Gautama Buddha, zoals Boedha eigenlijk heet, was echter een knappe, slanke prins. Hoe kwam het historisch misverstand in de wereld dat Boeddha dik was? Volgens de overlevering werd Boeddha rond 563 voor Christus geboren in een hindoe-familie in Nepal als zoon van de koning der Sakya's.
Plaats het beeld met het gezicht naar de deur. Plaats een Boeddha nooit op de grond of op plekken die lager zijn dan je voeten. Dit is een teken van disrespect. Feng Shui adviseren om een Boeddha boven oog hoogte te plaatsen.
Voor boeddhisten is een Boeddha beeld heilig en dus niet een voorwerp dat je aanschaft omdat het er zo leuk uitziet of omdat iedereen er 1 heeft. Een Boeddha beeld behoort tot de Thaise religie en zij behandelen Boeddha met respect.
Met een dikbuik of happy boeddha tuinbeeld haal je de vrolijkheid naar je toe. Daarnaast brengt deze boeddha ook voorspoed, succes en geluk met zich mee. De happy boeddha komt van origine uit China. Daar is hij ook wel bekend als Pu-Tai-Ho-Shang, terwijl de Japanners de dikbuik boeddha liever Hotei noemen.
Buddha of Boeddha is onder andere bekend van zijn boeddhistische wijsheden over liefde, compassie en verlichting. Zijn beelden zijn vaak te herkennen aan de lange oorlellen, neergeslagen ogen en het bolle koppie. Toch ziet het figuur er niet altijd hetzelfde uit; ze kunnen zelfs enorm verschillen.
Hoewel die trend al een paar jaar bestaat, is een Boeddhabeeld nog steeds geen gewone aankoop, zoals een elektrische heggenschaar of een barbecue. Want heggenscharen en barbecues kunnen ongelukken veroorzaken, maar Boeddhabeelden kunnen ongeluk brengen.
Het woord komt uit het Sanskriet en betekent de volledig Ontwaakte. Het boeddhisme is dus eigenlijk geen godsdienst, want Boeddha is geen God. Boeddha is gewoon een mens. Tenzin Gyatso is de veertiende Dalai Lama.
Slapende Indische Boeddha's symboliseren een toestand waarin bewustwording is opgeheven, de materiële wereld niet meer telt. De omgeving wordt niet meer waargenomen.
Indische (dunne) Boeddha's
Beide handen liggen in de schoot zittend in de kleermakerzit. Deze beelden worden veel gebruikt in meditatie ruimtes, of op een rustige plek in huis waar men wil uitrusten of ontspannen.
Siddhartha wordt zo op zijn 35ste Boeddha, wat 'de verlichte' of 'de ontwaakte' betekent. De rest van zijn leven trekt hij door India en onderwijst hij zijn leer, de 'dharma'.
De Maya Devi tempel in Lumbini in Nepal wordt al lange tijd beschouwd als de geboorteplaats van de Siddhartha Gautama, later beter bekend als Boeddha.
Volgens de traditie zijn er vóór Gautama Boeddha nog een aantal andere boeddha's geweest (een zekere lijst noemt 28 boeddha's). Boeddha werd geboren in een hindoeïstische familie.
Het beeld van de dikke, goedlachse Boeddha klopt dus niet. Dat Boeddha toch vaak zo wordt afgebeeld komt door een verwarring met Budai. Dit was een Chinese monnik en godheid. Zijn bijnaam is, vanwege zijn gulle lach, de lachende Boeddha.
De Dharmachakra stelt een chakrawiel met acht of meer spaken voor. Het is een van de oudste symbolen uit het boeddhisme; het is al terug te vinden in Indische kunst ten tijde van de Boeddhistische koning Asoka. In zijn versimpelde vorm wordt de Dharmachakra wereldwijd herkend als het symbool van het boeddhisme.
Orang Malu ~ De verlegen/bescheiden man
De Orang Malu (of Yogiman) vindt zijn oorsprong in Indonesië en stelt een in zichzelf gekeerde, mediterende man voor. Yogiman wordt ook wel de “Weeping Buddha” genoemd, Boeddha die huilt om het leed van de wereld.
Behalve hun visie op de dood, hebben boeddhisten ook een bijzondere visie op het leven. Zo zouden sommigen van ons – vooral in het westen – op de automatische piloot leven. Boeddhisten noemen dat luiheid, maar die gaat niet over niks doen – het gaat juist om zó veel doen dat we onszelf vermijden.
Boeddhisten geloven dat men bevrijd kan worden uit de cirkel van wedergeboortes door het volgen van de door de Boeddha onderwezen middenweg. De belangrijkste aspecten van deze middenweg zijn het uitbannen van alle materiële verlangens, het zich ethisch gedragen, en het ontwikkelen van de geest.
Welke 5 groenten eten boeddhisten niet? Boeddhisten eten geen voedsel die lustgevoelens en een opvliegende gemoedstoestand opwekken. Daarom worden groenten zoals knoflook, ui, sjalotten, bieslook en prei vermeden. Ook geven deze groenten een slechte geur als ze rauw worden gegeten.
In het boeddhisme gaat het minder om wat je eet en veel meer om hoe je eet. Je eet met respect voor de ingrediënten en de mensen die ervoor gezorgd hebben dat het eten van zaadje tot aan eindproduct bij jou op tafel komt. Zonder zon geen planten, zonder boer geen oogst.
Onder Boeddhisten zijn veel vegetariërs. Het Boeddhisme vertelt dat alle wezens gelijk zijn, dus kan een mens niet bepalen wat er met een dier moet gebeuren. Ze mogen niemand pijn doen en kunnen daarom ook geen dieren slachten om op te eten.
Pali (Pāli: पाळि) is de taal die gebruikt wordt in de oude geschriften van het Theravada-boeddhisme. Deze taal is meer literair dan het Urdu. Ze gaat waarschijnlijk terug op een westelijke Prakrit.
Boeddhisme is een levensbeschouwelijke en religieuze stroming. Velen zien boeddhisme zelfs niet als een religie, omdat het geen goden vereert en persoonlijke spiritualiteit nastreeft. Ze noemen het een 'traditie', een 'leer' of een 'levensbeschouwing' met zedelijke voorschriften voor wie een goed mens wil worden.