Idd dubbelpolig schakelen is nergens meer verplicht.
Een dubbelpolige schakelaar wordt vaak gebruikt in vochtige ruimtes of bij elektrische toestellen met een vermogen groter dan 500 watt zoals elektrische kachels, warmwatertoestellen, (boilers), badkamerkachels en warmtelampen.
In vochtige ruimtes is de kans op lekstroom groter dan in droge ruimtes. Een tweepolige schakelaar zorgt ervoor dat het risico op eventuele lekstromen wordt uitgesloten. Gebruik bij voorkeur in vochtige ruimtes een tweepolige schakelaar. Zo maak je je woning weer een stukje veiliger.
Het verschil tussen een enkelpolige schakelaar en een dubbelpolige schakelaar is dat op een enkelpolige schakelaar een fasedraad en schakeldraad worden aangesloten en op een dubbelpolige schakeldraad wordt naast een fasedraad en schakeldraad ook nog een nuldraad aangesloten.
Een tweepolige schakelaar plaatsen
Sluit de blauwe draad van de toevoerkabel op L2 aan en de bruine of zwarte toevoerdraad op L1. De blauwe draad naar de lamp sluit je aan op 2 en de bruine of zwarte draad naar de lamp sluit je aan op 1.
Een dubbele wisselschakelaar, ook wel wissel wisselschakelaar genoemd, bestaat uit twee wisselschakelaars in één behuizing. De schakelaar heeft zes aansluitklemmen en twee schakelknoppen.
Met een serieschakelaar kun je vanaf één plek twee lampen of lampgroepen bedienen en met een dubbele wisselschakelaar kun je vanaf drie plekken twee lampen of twee lampgroepen bedienen.
Een enkelpolige schakelaar aansluiten
Dan moet u kiezen voor een enkelpolige schakelaar. Deze schakelaar heeft slechts twee aansluitingspunten. In eerste instantie is het zaak om de twee blauwe draden met elkaar te verbinden. Dit kan met behulp van de zogeheten rapidklemmen.
Om twee lampen aan één lichtpunt te bevestigen, heeft u twee lasklemmen nodig. U opent de lasklemmen door de oranje klepjes omhoog te duwen. Vervolgens neemt u de gestripte snoeren en haalt u de blauwe en bruine kabels uit elkaar.
Als je meerdere lampen wilt bedienen vanuit één stroompunt, heb je een serieschakelaar nodig. Hiermee kun je twee lampen tegelijkertijd of los van elkaar aan- en uitzetten. Het is hierbij belangrijk dat het wattage van je lampen gelijk aan elkaar is zodat de spanning gelijk verdeeld wordt over je verlichting.
Begin altijd bij de eerste schakelaar. Koppel de blauwe draad van de schakelaar en de blauwe draad die naar de lamp loopt aan elkaar. Vervolgens bevestig jij de resterende kabels aan de schroeven. De bruine fasedraad of zwarte schakeldraad koppel je aan het schroefje waar 'L1' boven staat.
De (bruine) fasedraad wordt gemonteerd op de gemerkte aansluitklem van de eerste wisselschakelaar (A); de (blauwe) nuldraad loopt rechtstreeks naar lamp. Van de lamp gaat een (zwarte) schakeldraad (lampedraad) naar de tweede wisselschakelaar (B) en wordt daar vastgezet op de gemerkte klem.
Deze toepassing komt niet veel voor in de elektrotechniek maar in principe is dit perfect mogelijk. Bij het gebruik van een dubbelpolige schakelaar als enkelpolige schakelaar dient u de toekomende bruine of zwarte draad op de L1 klem aan te sluiten, de vertrekkende draad die naar de lamp gaat plaatst u op klem 1.
Blauw = Nuldraad Bruin = Fasedraad Zwart = Schakeldraad Geel/groen = Aarde draad. Zoals u kunt zien op het plaatje gaat de bruine draad naar de schakelaar en naar het stopcontact. De blauwe gaat naar de lamp en naar het stopcontact. De zwarte is de schakeldraad tussen de schakelaar en de lamp.
De wisselschakelaar heeft drie aansluitingen, waarbij de bruine draad op de vaak met de letter L of P gemerkte aansluiting komt. In plaats van een letter kan ook een bruine of rode kleur als markering gebruikt zijn.
Inbouwspots doorlussen betekent een parallelschakeling. Voordeel hiervan is dat ledlampen altijd blijven branden wanneer er een andere lamp uitvalt. Het is dan ook aan te raden om hiervoor te kiezen. Inbouwspots doorlussen is echter niet bij alle ledlampen mogelijk.
Bij parallelle schakeling wordt plus met plus verbonden en min met min. Men vertrekt vanaf de driver en vanaf daar wordt de positieve draad doorverbonden met de positieve kant van de eerste spot. De negatieve draad van de driver wordt ook met de negatieve kant van de eerst spot verbonden.
Wilt u weten hoeveel Watt u op een groep kunt aansluiten, dan vermenigvuldigt u de stroomsterkte met de spanning op het stopcontact. Dit betekent dat u in het beschreven voorbeeld 3.520 Watt op een groep aan mag sluiten: 16 x 220. U kunt ook zeggen, dat er op een groep 3,52 kW mag worden aangesloten.
Een enkelpolige schakelaar heeft twee aansluitklemmen en één schakelknop terwijl een wisselschakelaar drie aansluitklemmen en één schakelknop heeft. Door gebruik te maken van twee aansluitklemmen van een wisselschakelaar, kan een wisselschakelaar ook als enkelpolige schakelaar gebruikt worden.
De schakeldraad is zwart, deze wordt gebruikt om stroom vanaf een wandschakelaar naar het armatuur (de lamp). Sluit de zwarte draad aan op de bruine draad aan.
De bruine draad vervoert de stroom van de schakelkast naar de lamp, de zwarte draad dient voor het onderbreken van de kring. De bruine draad dient u aan te sluiten op de klem die gemerkt is met een P of L. Aan de andere zijde sluit u de zwarte schakel draad aan.
Een serieschakelaar is onderdeel van een serieschakeling en gebruikt men om vanuit één plek, twee lampen of twee lampgroepen in of uit te schakelen. Gebruik je een deel van de ruimte wel en een deel van de ruimte niet? Dan hoeven niet allebei de lampen op lampgroepen aan.
Een wisselschakelaar kun je als enkelpolige schakelaar gebruiken waarbij je het licht vanuit één plek in een ruimte in- of uit schakelt. De wisselschakelaar is dan onderdeel van een enkelpolige schakeling en zie je vaak in woonkamers, keukens, toiletten, slaapkamers, kantoorruimtes, etc.
Bij lichtschakelingen kunnen met behulp van een serieschakelaar twee lampen of lampengroepen naar behoefte ieder afzonderlijk of tezamen enkelpolig worden in- en uitgeschakeld. Bij grotere vertrekken kan zodoende dat deel van de ruimte worden verlicht dat daadwerkelijk in gebruik is.