Betekenis: Zone van naaste ontwikkeling Het is het gebied tussen de actuele ontwikkeling, wat een kind zelfstandig kan, en de naaste ontwikkeling, waar een kind hulp bij nodig heeft. Door de zone van naaste ontwikkeling aan te spreken, kan een kind worden gestimuleerd om nieuwe vaardigheden te ontwikkelen.
De zone van naaste ontwikkeling (ZNO) is het aanspreken van het kind op een niveau dat net buiten bereik is van wat een kind op eigen kracht kan. Wat een kind zelfstandig kan, is de actuele ontwikkeling. Waar een kind hulp bij nodig heeft, is de naaste ontwikkeling.
De zone van naaste ontwikkeling is ook nauw verbonden met het concept van scaffolding, of een onderwijsmethode waarbij een student leert via begeleiding en samenwerking met een leraar of een meer gevorderde student om zijn begrip te vergroten en door te stromen naar een hoger leerniveau nadat hij zijn huidige niveau heeft bereikt .
De 'Zone van de naaste ontwikkeling' (ZNO) gaat ervan uit dat een kind het meeste leert als je hem uitdaagt activiteiten te doen die net boven zijn eigen niveau liggen en hierbij de nodige ondersteuning biedt. Door te weten op welke trede het kind staat, weet je welke ondersteuning het kind nodig heeft.
Volgens Vygotsky nemen kinderen naarmate zij ouder worden het gedrag van volwassenen steeds meer over. Dit doen zij door dingen meerdere malen zelf te doen. Daardoor zijn volwassenen steeds minder nodig, maar niet als het om nieuwe ervaringen gaat (zie hieronder).
Vygotsky suggereerde dat kinderen geboren worden met de “elementaire mentale functies” van aandacht, sensatie, perceptie en geheugen. Met de tijd ontwikkelen deze zich tot meer geavanceerde processen van “hogere mentale functies”.
Daarom zijn zowel bemiddeling als toe-eigening essentieel voor de cognitieve ontwikkeling binnen de zone van naaste ontwikkeling.
De belevingswereld van het kind is de wijze waarop het jonge kind omgaat met wat het in zijn leefwereld ervaart: het is de wereld van zijn ideeën en gevoe¬lens (agressie, schaamte, wrok, verliefdheid, angsten), wensen, idealen en van zijn fantasie. In die wereld is veel meer mogelijk dan in zijn leefwereld.
Door de ZPD van een student te begrijpen, kunnen docenten beoordelingen op maat maken om studenten op een passend niveau uit te dagen, door taken aan te bieden die niet te makkelijk of te moeilijk zijn. Deze aanpak stelt docenten in staat om de bereidheid van een student om te leren te meten en gebieden te identificeren waar ze mogelijk extra ondersteuning of verrijking nodig hebben.
Scaffolding, een kernaspect van Vygotsky's theorie, speelt een cruciale rol in de praktische toepassing van de Zone van Naaste Ontwikkeling in het onderwijs. Het is een strategie waarbij leraren stapsgewijze ondersteuning bieden aan leerlingen, afgestemd op hun individuele leerbehoeften binnen de ZNO.
De zone van naaste ontwikkeling voor het vermogen om de timing van toekomstige gebeurtenissen te voorspellen, werd aangetoond bij kinderen in de leeftijd van negen tot elf jaar .
Leren fietsen biedt een eenvoudig voorbeeld van een zone voor naaste ontwikkeling, namelijk ondersteuning.
Probeer open en helder te communiceren en maak daarbij je verwachtingen duidelijk richting de leerlingen. Geef niet alleen aan wat niet mag, maar juist ook welk gedrag gewenst is. Observeer het gedrag van de leerling en probeer empathisch en passend te reageren.
Laat bewegende dingen zien.Geef zachte materialen, bijvoorbeeld een knuffel.Hou contact via de huid: strelen, babymassage, tegen elkaar liggen … Ouders zijn belangrijker dan gelijk wel speelgoed.
Laat je kind zijn hoofd tekenen en vraag wat er allemaal in zijn hoofd zit.Kijk samen wat er uit zijn hoofd kan en ruim het hoofd op. Je kunt je kind een nieuwe tekening laten maken van zijn opgeruimde hoofd. Zorg voor genoeg momenten van ontspanning en rust voor je kind.
Waarom het Belangrijk is
De zone van naaste ontwikkeling helpt om leerervaringen op maat te maken, zodat kinderen zich steeds verder kunnen ontwikkelen. Door te werken op dit grensgebied van kunnen en niet kunnen, met de juiste steun, bouwen ze nieuwe vaardigheden en kennis op.
Een voorbeeld van de zone van naaste ontwikkeling is een kind dat leert zijn schoenen te strikken . Hij kan zijn schoenen met klittenband vastmaken, maar kan zijn schoenen niet strikken. Zijn zone van naaste ontwikkeling is het leren strikken van zijn schoenen.
Kortom, door het toepassen van het concept van de zone van naaste ontwikkeling, identificeert de leerkracht wat een kind al weet, leert hem of haar iets nieuws om daaraan toe te voegen en relateert dit vervolgens aan zijn of haar voorkennis, zodat hij of zij het nieuwe concept nu met hulp kan begrijpen.
Een kind reageert ontvankelijk, aanspreekbaar, spontaan, ... Contacten met anderen verlopen vlot en geven veel voldoening. Het is blij met de aandacht die het krijgt: een knuffel, een pluim, een troostend woord, wat aanmoediging of hulp. Een kind heeft zelfvertrouwen.
Betrokkenheid is een toestand waarin kinderen / lerenden zich bevinden wanneer ze op een intense manier met iets bezig zijn. We merken het aan hun hoge concentratie, een opgeslorpt, tijdvergeten bezig zijn. Hun handelingen en houding verraden een intense mentale activiteit.
Je kind heeft rust nodig om zich te ontwikkelen. Die rust geef je door je kind structuur te bieden. Je zorgt voor regelmaat en duidelijkheid in hoe de dag verloopt. Door die voorspelbaarheid weet je kind waar het aan toe is, en binnen de structuur kan het gaan ontdekken en uitproberen.
Dingen samen doen met jouw kind, sorteren van kleuren, vormen, plaatjes, samen zingen, muziek maken, dansen/ bewegingen maken, elkaar verhaaltjes vertellen, creatief bezig zijn (knutselen). Televisie kijken vinden kinderen vaak erg leuk en van kinderprogramma's kan veel geleerd worden.
De Scaffolding-theorie van Vygotsky helpt leerlingen nieuwe informatie en inhoud te begrijpen door samen te werken met een docent die meer kennis heeft van het materiaal. De theorie stelt dat leerlingen sneller leren wanneer ze samenwerken met iemand die beter geïnformeerd is, vergeleken met wanneer ze de inhoud alleen leren .