Het vogelbekdier leeft in Oost-Australië en Tasmanië. Vogelbekdieren zijn uitstekende zwemmers en we vinden ze dan ook op de oevers van rivieren en meren.
Het vogelbekdier kent weinig natuurlijke vijanden. Krokodillen als de zeekrokodil (Crocodylus porosus) en de zoetwaterkrokodil (Crocodylus johnstoni) grijpen incidenteel een volwassen dier, terwijl jonge dieren ten prooi kunnen vallen aan grotere vissen als palingen en de Murraykabeljauw (Maccullochella peelii).
Een vogelbekdier legt eieren, maar is een… zoogdier! Ze voeden hun jongen namelijk met melk! Het is naast de mierenegel het enige zoogdier dat eieren legt.
Het vogelbekdier is om verschillende redenen een van vreemdste wezens op aarde. Dit in Australië levende beestje is een zoogdier, maar legt toch eieren en heeft een giftige stekel aan zijn achterpoten. Daarnaast lijkt hun staart op die van een bever en hun bek op die van een eend.
Tegenwoordig leeft er nog maar één soort, het vogelbekdier (Ornithorhynchus anatinus), in waterrijke gebieden in het oosten van Australië, inclusief Tasmanië en enkele andere eilandengroepen. Er zijn verschillende fossiele geslachten bekend uit Australië, maar ook één uit Patagonië (Argentinië).
Onder andere om te slapen in hun hol, dat ze graven met behulp van hun grote klauwen. Er zijn ook al vogelbekdieren aan de kust gezien, maar ze houden niet van zout water.
Dankzij hun zwemvliezen kunnen vogelbekdieren zich snel door het water bewegen. Maar over land lopen is een ander verhaal. Ze hebben korte, dikke poten, die schuin naar buiten staan, zoals ook bij reptielen het geval is.
Hun snavel is te vergelijken met die van een eend. Er zitten neusgaten aan de voorkant van de snavel waarmee hij onder water gemakkelijk kan ademen. Ze hebben een solitair bestaan. Hij kan maximaal vijf minuten onder water blijven.
De snavel van het vogelbekdier is te vergelijken met de snavel van een eend. Aan de voorkant van de snavel heeft dit dier neusgaten waarmee hij in staat is onder water te ademen. Hun bestaan is solitair. Hij kan dus onder water ademen, maar kan niet langer dan vijf minuten onder water blijven.
Het vogelbekdier beschikt over enkele hele unieke en bizarre kenmerken. Het zoogdier legt eieren, is uitgerust met zwemvliezen, zweet melk, injecteert gif, heeft tien geslachtschromosomen en geen tanden.
Ze hebben een handige eendenbek
Eenmaal boven water gebruiken ze hun mond die in hun bek verstopt zit om mee te eten. Vogelbekdieren hebben bij hun geboorte wel tanden, maar verliezen deze na een tijdje.
Ten eerste hebben vogelbekdieren en mierenegels, net als andere zoogdieren, een vacht van haren. Ten tweede zogen ze hun jongen. Dat betekent dat de jongen melk drinken bij hun moeder. Deze melk wordt net als bij andere zoogdieren in melkklieren gemaakt.
Het vogelbekdier is daarnaast een van de weinige giftige zoogdieren. Vogelbekdiermannetjes hebben een giftige spoor (een soort stekel) aan hun achterpoten. De pijn van een steek is vergelijkbaar met de steken van honderden hoornaars. (Onlangs bleek dat het gif ook een hormoon bevat dat mogelijk helpt tegen diabetes.)
De dieren zien er best apart uit. Ze hebben een brede snavel, een dikke staart en een soort zwemvliezen tussen de tenen en vogelbekdieren hebben nog iets bijzonders. Ze leggen eieren terwijl het zoogdieren zijn. Dat betekent dat de kleintjes dus melk drinken bij hun moeder.
Het vogelbekdier moet je zien om te geloven. Het is het enige zoogdier met een snavel. Deze dieren leven alleen in het oosten van Australië op het vasteland, alsook op het eiland Tasmanië.
Vogelbekdieren hebben geen maag. Het eten gaat direct vanuit de slokdarm naar de darmen. Mannetjes vogelbekdieren hebben een giftige stekel aan de achterpoten waarmee zij zich kunnen verdedigen.
Jonkies uit eieren Er zijn twee diersoorten die we tot de zoogdieren rekenen, die wel eieren leggen. Het zijn: 1. het vogelbekdier en 2. de mierenegel. Deze dieren komen alleen voor in Australië en op Nieuw-Guinea, een eiland ten noorden van Australië.
Het vogelbekdier kwam tot in de 19e eeuw ook nog voor in Zuid-Australië, maar is daar inmiddels uitgestorven. Het vogelbekdier blijft verbazen, want het is een zoogdier maar legt toch eieren. De platypus is een cloacadier, net als de resterende vier soorten miereneters.
Het zeldzaamste en meest bedreigde dier ter wereld is de amoerluipaard. Van deze soort leven er nog maar tientallen in het wild. Veel mensen jagen op deze soort omdat ze geloven dat de vacht en botten ziektes kunnen genezen. Gelukkig worden er de laatste tijd steeds meer jonge amoerluipaarden welpjes soort gespot.
Een vogelbekdier leeft in de rivieren van Australië en Tasmanië en het is 60cm lang, weegt 1 à 2 kilogram en wordt gemiddeld 5 jaar oud. Het heeft een bruine vacht met een goudkleurige buik.
Het vogelbekdier heeft namelijk de vacht en staart van een waterlevend zoogdier, maar geen tepels, waar zoogdieren oorspronkelijk hun naam aan verdienen. Echter zogen ze wel, de melk vloeit uit de talgklieren van haren gelegen in zogenaamde melkvelden op haar buik. De melk wordt opgelikt door de jongen.
VERSPREIDINGSGEBIED TASMAANSE DUIVELS
duivels komen enkel nog maar voor op Tasmanië. Tot ongeveer 400 jaar geleden leef- den ze ook in Australië. De Tasmaanse duivel heeft een voorkeur voor open, beboste gebieden. Maar ook in bewoonde gebieden kan je hem vinden.