Haarspeldbochten zijn zeer scherpe bochten van meer dan 90 graden, soms tot 180 graden. Ze komen veel voor in bergwegen, waar ze het verkeer langs steile hellingen leiden. Ook in krappe ruimtes kunnen ze nodig zijn, bijvoorbeeld in dichtbebouwde steden.
Je kijkt goed de bocht in en blijft kijken naar het punt waar je heen moet rijden. Voordat je de bocht ingaat, matig je alvast je snelheid. Dit doe je, omdat je in de bocht minder grip op de weg hebt. Daarnaast hoef je bij een lagere snelheid minder hard aan het stuur te draaien.
Wat is de ideale snelheid in een bocht? Dat ligt per auto verschillend, maar de meeste auto's hebben een ideale snelheid van rond de 22-25 kilometer per uur in een (haakse) bocht naar rechts of links. Een grotere bocht naar links op een kruispunt met verkeerslichten neem je vaak met een hogere snelheid.
Welke bocht kent de meeste risico's? Bocht naar rechts.
1. Bij het naderen van de bocht zoveel mogelijk aan de rechterkant rijden. 2. Kijkpunt 1 is eerst zover mogelijk door de bocht kijken, tussen bomen, geparkeerde auto's en andere obstakels.
Bij het nemen van de bocht met de koppeling ingedrukt zal je snelheid veel lager zijn, terwijl je als je niet de koppeling indrukt de motor stationair de snelheid blijft aanhouden. Wat misschien ook is, is dat je stuurtechniek niet snel genoeg is om de bocht aan die snelheid te nemen.
Remmen als je door een bocht rijdt
Al je om meer grip vraagt dan beschikbaar is, kunnen zeer gevaarlijke situaties ontstaan. Daarom is het erg van belang om vóór de bocht al je snelheid aan te passen. Daarna kun je met de achterrem in de bocht nog kleine snelheidscorrecties uitvoeren.
Verkeersborden en -tekens
Pas op: steile helling. Pas op: gevaarlijke daling.
Niet uit de bocht vliegen, doe je zo
En tot slot: kijken, kijken! Kijk goed de bocht in en hou je ogen gericht op het punt waar je naartoe wil rijden. Als je de bocht uitgaat en je wielen weer recht naar voren staan, kun je gas bijgeven.
Een hook turn (letterlijk: haakbocht of hoekbocht) is een type kruispunt waarbij linksafslaand verkeer rechts moet blijven rijden tot het daadwerkelijke afslaan. Daarbij moet het rechtdoorgaande verkeer worden gekruist.
Klaar zijn voor een bocht
Je motor stuurt namelijk het best door een bocht met een 'licht trekkende' motor. Dit betekent dat je een constante snelheid moet aanhouden en niet moet decelereren (remmen op de motor door je gastoevoer te sluiten) of accelereren (gastoevoer vermeerderen).
In de bocht: gasgeven
Je moet ervoor zorgen dat je gedurende de hele bocht gas kunt blijven geven. Wanneer de motor wordt aangedreven (dus wanneer je gasgeeft en je niet de koppeling hebt ingeknepen) is hij veel stabieler. Wanneer je de koppeling inknijpt valt de motor naar binnen.
Tips bij het uitvoegen
Hou je richtingaanwijzer aan zolang je links naast je blokjes ziet. Na de laatste pijl houden de blokjes op en dan zet je het knipperlicht uit. Schakel altijd voor de (scherpe) bocht naar de juiste versnelling (meestal 3e of 4e versnelling).
Je kan van 4de naar 2de versnelling terugschakelen , als je eerst genoeg afgeremd bent.
Het is verstandig om zo min mogelijk met ingetrapte koppeling te rijden. Niet alleen omdat dit leidt tot slijtage aan je koppeling, maar ook omdat het gevaarlijk kan zijn, zeker in de bochten. Als je remt met ingetrapte koppeling, dan rem je ontkoppeld. Dat kost energie en dus ook brandstof.
Als je niet helemaal tot stilstand hoeft te komen, om bijv. een bocht te kunnen maken, dan schat je in met welke snelheid je deze bocht kunt nemen. Is dat bijv. 25 km/h, dan schakel je terug naar de 2eversnelling, en als je die snelheid hebt bereikt laat je je koppelingspedaal opkomen, en vervolg je je weg.
Vanaf 2.000 toeren kun je al naar de volgende versnelling schakelen. Te vroeg opschakelen, als de motor nog niet 'trekt', is niet handig. Dat kan de motor vervuilen en zo schade veroorzaken.
Regel 1: Laat het gaspedaal los en trap het koppelingspedaal vlot en geheel in. Schakel naar de 2e versnelling door de versnellingspook naar links te duwen en rustig naar achteren te trekken.
Re: terugschakelen
Als je er de tijd voor hebt, een tussenversnelling kiezen. Van 5 naar 2 is nogal een grote stap met een te groot verschil in toerentallen. In extreme gevallen kan het maar dan loeit de motor wel even als je wat te vroeg naar 2de schakelt en de snelheid nog niet echt past bij 2de.
Voorrangsweg. Aan dit bord kun je zien dat je je op een voorrangsweg bevindt. Alle andere bestuurders moeten voorrang verlenen aan bestuurders op de voorrangsweg. Let op: Langs een voorrangsweg buiten de bebouwde kom mag je niet parkeren.
Deze borden zijn wit met 3 zwarte strepen erdoor. Dit bord betekent dat de maximale snelheid die van kracht was niet meer geldt. Er geldt nu een nieuwe maximale snelheid die gevolgd dient te worden. Dit wordt vaak duidelijk gemaakt door andere borden.
Er moet parkeergeld worden betaald.
Voordat je gaat terugschakelen begin je altijd eerst met snelheid aanpassen, dus gas los laten (de auto gaat afremmen op de motor), daarna remmen met het rempedaal (remsysteem) en als laatste moet je het koppelingspedaal intrappen om te kunnen terugschakelen naar een lagere versnelling.
De apex is het diepste punt van de lijn door midden van een bocht. Dit punt is vaak, maar niet altijd, het geometrische middelpunt van de bocht. Het raken van de apex zorgt dat de racewagen een optimale lijn neemt en handhaaft de hoogste snelheid. Vaak komt dit in de buurt van het kleinste deel van een bocht.
Bij het stapvoets rijden is de koppeling dus helemaal los, wil je versnellen geef je gewoon zachtjes gas.