De persoonsvorm en het onderwerp wisselen alleen van plaats, de woorden zelf veranderen niet. Er is één uitzondering, namelijk de inversie van de 2e persoon enkelvoud (het persoonlijk voornaamwoord jij): bij inversie schrappen we de letter t, die normaal aan de stam vastzit in de tegenwoordige tijd.
Bij inversie staat de persoonsvorm dus vóór het onderwerp. Dat wordt gewoonlijk veroorzaakt doordat een zin begint met een zinsdeel dat niet het onderwerp of de persoonsvorm is. Ook in ja-neevragen is er inversie. Gaat Bob ook naar het concert vanavond?
Het woord inversie betekent letterlijk omkering en wordt voor veel zaken gebruikt: Inversie (achtbaan), een begrip voor een element in een achtbaan waarbij de passagier even volledig ondersteboven hangt.
Een inversie is een temperatuuromkering in de hogere luchtlagen. Normaal gesproken daalt de temperatuur ongeveer 1 graad per 1000 meter in de atmosfeer, maar bij een inversie stijgt de temperatuur juist. Het is dus de omgekeerde wereld van wat er normaal gebeurt.
Met de term 'inversie' wordt de woordvolgorde in hoofdzinnen aangeduid waarbij het onderwerp volgt op de persoonsvorm. De woordvolgorde waarbij het onderwerp op de eerste plaats staat, direct vóór de persoonsvorm, wordt dus als de neutrale, ongemarkeerde zinsvolgorde (ook wel: rechte woordschikking) beschouwd.
Bij het voegwoord is er geen inversie. Dat grammaticale verschil houdt geen verschil in betekenis in.
Een foutieve inversie is een fout in de woordvolgorde van de zin. De volgorde is meestal onderwerp + persoonsvorm + de rest van de zin. Bij een foutieve inversie verwissel je het onderwerp en de persoonsvorm van plaats, terwijl dit niet zou moeten.
Hoger in de lucht is het kouder en zal er meer waterdamp condenseren, de wolk zal dan weer verder stijgen. Dit gaat door tot de inversie. De inversie is een plotselinge temperatuurstijging van de omgeving. De omgevingstemperatuur is ineens warmer dan de wolk en de wolk zal dus niet meer stijgen.
Je kunt een vraagzin maken door het onderwerp en de persoonsvorm om te draaien. Dit noemen we inversie. Viens-tu ce soir? Kom je vanavond?
na bijzin met: wat betreft, belangt, aangaat, aanbelangt, is inversie heel gewoon, maar men kan ook, om wat meer nadruk te geven, de inversie weglaten. Vragende, wenschende, gebiedende hoofdzinnen hebben andere woordorde dan de mededeelende.
Indien de jij-vorm gebruikt wordt in de zin van men is echter kan meer gebruikelijk: Je kan dat ook anders doen. Bij inversie is de vorm kun gebruikelijk:Kun je me even helpen?
Bijna iedereen gaat wel eens “door zijn enkel”. Wanneer dit gebeurt en je voet klapt naar binnen, spreken we van een enkelverzwikking. Officieel gezien wordt een enkelverzwikking een inversie trauma genoemd.
In een tantebetjeconstructie maak je in het tweede deel van een zin onterecht gebruik van inversie, oftewel van verwisseling van het onderwerp en de persoonsvorm. Denk bijvoorbeeld aan de zin 'We gaan naar huis en lopen we door de straat'. In deze zin zijn 'lopen' en 'we' ten onrechte omgedraaid.
Inversie: Bij deze stijlfiguur wordt de volgorde van persoonsvorm en onderwerp in een zin omgedraaid.Hierdoor krijgen bepaalde woorden meer nadruk.
Bij droge lucht is de afname ongeveer 1 graad per 100 meter, bij vochtige lucht is dat ongeveer 0,6 graden. Na of aan het eind van een heldere nacht met weinig wind kan de temperatuur tot een bepaalde hoogte ook toenemen met de hoogte. Dit heet een 'inversie'.
De spieren verantwoordelijk voor deze beweging zijn de musculus tibialis anterior en de musculus tibialis posterior. De beweging vindt plaats in het gewricht tussen talus (sprongbeen) en calcaneus (hielbeen).
Bij inversie zijn de persoonsvorm en het onderwerp omgedraaid.Hierbij komt er dan een streepje tussen de persoonsvorm en het onderwerp te staan.
Andere voorbeelden:
- Hoe vaak bezoekt u een tandarts?- Hoeveel tijd besteedt u aan een bezoek aan een tandarts?- Hoe tevreden bent u met uw loon- en werkomgeving?- Hoe tevreden bent u met uw salaris?
Est-ce que is een manier om de vragen wat er is. Qu'est-ce que kun je gebruiken aan het begin van een zin voor 'Wat...?' Est-ce qu' gebruik je wanneer de verwijzing die je daarna neerzet met een klinker begint. Dus Est-ce qu'il of est-ce qu'elle.
Bijna iedereen gaat wel eens “door zijn enkel”. Wanneer dit gebeurt en je voet klapt naar binnen, spreekt men van een inversietrauma. Vaak voelt men pijn aan de buitenkant van de enkel, de enkel wordt dik en lopen wordt pijnlijk en soms zelfs onmogelijk.
Inversie is een mutatie (meer specifiek: een segmentmutatie) waarbij omdraaiing van een gedeelte van een chromosoom is opgetreden.
Subsidentie-inversie
Ergens vormt er zich dan in de hoogte een inversie. Omdat koudere lucht zwaarder is dan de warmere lucht, blijft de lucht bij het aardoppervlak en is er geen menging meer met de zuivere lucht in de hogere luchtlagen.
Indien er geen overeenstemming tussen denken, voelen en spreken of doen wordt ervaren spreken we van discongruentie. Mensen kunnen discongruent zijn, door iets anders te zeggen dan ze denken of doen, of door iets anders te doen dan dat ze denken of zeggen.
Samentrekking is een vorm van nevenschikking waarbij identieke woorden of woorddelen bij maar één lid worden uitgedrukt en bij de overige leden worden weggelaten. Het voordeel van samentrekken is dat identieke woorden of woorddelen niet herhaald hoeven te worden, waardoor de formulering beknopter wordt.