Aardbeien kunnen vrij goed tegen kou. Maar als het 's winters langdurig vriest krijgen ze toch een flinke klap en doen ze er lang over om weer bij te komen. Dat merk je aan de opbrengst: die zal dan minder zijn. Om dat te voorkomen kan je ze in de winter afdekken.
Kunnen aardbeiplantjes overwinteren? Aardbeiplantjes kunnen makkelijk de winter doorkomen, als ze beschermd worden tegen (sterke) vorst. Wanneer er sprake is van vorst zonder sneeuwval, kan de bodem bedekt worden met takjes, stro of teenwilg.
Oftewel; een aardbeienplant kan wel jarenlang mee gaan maar als je haar in de moestuin zo intensief wilt gebruiken als een moestuinder doet; dan is de plant na 3 tot 4 jaar 'op'.
Eén van de beste manieren om er voor te zorgen dat vogels niet aan je aardbeien komen, is door het plaatsen van insectengaas. Het voordeel van insectengaas is dat deze gaas erg fijnmazig is, namelijk 1,35 x 1,35 millimeter. Het is hierdoor niet mogelijk dat vogels met hun poten en vleugels verstrikt raken in het net.
Aardbeien zijn meerjarige vaste planten en van de heerlijk smakende vruchten van de doordragers – het type dat GroenRijk nu aanbiedt – kun je dus extra lang genieten. Je kunt er zelfs volgend jaar nog opnieuw van oogsten en misschien ook nog het jaar daarna als je goed voor je aardbeiplanten in hangpot zorgt.
Tijdens de teelt adviseren we om te kiezen voor meststoffen met een lager stikstof gehalte, maar met meer Kalium. Dat zorgt voor stevigere vruchten. Ook is het goed mogelijk om goed verteerde stalmest en compost door de bodem te mengen, zo'n 4 weken voor het planten.
Laat je alle bloemetjes en vruchtjes zitten dan krijg je veel aardbeien maar ze blijven vrij klein. Aan elke stengel laat je 3 vruchtjes zitten. Die groeien dan uit tot de mooiste en grootste aardbeien die je maar kan bedenken. Ook dit jaar knip je weer alle uitlopers weg.
Aardbeiplanten komen goed de winter door als er tijdens strenge vorstperiodes folie over gelegd wordt. De schade is zelden met het blote oog zichtbaar, maar heeft wel zijn weerslag op de hergroei in het voorjaar en uiteindelijk ook op de oogst Het zal zelden zo zijn dat de volledige aardbeiplant afsterft door de vorst.
Een aardbeiplant is een vaste winterharde plant, maar is niet wintergroen. In het najaar sterft hij af om in het voorjaar weer opnieuw uit te lopen. Hij vormt dan naast het blad steeltjes met bloemen, deze bloemen worden uiteindelijk de aardbeien.
Om je aardbeien te beschermen tegen flinke regenbuien kun je rond de planten een bed van stro aanbrengen. Zo voorkom je dat de aardbeien op de natte bodem liggen en dat er zand opspat. Daardoor gaan ze niet rotten en worden ze niet aangetast door schimmel.
Aardbeien houden van rijke grond die niet te zuur is, tussen de 5.5 en 6.5. Heb je te zure grond, dan kun je gesteentemeel toevoegen zoals kalk.
Je aardbeiplantjes krijgen het liefst twee keer een maaltijd voorgeschoteld: Op het moment dat je ze aanplant: werk wat organische meststof in de bodem. Acht à tien weken na het aanplanten herhaal je de bemesting.
Extra voeding voor je aardbeien
Te veel stikstof (N) geeft immers te veel bladgroei en te weinig vruchten. Zoals bij ander fruit is vooral potas (K) van belang voor een goede vruchtzetting. Kies daarom een aangepaste formule zoals de DCM Meststof Aardbeien & Kleinfruit. Het beste geef je 20-35 g/plant of 60 – 100 g/m².
Een aardbeiplant met veel bladeren, vruchten en bloemen heeft veel water per dag nodig. Eén pot vraagt ongeveer 1 tot 1,5 liter water per dag! De beste methode is om de eerste watergift in de vroege ochtend te geven en de laatste watergift aan het einde van de dag.
Wie een aardbeiplant heeft, zal vast al hebben gezien dat er vanaf juni lange, lichtgroene scheuten beginnen te groeien. Dat zijn de uitlopers. Een aardbeiplant kan wel 10 tot 12 uitlopers aanmaken die zich opnieuw wortelen in de grond. Zo wordt je plantje telkens vermeerderd.
Groeiwijze. Aardbeienplanten (Fragaria) zijn vaste planten: ze kunnen meerdere jaren op dezelfde plek in de tuin blijven staan en ze overleven de winter. In het voorjaar groeit de plant geleidelijk uit: er ontstaan steeds meer blaadjes en op een gegeven moment begint de plant te bloeien.
Het aardbeienseizoen uit de volle grond loopt van juni tot september, maar telers kunnen het hele jaar lang heerlijke aardbeien aanbieden.
Aardbeien worden eigenlijk niet gesnoeid maar er zijn wel andere handige tip zoals verplanten en stekken. Het verplanten van aardbeienplanten kun je het beste doen in februari tot maart. Verplant ze met zoveel mogelijk grond er omheen om de wortels zo min mogelijk te verstoren. Schud de aarde dus niet af.
koemestkorrels zijn die ook goed voor aardbeien.
Planten beschermen tegen vorst met een laag stro
Dat doe door een jasje te maken van kippengaas rondom de plant. Bedek de bovenkant met plastic wanneer het nat is om het stro droog te houden. Bij boomvarens en palmen kun je ook nog de kroon bedekken met stro voor extra isolatie.
Het natspuiten van bomen is een hele goede manier om knoppen en bloesem te beschermen tegen vorst. Het water vormt als het bevriest namelijk een beschermlaagje rond de takken.
Om planten tegen vorst, wind en regen te beschermen kun je ze inpakken. De meeste planten kun je beschermen met een constructie van stokken en jute, met daartussen wat stro en droog blad. Hoge planten: met een constructie van bamboestokken en jute kun je een hoge plant de winter doorhelpen.
Kies voor een zonnige standplaats. Zo produceren ze meer vruchten. Halfschaduw kan ook, maar je oogst zal dan kleiner zijn. Aardbeien houden van vruchtbare en goed doorlatende grond.
Werken bij de boer is al mogelijk wanneer je dertien jaar oud bent, dus als je nog geen kranten mag bezorgen of in een supermarkt mag werken, is dit een goed alternatief. Het grootste voordeel van deze bijbaan is dat je er meestal maar een halve dag mee bezig bent: meestal van 7 tot 12 uur.