De blaaskatheter zorgt ervoor dat uw urinebuis goed kan genezen. U heeft de katheter ongeveer 7 tot 10 dagen.
Meestal blijft de blaaskatheter zitten tot de dag na de operatie. Als de kleur van uw urine helder genoeg is verwijderen we de blaaskatheter. Als u hierna goed uitplast en er niet teveel urine in uw blaas achterblijft kunt u naar huis.
Bij operaties van 2 uur of langer krijgt u altijd een katheter, omdat iemand onder narcose of een ruggenprik niet kan plassen. Een katheter voorkomt dan dat de blaas te vol wordt. We plaatsen de katheter pas nadat u onder narcose bent of een ruggenprik hebt gekregen. U merkt hiervan dus niets.
Binnenkort kan de katheter eruit. U gaat dan weer zelf plassen. Dit gaat anders dan u gewend bent. Als de katheter op de afdeling is verwijderd, moet u elke 2 uur gaan plassen.
Door verwijding van de interne sluitspier en prostaat kan een van tevoren al minder functionerende sluitspier in de problemen komen en urine doorlaten. Ook kan de sluitspier beschadigd raken. U kunt in de eerste fase na de operatie een verhoogde aandrang voelen.
Het gebeurt regelmatig dat u de eerste 24 uur na de operatie geen ontlasting hebt. Dat is normaal. Als de ontlasting langer dan 48 uur uitblijft, wordt het risico op persen en pijn groter.
U hoeft niet in het ziekenhuis te blijven totdat u geplast heeft. Wel is het belangrijk om in de gaten te houden dat u binnen 6 uur na de operatie plast. Wanneer dit niet lukt kan het zijn dat de blaas te vol raakt waardoor u last kunt krijgen of schade aan de blaas over kunt houden.
Het verwijderen van de katheter
De katheter zit vast met een ballonnetje. De verpleegkundige haalt het ballonnetje leeg en verwijdert de katheter. Dit doet meestal geen pijn.
Deze studies lieten vrij consistent zien dat het 's avonds verwijderen van de katheter leidde tot een grote hoeveelheid urine tijdens eerste urinelozing (verschil van 95 ml), kortere tijd tot eerste urinelozing (1 uur verschil), korter verblijf in het ziekenhuis (0,71 dag), en minder rekatheterisaties (2 procent ...
Een verblijfskatheter kan maximaal 10 tot 12 weken blijven zitten, afhankelijk van het materiaal. Daarna zal de arts of verpleegkundige, indien nodig, een nieuwe katheter bij u inbrengen. Via de katheter loopt de urine uit de blaas in een urineopvangzak. Zo kan de urine goed afgevoerd worden.
Vervolgens brengt de verpleegkundige de katheter via de urinebuis in uw blaas. Het inbrengen van de katheter is niet pijnlijk, maar kan wel een onaangenaam gevoel geven.
's Nachts sluit u de grotere urine-nachtzak op de urine-beenzak aan. Deze heeft een inhoud van twee liter, zodat u rustig door kunt slapen. De opvangzak kunt u in een rekje aan de zijkant van uw bed hangen.
Zolang u een verblijfskatheter heeft, kunt u niet gewoon plassen. De urine loopt weg door de katheter, zonder dat u het merkt.
Het verwijderen van de blaaskatheter kunt u gemakkelijk zelf doen. U wacht even tot het water uit het ballonnetje is gelekt en trekt dan rustig de katheter naar buiten. In de loop van de dag probeert u 1-1,5 liter te drinken en probeert u zelf te plassen, als u aandrang krijgt.
Nadat de katheter is verwijderd, kunnen uw blaas en urinebuis een paar dagen geïrriteerd zijn. Sommige mensen deinzen er erg voor terug om te plassen, terwijl anderen vaker naar het toilet moeten. Dit kan gepaard gaan met steken of pijn, of de aanwezigheid van rozige urine.
Autorijden is in principe toegestaan als u voldoende controle heeft over uw geopereerde ledemaat en geen hulpmiddel meer nodig heeft bij het lopen. In overleg met uw behandelende arts mag u meestal na 6 weken weer proberen zelf auto te rijden.
Katheter via de plasbuis in de blaas (katheter à démeure)
Overdag dient het kraantje dicht te staan en moet u de blaas elke 3 à 4 uur legen boven het toilet door het kraantje open te zetten. 's Nachts mag er wel een urinezak aan, om uw nachtrust niet te verstoren. Zet dan wel het kraantje open.
De eerste dagen na het verwijderen van de blaaskatheter kan uw plasbuis branderig of pijnlijk aanvoelen. Het kan zijn dat u wat vaker dan normaal naar het toilet moet. Uw urine kan de eerste dagen troebel of bloederig zijn.
Oplossing: spuit gel langs de katheter in de plasbuis of in de fistelopening.Wees er zeker van dat de katheter los is van de wand.Draai de katheter rond of duw deze verder de blaas in. Bij een urethrale katheter bij een man: trek voorzichtig aan de katheter terwijl je de penis vasthoudt.
Een katheter is een kunststof slangetje. Om te kunnen dialyseren wordt dit slangetje in de hals geplaatst. De plaats waar het slangetje de huid ingaat, noemen we de huidpoort. Als de huidpoort genezen is, mag u douchen.
Moeite met plassen na de operatie. Het afdrukken van de plasbuis kan zo effectief zijn dat u na de operatie moeite kunt krijgen met uitplassen. Soms komt het plassen na enkele uren tot dagen weer spontaan goed op gang en is katheteriseren niet nodig.
Het wisselen van de verblijfskatheter
Vaak wordt de katheter na zes tot twaalf weken verwisseld. Voor het wisselen van de katheter heeft u een afspraak gemaakt. Een verpleegkundige van de polikliniek Urologie wisselt de katheter. Als u niet onder behandeling bent van de uroloog, wisselt uw huisarts de katheter.
Douchen en baden
Ga niet in bad tot de wond helemaal gesloten is en de hechtingen zijn opgelost of verwijderd. Als de wond te nat wordt, is er een grotere kans op infectie en geneest de wond minder goed. Zwemmen en het gebruik van de sauna wordt de eerste 5 weken na de operatie afgeraden.
U mag 48 uur na de ingreep weer douchen, tenzij de arts hierover andere afspraken met u heeft gemaakt. Na het douchen moet u de wond goed droogdeppen en er zo nodig een schone, droge pleister opplakken. Zolang de hechtingen nog aanwezig zijn, worden baden, zwemmen en saunabezoek afgeraden.
In bad of douche
Bij een gesloten wond mag u 72 uur na de ingreep (kort) een bad nemen. Alleen als de wond volledig droog is. U mag na 24 uur douchen. Dep de wond na het douchen goed droog met een schone handdoek of laat deze drogen aan de lucht.