Het lager beroepsonderwijs (lbo) is de voorloper van het hedendaagse vmbo en was bedoeld voor leerlingen die meer praktisch dan theoretisch waren ingesteld.
Voorheen had men het voorbereidend beroepsonderwijs (vbo), het lager beroepsonderwijs (lbo), het middelbaar algemeen voortgezet onderwijs (mavo) en sommige vormen van voortgezet speciaal onderwijs. Het vmbo is een samenvoegsel van deze leervormen.
LAGER BEROEPSONDERWIJS
Het LBO-A is praktisch gericht, A1, A2 en A3. Na LBO-A3 succesvol te hebben afgerond, ontvangt de leerling een LBO-A diploma en kan hiermee op de arbeidsmarkt terecht of verder studeren op LBO-B3 of Avond LBO-B3. Het LBO-B is eveneens praktisch gericht en heeft vier leerjaren.
De school voor middelbaar algemeen voortgezet onderwijs (afgekort mavo) was een Nederlandse schoolsoort, volgens artikel 9 van de Wet op het voortgezet onderwijs, die werd ingevoerd in 1968, in de wandelgangen de Mammoetwet genoemd. Deze schoolsoort is de opvolger van de mulo, of ulo.
Het laagste niveau van het voortgezet onderwijs is het praktijkonderwijs. Dit onderwijs is speciaal voor jongeren die het moeilijk vinden om een diploma te behalen in het 'reguliere' voortgezet onderwijs. Het halen van een diploma op vmbo niveau is voor veel praktijkonderwijs leerlingen te hoog gegrepen.
Vmbo-tl, de theoretische leerweg (mavo); Deze leerweg is het beste te vergelijken met de oude mavo. Met een diploma van de theoretische leerweg kan een leerling naar een mbo niveau 3 of mbo niveau 4 opleiding. Vanuit vmbo-tl kunnen leerlingen, met het juiste vakkenpakket doorstromen naar het havo.
VMBO valt uiteen in verschillende niveaus: Basis (het laagste) Kader (hoger dan basis) Gemengd (tussen kader en vmboT) VMBO-T (T is voor theoretisch). Wat nu VMBO-T is was vroeger zo ongeveer de mavo en nu zijn er nog steeds scholen die het MAVO noemen.
Het voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs (vmbo) is een van de vormen van voortgezet onderwijs in Nederland. Het vmbo combineert theorie en praktijk en bereidt leerlingen voor op een mbo-opleiding. Wat is mbo? Het middelbaar beroepsonderwijs (mbo) bereidt mensen voor op de beroepsprak- tijk of een vervolgopleiding.
Mavo staat voor middelbaar algemeen voortgezet onderwijs en duurt 4 jaar. Leerlingen kunnen kiezen voor de gemengde leerweg of de theoretische leerweg. Bij mavo-g zijn leerlingen meer praktisch ingesteld. Hier zitten leerlingen die geen moeite hebben met leren, maar ook heel graag praktijklessen volgen.
Vergelijking oud diploma met huidige diploma's
DUO maakt alleen beschrijvingen van diploma's die vallen onder de regelgeving van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW). DUO vergelijkt uw oude diploma met een diploma binnen het huidige onderwijs. En bepaalt dan de waarde van uw oude diploma.
lager economisch en administratief onderwijs = (leao) Onderdeel van het vroegere lagere beroepsonderwijs (lbo). Is in 1992 opgegaan in het voorbereidend beroepsonderwijs (vbo). Samen met het mavo en een groot deel van het voortgezet speciaal onderwijs (vso) werd het vbo i...
Qua niveau zijn de gemengde (gl) en de theoretische leerweg (tl) identiek. Beide leerwegen geven om die reden toegang tot het middelbaar beroepsonderwijs niveau 3 en 4 en de havo.
Het vmbo kent nu vier leerwegen: twee beroepsgerichte (het oude vbo) de theoretische (oude mavo) en als nieuw element de gemengde leerweg. Deze variant blijkt het minst populair. Nog geen tien procent van de leerlingen kiest hiervoor. Een aantal scholen is er zelfs helemaal niet aan begonnen.
Het laagste niveau is praktijkonderwijs. Dit is bedoeld voor kinderen met een IQ onder de 80. Er staat voor dit onderwijs niet een bepaald aantal jaren. Je kan dit onderwijs volgen tot je achttiende jaar.
Je IQ ligt minder vast dan gedacht. Veranderingen in het volume van bepaalde hersengebiedjes tijdens je pubertijd kunnen je intelligentiescore flink omhoog krikken – of juist omlaag. Je intelligentie, uitgedrukt in IQ, verandert gedurende je leven nauwelijks.
Albert Einstein (1879-1955)
Einstein, de man achter de relativiteitstheorie, was notoir slecht in het onthouden van namen, getallen en data. Desondanks wordt zijn IQ geschat op 160, waarmee hij een genie was.
Leerlingen die deelnemen aan de theoretische of gemengde leerweg kunnen na het behalen van hun diploma doorstromen naar het havo. Ook leerlingen van de kaderberoepsgerichte leerweg kunnen langs deze weg doorstromen naar het havo.
Het voortgezet onderwijs kent vier niveaus: vmbo, havo, vwo en praktijkonderwijs. Leerlingen worden in het voortgezet onderwijs voorbereid op het middelbaar beroepsonderwijs (mbo), het hoger beroepsonderwijs (hbo) of het wetenschappelijk onderwijs (wo).
In de kader/mavo klassen zitten leerlingen met een kader-, een gl/tl- of een tl-advies. In deze klassen krijg je twee jaar de tijd om te ontdekken waar jij goed in bent. Je komt in een 'dakpanklas' met leerlingen van twee niveaus.
De Kader leerweg in het voortgezet onderwijs is een leerroute naar het MBO waarin je veel leert door middel van praktijkonderwijs, de zogenaamde leerhuizen. De Theoretische leerweg is een leerroute naar het MBO waarin je meer theorie krijgt en minder praktijkonderwijs.
Het belangrijkste verschil tussen basis- en kaderberoepsgericht is het niveau waarop de lesstof wordt aangeboden. Met de basisberoepsgerichte leerweg kun je naar niveau 2 van het mbo. De kaderberoepsgerichte leerweg geeft je toegang tot niveau 3 of 4 van het mbo.
Met het diploma van de kaderberoepsgerichte leerweg of de gemengde leerweg kun je doorstromen naar MBO niveau 3 of 4. Binnen het VMBO is de theoretische leerweg het hoogste niveau. Hiermee kun je ook doorstromen naar MBO niveau 3 of 4.
Wiskunde is alleen op het vwo een verplicht examenvak. Heb je als vmbo leerling dyscalculie? Dan kun je een profiel te kiezen waarin wiskunde geen verplicht examenonderdeel is.