Het luie oog is het oog waar uw kind niet mee kijkt. Het luie oog werkt wel, maar de hersenen van uw kind kiezen ervoor om alleen met het goede oog te kijken. Als uw kind het luie oog lang niet gebruikt, wordt het steeds moeilijker om met het luie oog nog goed te zien.
Methoden voor de behandeling van scheelzien bij volwassenen: In een aantal gevallen kan er een bril (eventueel met prisma's) worden voorgeschreven; Oefeningen om de oogstand zelf beter onder controle te houden; Oogspieroperatie.
Symptomen lui oog
Verminderd zicht, meestal aan één oog; Soms moeilijk diepte kunnen zien; Soms loensen of scheel kijken.
Na een leeftijd van 8 à 10 jaar is een lui oog niet meer te genezen, zegt de wetenschap. Maar onderzoekers hebben nu een mogelijke therapie ontdekt, die ervoor kan zorgen dat het gezichtsvermogen van volwassenen met een lui oog toch sterk kan verbeteren.
Onderzoeken wijzen uit dat mensen met een lui oog meer kans hebben op slechtziendheid aan beide ogen. De risico's van de behandeling van het luie oog zijn: het ontstaan van een lui oog van het andere oog en het ontstaan of toenemen van scheelzien en dubbelzien.
Als u plotseling met één oog niet kunt zien, mag u tijdelijk niet rijden. Uw hersenen hebben tijd nodig om te wennen aan kijken met één oog. Dit geldt ook als u één oog moet afdekken omdat u dubbelziet. Na minimaal 3 maanden mag u weer rijden.
Scheelzien (ook wel loensen of strabismus genoemd) is een oogafwijking waarbij de ogen niet in dezelfde richting kijken. Dit kan naar buiten zijn, naar binnen of naar boven. Elk oog heeft zes oogspieren: vier rechte en twee schuine spieren. Bij een rechte oogstand is er een goede balans tussen alle oogspieren.
Nadat de maximale gezichtsscherpte van het luie oog is behaald, is het belangrijk dat de behandeling rustig afgebouwd wordt. Wanneer direct gestopt wordt met de behandeling is de kans groter dat het luie oog weer terugkomt. De orthoptist zal uw kind nog regelmatig voor controle op het spreekuur zien.
Een oogspieroperatie (of strabismusoperatie) verhelpt scheelzien of oogbewegingsafwijkingen. Hier leggen we u uit hoe de operatie in zijn werk gaat. De oogspieroperatie is een operatie aan de spieren die de ogen bewegen. Die spieren zijn normaal niet te zien, omdat ze onder het vlies van het oogwit zitten.
Bij een deel van de kinderen die scheel zien, zal vroeg of laat de oogstand 'rechtgezet' moeten worden. De operatie vindt plaats in dagbehandeling onder algehele narcose. Tijdens de operatie worden de oogspieren die aan de buitenkant van de oogbol vastzitten, verzwakt of versterkt door ze te verplaatsen of verkorten.
Veel mensen vragen zich af of een lui oog ook behandeld kan worden door middel van ooglaseren. Echter wordt het laseren van ogen sterk afgeraden voor mensen met een lui oog omdat dit het zicht niet zal verbeteren.
Amblyopie is een slecht gezichtsvermogen van één oog, ontstaan doordat dit oog zich in de vroege kinderjaren niet normaal heeft kunnen ontwikkelen. In het Nederlands spreekt men van een 'lui oog'. Amblyopie komt bij ongeveer 4% van de bevolking voor.
Het is mogelijk dat de afwijking al langere tijd bestaat en dat er sprake is van een lui oog. Iemand die scheel kijkt, ziet geen diepte. Hierdoor kan het moeite hebben met afstanden en dieptes inschatten. De meeste mensen leren vanzelf hoe ze hiermee moeten omgaan.
Soms wordt het scheelzien hiervan minder erg, soms erger. Meestal zijn er een of meerdere oogspieroperaties nodig om de oogstand te verbeteren. Het is ook mogelijk dat de ogen jarenlang recht blijven staan, maar later weer geleidelijk gaan afwijken.
Een oogoperatie of scheelziensoperatie zal geen effect meer hebben op de het luie oog. Hooguit om cosmetische redenen kan een operatie zinvol zijn. Ontstaat scheelzien na het achtste levensjaar, ook op volwassen leeftijd, dan is het vermogen van de hersenen om het afwijkende beeld te onderdrukken verloren gegaan.
Over het goede oog van uw kind wordt een pleister geplakt. Zo leert het luie oog weer goed te zien. Kinderen die 8 jaar of ouder zijn, houden meestal een lui oog.
Als één oog niet meer (goed) werkt, heeft dat invloed op het leven. Naast (mogelijke) angst dat er iets met het goede oog gebeurt, ervaren mensen problemen in het dagelijks leven. Zo is bij diepte zien de verwerking van informatie door twee ogen van essentieel belang.
Pasgeboren baby's tot 6 maanden kijken vaak scheel; de beide ogen werken nog niet zo goed samen. Dit is helemaal niet erg, vrij normaal zelfs. Maar de oogstand moet wel regelmatig recht zijn. De baby mag niet de gehele dag scheel kijken; in dat geval moet het kind door de oogarts onderzocht worden.
Scheel kijken
Zolang je baby nog niet scherp kan zien, kijkt hij af en toe behoorlijk scheel. Beide ogen gaan hun eigen gang want er is nog geen samenwerking. Dit heeft niets te maken met het echte scheelzien. Meestal verdwijnt het rond 3 à 6 maanden.
Bij een score van 30% (0,3) of minder is iemand officieel slechtziend. Bij een score van minder dan 5% spreken we van blindheid. Wereldwijd vormt glaucoom (waarbij er een verhoogde oogdruk is) een van de belangrijkste oorzaken van slechtziendheid.
Uw patiënt moet een minimale visus van 0,5 met één of twee ogen hebben om te mogen rijden. Dit mag ook met bril of lenzen zijn. Verder mogen er geen ernstige afwijkingen zijn in het centrale deel van iemands gezichtsveld. Het gezichtsveld van uw patiënt moet horizontaal 120 graden zijn en verticaal 40 graden.
Een bijziende persoon kan voorwerpen op een afstand niet (goed) onderscheiden. Het zicht is wazig en zich verplaatsen, koken en televisie kijken kan enkel met een aangepaste bril of met lenzen.
Een vraag die vaak terugkomt, is hoe oud men idealiter is bij een ooglaserbehandeling met de LASIK-techniek of andere technologieën. Samengevat moet de patiënt minstens 18 jaar zijn. De maximumleeftijd wordt gebruikelijk op 50 jaar gelegd.