Iedereen heeft 24 uur per dag een klein beetje insuline nodig. Om hierin te voorzien, spuit u één of twee keer per dag langwerkende insuline. Deze wordt geleidelijk afgegeven aan uw lichaam. Om de glucosepieken na de maaltijd op te vangen, spuit u kortwerkende insuline.
Als u bij of na tabletten insuline gaat spuiten wordt vaak gekozen voor 1 of 2 injecties per dag met middellang tot lang werkende insuline, of een mengsel bij 2 maal daags. Meermaal daags insuline betekent in de praktijk soms 3, meestal 4 injecties per dag.
Volwassenen. S.c.: Individueel instellen, dosis op geleide van de bloedglucosespiegel. De individuele insulinebehoefte ligt gewoonlijk tussen s.c. 0,3–1,0 E/kg lichaamsgewicht/dag. Kan afzonderlijk worden gebruikt of in combinatie met middellang- of langwerkende insuline.
Om een te hoge bloedglucosewaarde te behandelen, kunt u een standaard aanpassingsschema van insuline (bijspuitschema) gebruiken. Dit schema wordt ook wel de 2-4-6 regel genoemd.
Kortwerkende insulines werken binnen 10-30 minuten en werken 2 tot 8 uur lang. Middellangwerkende insulines binnen 1-2 uur, 16 tot 24 uur lang. Langwerkende insulines werken binnen 1-2 uur, 24 uur lang. U krijgt uitleg hoe u moet spuiten en hoe u kunt testen hoeveel suiker er in uw bloed zit.
Mensen die meer dan 40 of 50 eenheden nodig hebben op hetzelfde moment, kunnen de dosis het beste opsplitsen in twee injecties. Grotere hoeveelheden insuline worden namelijk minder goed opgenomen. De absorptie door het lichaam gaat beter als de insuline wordt toegediend in een kleine dosis.
Het nodige aantal eenheden insuline varieert van persoon tot persoon (8 tot 200 eenheden). Meestal begin je met het inspuiten van 10 eenheden insuline 's avonds. In samenspraak met je arts kun je dan zelf de dosis verhogen, bijvoorbeeld om de drie dagen.
Zelfregulatie voor mensen met diabetes die:
Drie keer per dag (ultra)kortwerkende insuline spuiten voor de maaltijd en één keer per dag langwerkende insuline spuiten. Deze brochure geeft u algemene en veilige richtlijnen.
Stel dat u in het weekend een uitgebreider ontbijt van 60 gram koolhydraten gebruikt, dan is het goed hierbij 60: 11 = 5,5 eenheden kortwerkende insuline te doseren. Bij het eten van tussendoortjes kunt u het best de KIR aanhouden van de maaltijd ervoor.
Een goede bloedsuiker voor 's ochtends als u nog niet gegeten of gedronken heeft is: tussen 4,5 en 8. Dit heet de nuchtere bloedsuiker. Na het eten gaat uw bloedsuiker omhoog. Een goede bloedsuiker voor 2 uur na het eten is: lager dan 9.
De lever haalt een groot deel van de glucose uit het bloed en zet deze om in glycogeen en hiervoor is insuline nodig. Als je lang niets eet, kan je lichaam glycogeen weer omzetten in glucose (suiker), zodat je bloedsuiker niet verder daalt.
De ratio is 1 op 10 (1:10). Dit betekent dat voor elke 10 gram Kh er 1 EH kortwerkende insuline gespoten of gebolust moet worden. Voor 70 gram Kh moet dan dus 7 EH kortwerkende insuline gespoten of gebolust worden (aantal Kh gedeeld door de ratio = 70 gedeeld door 10 = 7).
De langwerkende insuline spuit u elke dag op hetzelfde moment. Dit doet u één keer per dag. Na deze injectie hoeft u niets te eten.
Ging het oefenen goed en weet u wat u moet doen bij een lage bloedsuiker? Dan kunt u beginnen met het spuiten van 10 Eenheden insuline. Dit doet u 's avonds na het avondeten. In het begin spuit u insuline ook nog een keer met hulp.
Metformine is meestal de eerste keus. Het middel zorgt ervoor dat je lever minder glucose aanmaakt en het verhoogt de insulinegevoeligheid. Hierdoor dalen je bloedglucosewaarden.
1 x daags. 1 injectie met een middellang- of langwerkende insuline voor het slapengaan en daarnaast tabletten. Deze optie past het beste bij je als je nog maar net insuline nodig hebt naast je tabletten.
Dit noemen we de 2-4-6-regel. Dit houdt in dat u iedere 2 uur uw bloedglucosewaarde meet. Is de bloedglucosewaarde tussen de 15 en 20 mmol/l, dan spuit u 4 eenheden extra. Is de bloedglucosewaarde tussen de 20 en 25 mmol/l, dan spuit u 6 eenheden extra.
Hoe kun je al simpel koolhydraten beperken? Hoeveel koolhydraten je moet eten, hangt af van je eetpatroon en je energieverbruik. Stel, je eet vijf boterhammen, een flinke avondmaaltijd en een paar tussendoortjes zoals fruit of een biscuitje en zuivel. Dat is al snel 160-180 gram koolhydraten per dag.
Uit ervaring weten we dat 's morgens tweemaal zoveel insuline als 's avonds een goed uitgangspunt is. Op basis van uw zelfcontrole wordt de dosis aangepast tot het doel is bereikt: glucose nuchter tussen 4 en 7, en anderhalf tot 2 uur na de maaltijd onder de 9 millimol per liter.
Glucosewaarden ouderen mogen tussen de 6 en 15 mmol/l zijn.
Waar nooit geïnjecteerd mag worden: - In een geopereerde buik of been. - Door vocht gezwollen injectiegebied of trombosegebied. - Lipodystrofie b.v. lipohypertrofie (verdikking van het onderhuids vetweefsel) of lipoatrofie ( putjes in het onderhuids vetweefsel).
Een gevaarlijk hormoon
Maar insuline is ook een gevaarlijk middel. Bij een te hoge dosering, of een onverwacht sterke respons van het lichaam, kan na toediening de concentratie glucose zo ver teruglopen dat vitale cellen in de hersenen onvoldoende brandstof toegevoerd krijgen en afsterven.
Kosten en vergoeding
Langwerkende insulines kosten ongeveer € 100 tot € 160 per jaar voor 10 E per dag. NPH-insuline kost € 66 per jaar voor 10 E per dag (FK, 2022). Wilt u meer weten? Lees dan de uitgebreide informatie over kosten.
Hierover kunnen we kort zijn: nee, van insuline word je niet dik. Insuline heeft twee belangrijke taken in het lichaam. Allereerst het omzetten van koolhydraten in de energie die je lichaam nodig heeft. Als dat gedaan is, slaat de insuline de ongebruikte koolhydraten op als vet.
*Definitie intensief insulineschema van de Rondetafel diabetes: “4x of meer per dag insuline injecteren of een insulinepomp gebruiken”.