Op 1 november vieren we Allerheiligen, letterlijk het
Allerheiligen (Sollemnitas Omnium Sanctorum in het Latijn) is een christelijk feest ter nagedachtenis aan alle heiligen en martelaren. Het is een jaarlijkse feestdag, die door rooms-katholieken en anglicanen op 1 november gevierd wordt. In de Rooms-Katholieke Kerk is het een hoogfeest.
In de katholieke kerk wordt jaarlijks op 1 november Allerheiligen gevierd. Op die dag worden alle heiligen herdacht. Een dag later is het Allerzielen en komt men samen om alle overledenen te herdenken.
Allerheiligen is een dag speciaal voor bijzondere doden: heiligen. Allerzielen is voor álle overledenen. De ziel is een deel van de mens dat volgens christenen altijd blijft leven en na de dood naar God gaat. Op Allerheiligen en Allerzielen bezoeken veel families het kerkhof.
Allerheiligen wordt ieder jaar gevierd op 1 november.
In veel traditioneel rooms-katholieke samenlevingen vieren zowel gelovigen als ongelovigen deze dag .
1 is Allerheiligen , een feestdag waarop de levens van de vele heiligen worden herdacht voor wie er geen specifieke feestdag is gedurende het jaar. De volgende dag, 2 november, markeert een dag van gebed voor, en herdenking van, de "trouwe overledenen": familieleden, vrienden en vreemden die niet meer leven.
Graven worden speciaal voor deze dag schoongemaakt en aangekleed met bloemen en planten. De kortere dagen, kilte en vallende bladeren van de herfst passen voor veel katholieken goed bij het nadenken over dood, verlies en rouw.
De christenen zijn ervan overtuigd dat het feest waarvan de naam is afgeleid All Hallows Eve (Allerheiligenavond) het werk is van de duivel: “De tegenstander heeft het feestje gekaapt.
Allerzielen volgt de dag na Allerheiligen, op 2 november dus. Dit is de dag om alle overledenen te herdenken. Van oudsher werd in de katholieke kerk tijdens de Allerzielenmis gebeden voor alle zielen die nog niet in de hemel zijn, maar zich nog in het vagevuur bevinden.
Het is een feestdag, wat betekent dat elke vorm van vasten of onthouding van vlees op die dag tijdelijk wordt opgeheven .
Halloween is een variant van de christelijke feestdagen Allerheiligen en Allerzielen. Die werden in de negende eeuw door paus Gregorius IV vastgelegd op 1 en 2 november. Op die dagen gingen mensen naar het kerkhof en brandden ze kaarsen om hun doden te herdenken.
De zondag is de dag waarop de Verrijzenis van Jezus wordt gevierd. Het is het oerfeest van het christendom. Het christelijke Pasen als feest van de Verrijzenis is pas later ontstaan, uit de viering van het Joodse Pasen (Pesach).
Allerheiligen eert de heiligen in de hemel – zij die door de kerk als heiligen zijn erkend, maar ook zij die niet heilig zijn verklaard . Het feest werd in Rome ingesteld als gevolg van de schenking van het Pantheon (de tempel voor alle goden) door de keizer aan de kerk en de toewijding ervan aan St.
Per sector wordt bepaald welke feestdagen vrije dagen zijn. Sommige Europese feestdagen, zoals het einde van de Eerste Wereldoorlog (11 november), worden in Nederland niet gevierd omdat Nederland er niets mee te maken had; Nederland was neutraal tijdens deze oorlog.
Christenen over de hele wereld hebben moeite met Halloween, niet alleen in Nederland. Dit is een bijbeltekst die je vaak voorbij ziet komen: "Neem geen deel aan de praktijken van de duisternis, maar ontmasker deze juist!" (Efeziërs 5: 11-12).
Skeletten werden een universeel symbool van de dood, terwijl spoken verwezen naar de overblijfselen van de overleden zielen. In de moderne tijd heeft Halloween, vooral in de Verenigde Staten, een transformatie ondergaan door commercie en popcultuur.
Omdat de achtergrond ervan absoluut niet deugt. Andere christenen vieren geen sinterklaas omdat het verhaal van de „goede lieve Sint” te veel zou lijken op de Bijbelse wederkomst, wanneer Christus zal komen om te oordelen over levenden en doden. In het boek Openbaring zit Hij op het witte paard, als een overwinnaar.
Beide feesten komen voort uit (in de middeleeuwen ontstane) opvattingen die door het protestantisme afgewezen worden. Zo aanvaarden protestanten niet dat je op voorspraak van een heilige tot God kan bidden, alsof een heilige een goed woordje voor je kan doen.
Chrysanten zijn al jarenlang verbonden aan de herdenking van geliefden tijdens Allerheiligen. Ze bloeien in de herfst en hun sterke, duurzame karakter maakt ze ideaal voor de koude novemberdagen. In de Europese cultuur, en vooral in België, staan chrysanten symbool voor rouw, respect en liefde.
Bidden voor alle overledenen doet de Kerk op 2 november, Allerzielen. De oorsprong van dat feest ligt bij abt Odilo van Cluny, die in 998 een gedenkdag instelde voor alle gestorven kloosterbroeders. In de elfde eeuw breidde paus Johannes XIX die dag uit als feestdag voor alle gelovige zielen.
Hij merkte op dat de meeste mensen hun kaarsen op 1 november aansteken, in de overtuiging (of hoop) dat hun geliefden die zijn heengegaan nu heiligen in de hemel zijn. Maar op 2 november, de dag van alle zielen, zei bisschop Ambo, "steken we kaarsen aan omdat we ervoor willen zorgen dat niemand achterblijft of wordt vergeten.
Het brood wordt gewijd in naam van Sint-Hubertus en gegeten op 3 november, de dag dat hij heilig werd verklaard. Het gebruik gaat terug sinds de middeleeuwen.
Geschiedenis Allerzielen
Al in de tiende eeuw werden alle gestorven kloosterbroeders herdacht tijdens een gedenkdag op 2 november, die was ingevoerd door abt Odilo van Cluny. Tweehonderd jaar later wordt deze datum als een officiële feestdag ingevoerd door de Paus.