu te brabbelen en leert de eerste woordjes. Een taalontwikkelingsstoornis is dan wat makkelijker te herkennen.
Een kind van 18 maanden gebruikt gemiddeld 50 woordjes, terwijl een kind van 2 jaar gemiddeld 200 woordjes gebruikt. Vervolgens gaat het kind woorden combineren tot korte 2-woords zinnetjes (zoals "jas aan" of "papa bal"), korte zinnetjes produceren en steeds meer vragen stellen.
Als je kindje zo'n 7 maanden oud is, gaat hij zijn eigen naam herkennen en zal hij erop reageren. Hij weet nu dat dat woordje bij hem hoort. Wanneer je hem roept, zal hij zijn hoofdje naar je toe draaien.
'Laat beginnen praten' kan dus verschillende oorzaken hebben. Vaak is er niets aan de hand en gaat het gewoon om een kind dat wat meer tijd nodig heeft. Maar het kan ook een eerste signaal zijn van een bredere ontwikkelingsproblematiek. Om die reden is vroegtijdige erkenning van taalproblemen heel belangrijk.
De meeste baby's tussen de 7 en 12 maanden benoemen hun ouders als “mama” of “dada”. De eerste woordjes (anders dan mama of dada) leren de meeste baby's rond 19 maanden. Tegen de tijd dat je kleintje 2 jaar is, praat hij of zij in zinnen van 2 tot 4 woorden.
Dreumesen kunnen al staan en leren lopen. Ze zien nog geen gevaar en kunnen vaak al meer dan dat ze begrijpen. Hun wereld wordt snel groter. We laten hen deze zoveel mogelijk in vrijheid ontdekken.
Je dreumes van 1,5 – 2 jaar kan:
eenvoudige opdrachtjes uitvoeren. plaatjes herkennen. een eigen taaltje gebruiken (vroem, vroem voor auto) ongeveer 25 tot 200 woorden kennen.
Niet alleen in lengte en gewicht, maar ook in zijn denken en doen. Als je baby een jaar oud is, heeft hij leren kruipen, zitten, staan, brabbelen en misschien zelfs wel leren lopen en praten.
Met 16 maanden zeggen de meeste peuters zes of zeven woorden. Deze woordjes zullen tussen het gebrabbel door steeds beter hoorbaar worden. Hij zal ook steeds meer gebaren gaan maken om iets duidelijk te maken en naar bekende voorwerpen kijken als hij de naam hoort, als teken van herkenning.
Kinderen zeggen gemiddeld per dag 378 keer het woord ”MAMA” als ze iets nodig hebben, iets willen of als ze verdrietig zijn en dit tegen de 78 keer “PAPA” per dag. We gooien er natuurlijk even een disclaimer tegenaan, want dit geldt niet voor ieder gezin, er zijn een hele hoop uitzonderingen.
Op de leeftijd van negen à tien maanden maken kinderen geluiden die steeds meer lijken op spraakklanken. Het herhalen van dezelfde klanken noemen we brabbelen. Rond de eerste verjaardag begint bij de meeste kinderen het gebrabbel op echte woordjes te lijken. Ze vertellen je zo hele 'verhalen'.
In deze fase van de taalontwikkeling gaat je kindje ook steeds meer spreken in zinnen van drie, vier of vijf woorden. Grammaticaal worden de zinnen steeds beter. Hij kan werkwoorden vervoegen, hij gebruikt de eerste voornaamwoorden, lidwoorden en voorzetsels en hij kan meervouden maken.
Een reden waarom baby's als eerst 'papa' zeggen, is omdat het makkelijker voor ze is. In de meeste talen zijn de klanken van het woord papa makkelijker voor baby's uit te spreken dan de klanken van het woord mama. Dit is een reden waarom je een kind eerder 'papa' zult horen zeggen dan 'mama'.
Bij peuters is de ontwikkelingsvoorsprong al iets duidelijker te herkennen. Zo is een hoogbegaafde peuter zeer ondernemend, motorisch erg vaardig en zelfstandig. Daarnaast hebben ze een goede ruimtelijke oriëntatie en ontwikkelen ze snel het begrip voor bijvoorbeeld kleuren, cijfers en hoeveelheden.
Samen spelen is een goede manier om veel met elkaar te praten. Ook spelletjes waarbij je doet alsof, zijn heel goed voor de taalontwikkeling. Verder zijn er veel spelletjes waarbij je kind woorden leert en leert nadenken en onthouden, zoals lotto en memory. Laat je kind ook veel met andere kinderen spelen.
Kinderen met een ontwikkelingsachterstand ontwikkelen zich (veel) langzamer dan hun leeftijdsgenoten. Ze gaan bijvoorbeeld later rollen, zitten, staan, lopen of praten. Vaak zijn er vanaf de geboorte al (lichamelijke) klachten. Soms wordt een ontwikkelingsachterstand pas later duidelijk.
Frida Koopmans: 'Er kunnen verschillende oorzaken zijn waarom een kind van 2 jaar nog niet praat. Soms heeft het een medische oorzaak, soms ligt het aan het aanbod (veel taalaanbod is belangrijk om taal te leren) of het kind heeft een bredere ontwikkelingsachterstand waardoor het praten niet op gang komt.
Praat met kinderen over gedachten
Een andere manier van praten kan een oplossing zijn, namelijk praten over je gedachten oftewel filosoferen en even niet over die gevoelens praten. Je gedachten gaan namelijk vaak over ideeën en die gaan niet over jou maar over de wereld en hoe je de wereld ziet.
Vanaf 2 jaar maakt je peuter enorme sprongen in zijn taalontwikkeling. Zijn woordenschat neemt snel toe, soms met wel tien woorden per week. Rond deze leeftijd kunnen de meeste kinderen ook 'zinnetjes' maken van twee woorden, zoals 'mama eet'.