Als je bij iedere werkgever loonheffingskorting aanvraagt, krijg je namelijk te veel korting op je belasting. Je moet dan waarschijnlijk achteraf belasting aan ons betalen.
Het is verstandig om de heffingskorting te laten toepassen bij de werkgever waar je het hoogste bruto loon krijgt. Hoe hoger het loon, hoe meer heffingskorting je ontvangt, dus dit is in de regel voordeliger. De overige inkomsten worden bij de belastingaangifte alsnog verrekend met de korting.
Geen loonheffingskorting toepassen
Een andere mogelijkheid is om bij geen van uw werkgevers de loonheffingskorting aan te vragen. U krijgt dan een lager netto loon per maand. U krijgt na de belastingaangifte geld terug of u hoeft minder bij te betalen.
Heb je één inkomen (via één werkgever, uitkering of AOW)? Pas dan loonheffingskorting toe om elke maand meer netto loon of uitkering te krijgen. Als je de korting niet toepast, krijg je het bedrag dat je te veel aan belasting hebt betaald in één keer terug na je belastingaangifte.
Heffingskorting 2020
Wie tussen 0 en 20.711 euro verdient, krijgt de volledige heffingskorting van 2.711 euro, en wie meer dan 68.507 euro verdient, krijgt geen heffingskorting. Tussen de 20.711 en 68.507 euro krijg je een korting die neerkomt op 2.711 - (5,672 procent van je inkomen - 20.711 euro).
Uw werkgevers hebben in 1 jaar € 10.800 aan loonheffing ingehouden op uw loon. Uit uw belastingaangifte blijkt dat u in totaal € 10.200 inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen moet betalen. Het verschil van € 600 krijgt u terug. De berekening is dus als volgt: € 10.800 - € 10.200 = € 600 te ontvangen.
In de meeste gevallen is het verstandig om de loonheffingskorting toe te passen op het hoogste inkomen. Over het hoogste inkomen betaal je namelijk ook het meeste belasting.
Kies jij ervoor om je loonheffingskorting niet te laten toepassen (de loonheffingskorting “uit” zetten)? Dan draag je per maand meer geld af aan de Belastingdienst en verdien je per maand minder, maar krijg je bij de jaarlijkse belastingaangifte in één keer alle teveel betaalde loonheffing terug.
De hoogte van deze heffingskorting is afhankelijk van de hoogte van uw inkomsten. In 2022 is de maximale arbeidskorting € 4.260 (was € 4.205 in 2021). Vanaf een inkomen van € 36.650 (was € 35.653 in 2021) wordt de arbeidskorting steeds lager. Het afbouwpercentage bedraagt 5,86% (was 6,0% in 2021).
Wie meerdere banen tegelijkertijd heeft, gaat er vroeg of laat mee te maken krijgen: loonheffingskorting. Loonheffing bij 2 banen is niet mogelijk en kost je zelfs geld. Je krijgt loonheffingskorting bij slechts één baan. Wel mag je als werknemer kiezen bij welke van de twee banen je loonheffingskorting ontvangt.
Loonheffing is een heffing die je moet betalen over je loon. Deze heffing moet worden afgedragen aan de Belastingdienst. Iedere werkende Nederlander heeft recht op loonheffingskorting. Deze heffingskorting is een korting op de belasting.
Tip: pas de korting toe op de hoogste uitkering (of inkomen)
Als u AOW ontvangt, houdt de Sociale Verzekeringsbank (SVB) bij het uitbetalen van de AOW al rekening met de loonheffingskorting. Is het pensioen hoger dan de AOW? Dan is het raadzaam dat u de korting laat toepassen op uw pensioen in plaats van op de AOW.
Als u te weinig belasting betaalt via de loonheffing, komt dat doordat de belasting over uw totale jaarinkomen hoger is dan de belasting die in totaal op uw loon of uitkeringen is ingehouden. Omdat ons belastingstelsel een oplopend tarief heeft, betaalt u meer belasting als uw inkomen hoger wordt.
Je kunt belasting terugvragen als je meer dan 16 euro aan loonheffing hebt betaald. Je vraagt belasting terug voor elk kalenderjaar waarin je hebt gewerkt. Om het geld ook echt te krijgen, moet je het Aangifteprogramma op Belastingdienst.nl/jongeren doorlopen.
In 2023 vervalt de uitbetaling van de algemene heffingskorting aan de minstverdienende partner, als deze geboren is na 1962. Wij bouwen daarom de regeling sinds 2009 af. Als u of uw fiscale partner niet of weinig verdient, hangt het af van uw leeftijd of u met deze afbouw te maken krijgt.
Meestal kunt u het beste kiezen voor de loonheffingskorting op uw hoogste inkomen. Heeft u meer dan 1 inkomen, bijvoorbeeld loon, AOW en een aanvullend pensioen? Meestal kunt u dan het beste kiezen voor de loonheffingskorting op uw loon.
Het hebben van twee banen brengt veel voordelen met zich mee, maar er zijn ook een aantal valkuilen. Je zult meer afwisseling krijgen in je werk waardoor je meer betrokkenheid en baantevredenheid krijgt. Daarnaast heb je ook meer financiële zekerheid en kans op een hoger inkomen.
inkomsten hebt waarover u nog geen belasting hebt betaald, zoals bijverdiensten. te weinig loonheffing hebt betaald via uw werkgever. een te laag bedrag hebt betaald via een eerdere voorlopige aanslag.
Alle werknemers hebben standaard recht op loonheffingskorting. Sommige bedrijven passen de korting daarom al automatisch toe bij de maandelijkse afdracht van loonheffingen aan de belastingdienst. Maar dat is niet verplicht.
U mag maximaal 12 uur per dag met een maximum van 60 uur per week werken. Werkt u voor een langere periode, dan ligt het maximaal aantal uren lager. Hier moeten al uw werkgevers zich aan houden.
Heb je verschillende banen na elkaar? Dan hebben al je werkgevers belasting betaald (loonheffing) over je loon. Hiervan kun je waarschijnlijk een gedeelte terugkrijgen. Hoeveel belasting er al is betaald, staat bij 'loonheffing' of 'loonbelasting' op de jaaropgaven die je van je werkgevers ontvangt.
Ga naar de arbeidsrelatie van de medewerker bij wie je de loonheffingskorting wilt aan- of uitzetten. Ga naar het kopje 'Instellingen belasting'. Klik op het plusteken boven het potloodje onder de kop 'Instellingen belasting'. Hier kies je vervolgens de maand wanneer de heffingskorting gewijzigd wordt en klik 'Bewaar'.
Als je in loondienst werkt, houdt je werkgever rekening met de algemene heffingskorting en de arbeidskorting. Deze kortingen noemen wij de loonheffingskorting. Daardoor betaal je minder loonheffing, en krijg je meer loon uitbetaald.
Bent u getrouwd of woont u samen dan is het nieuwe AOW bedrag per 1 januari € 901,07 bruto per persoon. Netto houdt u daar € 851,52 aan over. Hierbij is rekening gehouden met €172,50 loonheffingskorting en € 49,55 Zvw premie. De AOW uitkering in 2022 is netto €12,97 hoger dan 2021.