Als het recht van overpad onmogelijk is geworden of als de gebruiker ervan geen redelijk belang meer heeft bij de uitoefening kan het recht van overpad worden opgeheven. Bij de beoordeling hiervan gaat de rechter uit van de belangen van de eigenaar van het heersende erf, degene die de grond gebruikt.
Onder 'oud recht' (voor 1992) kon een erfdienstbaarheid van overpad niet door verjaring ontstaan. Vanaf 1 januari 1992 is dat wel het geval. Uit de wet blijkt dat een erfdienstbaarheid van overpad door verjaring kan worden verkregen door een bezitter te goeder trouw na een onafgebroken bezit van tien jaar.
Het recht van overpad kan op verzoek van de eigenaar van het dienende erf door de rechter worden opgeheven bij strijd met het algemeen belang. Hiervoor geldt een termijn van twintig jaar. Het gaat hierbij om de situatie dat het recht van overpad diens nut heeft verloren.
Maar het is dus ook mogelijk om het recht van overpad op te heffen. Het opheffen kan op drie manieren. Uiteraard kan de eigenaar van het heersende erf kan het opheffen door afstand van zijn rechten te doen.
Kijk dan in de akte van de notaris of er een recht van overpad is. Dit kan het koopcontract zijn, of de leveringsakte. Het recht gaat namelijk van de vorige eigenaar over op de nieuwe eigenaar. De verkoper is verplicht om dit bij de verkoop te laten weten.
Het recht van overpad en onderhoud van het pad
Bent u de eigenaar van het dienende erf, dan mag u van de eigenaar van het heersende erf verwachten dat deze bijdraagt aan onderhoud van het pad. U mag daarvoor een periodieke vergoeding vragen, mits dit notarieel is vastgelegd.
Het recht van overpad (of: recht van weg) is een recht om te komen of gaan via het perceel van een ander. Het recht van overpad is een erfdienstbaarheid. Dat betekent dat het gaat om een last waarmee de ene onroerende zaak (het dienende erf) ten behoeve van een andere onroerende zaak (het heersende erf) is belast.
Recht van overpad is het recht om gebruik te maken van een deel van de grond van iemand anders om uw eigen grond te kunnen bereiken. Het is een erfdienstbaarheid waar u recht op kunt hebben, of u moet dit recht aan een ander verlenen. Bijvoorbeeld: U kunt alleen via een strookje grond van de buren bij uw huis komen.
Een erfdienstbaarheid kan op de volgende manieren eindigen of wijzigen. Door opheffing of wijziging door de rechter. Door afstand. Door vermenging.
Een erfdienstbaarheid duurt in beginsel oneindig, tenzij er een bepaalde tijd is opgenomen. Deze wordt niet doorbroken door koop of verkoop. Als uw buren al geruime tijd geen gebruik maken van de erfdienstbaarheid, kan sprake zijn van verjaring. De verjaringstermijn op een erfdienstbaarheid is 30 jaar.
Verkrijgende verjaring
Een erfdienstbaarheid kan naast vestiging ook door verjaring ontstaan. Iemand die een erfdienstbaarheid bezit, te goeder trouw, verkrijgt de erfdienstbaarheid door verkrijgende verjaring na een onafgebroken periode van 10 jaar. Daarvoor geldt dat sprake moet zijn van bezit, en van goede trouw.
Behalve wanneer de onderhoudswerkzaamheden en bouwwerken nodig zijn ten gevolge van een fout van de eigenaar van het "lijdende erf", zullen deze moeten gebeuren op kosten van de persoon die over de erfdienstbaarheid beschikt, namelijk de eigenaar van het "heersende erf".
Bij recht van overpad mag u over het pad van uw buren lopen. Fietsen is in sommige gevallen ook toegestaan, maar autorijden niet.
Wat het ladderrecht inhoudt
In de wet is de mogelijkheid opgenomen om iemand anders zijn grond of gebouw te gebruiken om werkzaamheden uit te kunnen voeren. Vroeger werd dit recht het “ladderrecht” genoemd.
Ga langs op de gemeente. Ook daar kunnen ze je informatie geven over bijvoorbeeld buurtwegen die er zijn en diens meer. Een erfdienstbaarheid kan worden gevestigd via een notariële akte. Wordt het pand verkocht, dan wordt er normaal melding gemaakt van de erfdienstbaarheid.
De melkveehouder gebruikte het recht van overpad enkele keren per jaar voor het omweiden van koeien en om met materieel op zijn eigen achterliggende perceel te komen voor onderhoud.
Een erfdienstbaarheid is een afhankelijk recht, want het is gekoppeld aan de eigendom van het heersende erf. Enkele voorbeelden van erfdienstbaarheden zijn het recht van overpad, waterloop en inbalking.
Het wijzigen van erfdienstbaarheden
Erfdienstbaarheden kunnen worden gewijzigd. De wet biedt hiertoe mogelijkheden voor de eigenaars van zowel het dienende en van het heersende erf. Men kan bij de rechtbank een wijziging vorderen als zich onvoorziene omstandigheden voordoen.
Bij een erfdienstbaarheid van weg/overpad is veelal opgenomen dat de erfdienstbaarheid inhoudt een recht om te komen en te gaan naar bijvoorbeeld de openbare weg. Oftewel de eigenaar van het dienend erf moet het gebruik van zijn pad ten behoeve van de eigenaar van het heersend dulden.
Een verschil tussen het recht op een buurweg en een recht van erfdienstbaarheid is dat het recht op een buurweg niet kan verjaren. Wanneer een belemmering het gebruik van de buurweg belet, kunt u opheffing van deze belemmering bij de rechter vorderen.
De minimale breedte van een achterpad is afhankelijk van het hoogste aantal ontsluitingen van woningen, gemeten aan 1 zijde van 1 deel. Is dit maximaal 10 dan zijn beide delen minimaal 1.50 meter breed. Is dit van 11 tot en met 20 woningen dan zijn beide delen minimaal 1.80 meter breed.
Volgens artikel 683 BW zal de rechter de ligging van de uitweg bepalen op een wijze die het minst schadelijk is. Er is geen wettelijke breedte vastgelegd voor een servitudeweg. Er is dus geen wetsartikel waarin een minimum- of maximumbreedte wordt vastgesteld.
indien u wilt weten of er erfdienstbaarheden op uw perceel zijn gevestigd of dat u zelf van andermans perceel gebruik mag maken, kunt u via het Kadaster de afschriften van de akten van vestiging van de erfdienstbaarheden opvragen.
Een erfdienstbaarheid is een beperkt zakelijk recht waarmee de eigendom vande eigenaar van het dienend erf mee is bezwaard.
Wat kost Erfdienstbaarhedenonderzoek? De kosten van een volledig onderzoek zijn 275,- per perceel. Een beperkt onderzoek tot 1950 kost 150,- per perceel.