Een spanningszoeker is een stuk gereedschap waarmee elektrische spanning opgespoord kan worden. Met het gereedschap kan gemeten worden of er spanning op een bepaald punt staat.
Voltage Tester is een testinstrument dat wordt gebruikt voor het testen van elektrische stroom. Het wordt voornamelijk gebruikt voor het detecteren van de aanwezigheid van wisselspanning in of rond het object of oppervlak en is zeer eenvoudig te bedienen.
Met een spanningzoeker meet je alleen of er spanning op een bepaald punt staat. Om het spanningsverschil tussen twee polen te meten, gebruik je de spanningstester. Deze is zowel geschikt voor netspanning (wisselstroom), als voor accu's (gelijkstroom).
Er kunnen zich schokken voordoen als de meter en de meetsnoeren niet goed worden onderhouden . Vlambogen kunnen optreden als de meter niet de juiste spanning heeft, de meter wordt blootgesteld aan transiënte spanningen buiten de bedrijfsomstandigheden, of vanwege defecte onderdelen of componenten.
Een spanningszoeker is een handige tool, waarmee elektrische spanning kan worden opgezocht. Wanneer je elektriciteit aanraakt met de spanningszoeker en je houdt je vinger tegen de achterzijde van de zoeker, dan maak je contact met de spanning en bij elektrische spanning zal het lampje in de zoeker oplichten.
Spanning is de druk die de voedingsbron van een stroomkring uitoefent om geladen elektronen (stroom) door een geleidende lus te duwen, waardoor deze bijvoorbeeld een lamp kunnen laten branden. In het kort, spanning = druk en deze wordt gemeten in volt (V).
Wij onderscheiden twee vormen van spanning: wisselspanning (AC) en gelijkspanning (DC). Spanning wordt uitgedrukt in Volt (V), en frequentie wordt uitgedrukt in Hertz (Hz): de snelheid waarmee spanning van potentiaal wisselt.
Bij spanningen zoals 230 VAC van het lichtnet is er echter sprake van zowel een enorme stroomsterkte die kan worden geleverd (in de orde van honderden tot duizenden ampères) als een spanning die hoog genoeg is om een dodelijke stroomsterkte door de persoon te laten lopen.
Het dodelijkste aan electriciteit is de intensiteit I, de stroomsterkte (de Ampèrage, gemeten in A of mA). Vandaar dat de huiselijke 220V dodelijk is, omdat er ook stroomsterkte aanwezig is. De huisstroom is trouwens beveiligd met lekstroomdetectoren: 30 mA voor de badkamer en 300 mA voor de rest van de kring.
Bij hoogspanning (meer dan 1000 volt) is te dicht naderen van een geleider al heel gevaarlijk. Gewone stroom, maar ook statische elektriciteit die bijvoorbeeld ontstaat bij laden en lossen van vloeistoffen, kunnen brand en explosies veroorzaken.
Wanneer een elektronisch apparaat, bijvoorbeeld de televisie, radio of laptop niet meer werkt, dan kan dat komen doordat een onderbreking in de elektrische spanning zit die naar het apparaat leidt. Door gebruik te maken van een spanningszoeker, kan deze onderbreking worden opgespoord en vervolgens worden verholpen.
Eenpolige spanningzoeker
Het uiteinde van de spanningzoeker moet u in het stopcontact steken en uw vinger op het metalen dopje(vaak zit deze achterop, maar soms ook op de zijkant). Wanneer er spanning op het stopcontact zit zal het indicatielampje op de spanningtester gaan branden.
Neon-spanningstester
Neonspanningstesters, of neoncircuittesters, vertellen u alleen of er spanning aanwezig is; ze vertellen je niet hoeveel spanning er in een circuit zit. Ze hebben een klein lichaam met een neonlicht erin en twee korte draadsnoeren met aan elk uiteinde een metalen sonde .
Een spanningsbron houdt dus de elektrische stroom in stand en levert elektrische energie. De lading vervoert energie van de spanningsbron naar het apparaat. Voorbeelden van spanningsbronnen zijn accu's of batterijen.
Rondom de aardelektrode ontstaat een concentratie, waarin de stroom zich in alle richtingen verspreidt. De laagste soortelijke grondweerstand zal de hoogste stroom opnemen. Als je dit grafisch weergeeft, ontstaat er een zogenaamde spanningstrechter. De concentrische cirkels geven het spanningsverlies in de aarde weer.
Het is de stroom die doodt
De echte maatstaf voor de intensiteit van een schok ligt in de hoeveelheid stroom (ampère) die door het lichaam wordt geperst, en niet in de spanning . Elk elektrisch apparaat dat in een huisbedradingscircuit wordt gebruikt, kan onder bepaalde omstandigheden een dodelijke stroom overbrengen.
Wisselspanning is gevaarlijker dan gelijkspanning. Dat komt door de sinusvorm. Bij de spanning in woningen spreken we van 230V.
Elke menselijke cel kan ongeveer 1,4 volt elektriciteit produceren. Hoewel dit misschien niet veel klinkt, komen we, vermenigvuldigd met de 50 biljoen cellen in ons lichaam, uit op een verbazingwekkende 70 biljoen volt of het equivalent van 70 miljard bliksemschichten!
Het kan zijn dat u weleens per ongeluk schrikdraad heeft aangeraakt. Een hoog voltage, maar een relatief lage stroomsterkte veroorzaakt een pijnlijke scheut in het lichaam, maar het geeft geen permanente schade. Zou de ampère hoger zijn geweest dan was het vele malen gevaarlijker geweest.
Het voltage van een bliksemontlading kan 20 tot 100 miljoen volt bedragen; de stroomsterkte kan tot 20.000 ampère oplopen, waarbij een kerntemperatuur wordt bereikt van circa 30.000 K, een temperatuur die circa 6 maal hoger is dan die van het oppervlak van de zon. De duur van de ontlading is kort, ongeveer 1/1000 s.
U hebt recht op een bepaald voltage op uw aansluiting, afhankelijk van de grootte. Hoeveel is dat? En wat als u een te lage of te hoge spanning hebt? Gemiddeld staat er een spanning van 230 volt op elke fase van uw aansluiting.
Er zijn vier hoofdvormen van spanning: de spanning van de taak, de spanning van relaties, de spanning van verrassing en de spanning van mysterie . Spanning van de taak: De spanning die ontstaat wanneer de personages bepaalde doelen moeten bereiken.
Er zijn vijf vormen van spanning: drukspanning, trekspanning, moment, schuifspanning en torsie.
De elektrische energie per ladingseenheid wordt ook wel de spanning genoemd. De eenheid hiervan is Joule per Coulomb (J/C). In plaats hiervan wordt vaak de eenheid Volt (V) gebruikt.