Wanneer u drager bent van een BRMO of ESBL, wordt u daarvoor niet behandeld. U kunt deze BRMO-bacterie op den duur vanzelf weer kwijtraken.
Ontstekingen door BRMO bijzonder resistente micro-organismen (bijzonder resistente micro-organismen) zijn te behandelen met speciale antibiotica.
Meestal genezen deze infecties vanzelf, soms is er antibiotica nodig voor de genezing. Een BRMO is, zoals de naam al zegt, een bijzondere bacterie. Deze bacterie is ongevoelig geworden voor de meest gebruikte antibiotica. Hierdoor zijn er nog maar een paar middelen die wel werken.
U kunt de BRMO-bacterie spontaan kwijtraken of de bacterie verdwijnt door het gebruik van antibiotica. Bent u drager van de bacterie zonder dat u daar last van heeft, dan wordt aangenomen dat u na 1 jaar de BRMO-bacterie niet meer bij u heeft.
BRMO is de afkorting van: Bijzonder Resistente Micro-Organismen. Dit kan een virus of een parasiet zijn, maar in de meeste gevallen gaat het om een bacterie die niet reageert op (de meest gebruikte) antibiotica. Dit heet antibioticaresistentie. Hierdoor is een infectie moeilijker te behandelen.
Als u alleen drager bent van BRMO, is een behandeling niet nodig. De behandelend arts kan besluiten een infectie met een BRMO wel te behandelen met antibiotica.
BRMO -positieve personen zijn besmettelijk. Personen met een infectie zijn in de regel besmettelijker dan personen die drager zijn. BRMO kunnen vooral effectief overgedragen worden bij intensief contact zoals bij slijmvliescontact en contact met uitscheidingsproducten zoals bij wondverzorging en hulp bij toiletgang.
Hoe lang het BRMO dragerschap duurt, verschilt van mens tot mens. De meeste mensen raken de BRMO spontaan kwijt. U blijft tot één jaar na de laatste positieve kweek geregistreerd in het ziekenhuis informatie systeem. Wanneer de bacterie een jaar lang niet meer bij u wordt aangetroffen, wordt de aantekening verwijderd.
Isolatiemaatregelen. Wanneer u drager bent van een BRMO-bacterie, dan draagt u deze bacterie vaak bij u in het rectum (anus). Wanneer u alleen drager bent, heeft u hier geen klachten van. Deze bacterie is dan onderdeel van uw darmflora (darmbacteriën).
Om te weten te komen of u BRMO positief bent (dus drager bent), moet u op BRMO getest worden. Dit betekent dat uw huisarts of een verpleegkundige van VieCuri bij u een uitstrijkje afneemt van de anus.
Is een BRMO gevaarlijk? Een BRMO is niet ziekmakender dan een bacterie die wel met antibiotica te bestrijden is. In de meeste gevallen heeft u er ook helemaal geen last van. Alleen, als u een infectie krijgt kan dit betekenen dat deze moeilijker te behandelen is.
Bacteriën die ongevoelig (resistent) zijn voor de meeste antibiotica noemen we bijzonder resistente micro-organismen ( BRMO bijzonder resistente micro-organismen (bijzonder resistente micro-organismen)). Een van de bekendste BRMO is MRSA. Andere voorbeelden zijn ESBL, VRE en CPE.
Bekende BRMO zijn o.a MRSA (meticilline resistente Staphylococcus aureus), ESBL (extended spectrum beta-lactamase), CPE (carbapenemase producerende Enterobacteriaceae) en VRE (vancomycine resistente Enterococcus faecium).
Er zijn bacteriën die minder gevoelig zijn voor antibiotica. Deze bacteriën noemen we 'BRMO' dit betekent Bijzonder Resistente Micro-Organismen. Het gaat hierbij om bacteriën die niet goed behandeld kunnen worden met de gebruikelijke antibiotica.
MRSA-dragerschap is meestal van tijdelijke aard, met andere woorden: men raakt de bacterie ook weer vanzelf kwijt. Sommigen krijgen echter infecties als steenpuisten of krentenbaard. In zeldzame gevallen ontstaat bloedvergiftiging, longontsteking of botinfectie.
Om na te gaan of u de MRSA bij u draagt, maken we met een wattenstokje kweekuitstrijken van uw keel, neus en rectum (gebied voor de anus). Heeft u wonden of andere huidafwijkingen (zoals psoriasis of eczeem)? Dan maken we daar ook uitstrijken van. Het afnemen van deze kweekuitstrijken is pijnloos.
Zijn ESBL-bacteriën gevaarlijk? Nee. Voor gezonde mensen zijn ESBL-producerende bacteriën niet gevaarlijk. Echter, voor mensen die een infectie hebben – bijvoorbeeld een simpele urineweginfectie – en daarvoor behandeld moeten worden, kan het de behandeling bemoeilijken.
De ESBL-bacterie verspreidt zich van mens op mens via bijvoorbeeld slijm, ontlasting en urine. Goede handhygiëne is dan ook belangrijk, gebruik hiervoor – in tegenstelling tot bij CB en het norovirus – handalcohol (bij zichtbare verontreiniging gebruik je uiteraard water en zeep).
Druppel-contactisolatie wordt toegepast om de overdracht van bepaalde bacteriën of virussen naar andere patiënten, bezoekers en medewerkers te voorkomen. Deze overdracht vindt plaats via druppeltjes in de lucht, via de handen of besmette voorwerpen. U wordt daarom op een eenpersoonskamer verpleegd.
De meest actuele richtlijn voor infectiepreventie adviseert bij ESBL contactisolatie, bij voorkeur op een eenpersoonskamer.
ESBL's zijn enzymen die penicillines en cephalosporines onwerkzaam maken door ze te hydrolyseren. ESBL-producerende (positieve) bacteriën zijn hierdoor resistent tegen deze antibiotica.
Besmetting met MRSA vindt vooral plaats door direct huidcontact, vooral via de handen. Soms kan MRSA via huidschilfers of niezen in de lucht komen en kan je het zo inademen. Gelukkig leidt dit bijna nooit tot dragerschap. Als je drager bent van MRSA hoef je niet extra schoon te maken.
Besmetting en preventie van groep B-streptokokkeninfecties
Besmetting vindt plaats door middel van direct contact, zoals bij een moeder en een kind tijdens de bevalling. Baby's worden ziek wanneer de bacterie het lichaam binnendringt. Bij langdurig gebroken vliezen kan besmetting van de foetus optreden.
BRMO staat voor 'Bijzonder Resistent Micro-Organisme'. Bij een BRMO bacterie werken sommige soorten antibiotica niet meer. En daarom willen we voorkomen dat de bacterie zich kan verspreiden in het ziekenhuis. Als vaststaat dat u besmet bent met een BRMO wordt u “in isolatie” opgenomen.