Stofluizen zijn kleine insecten tot maximaal 4 mm lang. Hun kleur is wit, grijs of donkerbruin. De eieren zijn tot 0,5 mm lang en ovaalvormig. Sommige soorten zijn gevleugeld, andere beschikken slechts over vleugelstompjes of hebben in het geheel geen vleugels.
Stofluizen leven van schimmels en zijn op zich niet schadelijk. Ze zijn verzot op vochtige ruimtes en komen daarom vaak voor in vochtige woningen, magazijnen of schuren. Je vindt ze in vochtig papier, natte vullingen van matrassen of kussen en vloer- of wandbekleding waarop vochtvlekken of schimmel gevormd is.
Stofluizen zijn doorgaans niet makkelijk te zien. De beestjes worden namelijk maximaal vier millimeter groot. Ze zijn grijs, wit of donkerbruin van kleur. Stofluizen kunnen zich snel verplaatsen.
Stofluizen lijken veel op bladvlooien, maar die kunnen goed springen en hebben een zuigsnuit. De meeste stofluizen springen niet en vliegen ook heel weinig. Dat laatste kunnen ze uiteraard alleen als ze vleugels hebben, want er zijn ook soorten zonder.
Stofluizen vormen een aparte orde van insecten en hebben niets te maken met andere soorten luizen. Ze bijten ons niet en zuigen geen bloed maar ze leven van schimmels, algen en ander plantaardig materiaal. Hun aanwezigheid kan duiden op een te hoge luchtvochtigheid.
De enig afdoende bestrijdingsmethode van stofluizen bestaat uit het opruimen of drogen van het materiaal waarin de schimmels voorkomen en de ruimte waarin zij zich bevinden. Dit laatste kan door flink te luchten bij droog weer of eventueel door de ruimte droog te stoken. Toepassing van insecticiden heeft geen zin.
U herkent een plaag van bedwantsen aan donkere of zwarte vlekken aan de zoom van de matras. Dit komt door de poep van de bedwants. Ze hebben een aparte geur. Ze ruiken naar zoete amandel of koriander.
Kunnen luizen bijvoorbeeld overleven in bed of in mutsen of sjaals? Dat kan, maar in elk geval niet langer dan 48u. Bovendien zullen ze zich buiten de hoofdhuid ook minder gemakkelijk verspreiden. De eerste focus bij een luizenbehandeling blijft dus het haar.
De meest voorkomende beestjes die je in je bed tegen zult komen zijn huisstofmijten, bedwantsen (ook wel wandluis of bedluis genoemd) en vlooien. Spinnen zul je vooral rond je bed zien, omdat zij zich voeden aan de muggen, die zich weer aan jou voeden.
Kleerluis (Pediculus humanus humanus L.) De kleerluis (Pediculus humanus humanus L.) is een insect dat zich voedt met menselijk bloed dat met de zuigsnuit wordt opgezogen uit de lichaamshuid.
Wanneer de overlast wordt veroorzaakt door de wat grotere plaagdieren zoals muizen, ratten of steenmarters dan verraden meestal de vorm en grootte van de keutels het diersoort. Keutels van muizen zijn zwart/donkerbruin van kleur en zo groot als rijstkorrels.
De stofluis heeft een asymmetrische mandibel. Hiermee kan ze voedsel zowel kauwen als opzuigen. Ze voedt zich met schimmels, stuifmeel, algen en korstmossen. Ook dood dierlijk materiaal, zoals een kadaver of een opgezet dier, dient als voedingsbron.
Kleine zwarte beestjes in bed zijn mogelijk vlooien of bedwantsen. De beste aanwijzing hiervoor is als je 's morgens regelmatig opstaat met heftig jeukende rode beten. Kunnen het geen muggen zijn? Mogelijk wel als je eerst gezoem hoort.
Nimfen zijn één tot vijf millimeter groot en zijn vrijwel helemaal doorzichtig. Zuigen ze bloed, dan worden ze vuurrood. Nimfen vervellen meerdere malen voor ze volwassen worden, maar hun velletjes zijn pas goed zichtbaar op een donkere ondergrond.
Uiterlijk van stofluizen
Enkele stofluizen zijn gevleugeld, andere zijn vleugelloos of hebben slechts vleugelstompjes. Stofluizen verplaatsen zich snel, maar schoksgewijs. De jonge stofluizen lijken sterk op de reeds volwassen exemplaren. Stofluizen vliegen niet.
De mens kan last hebben van drie verschillende soorten luis: hoofdluis (haarluis), kleerluis en schaamluis. De luis veroorzaakt een irritante jeuk aan de hoofdhuid door een allergische reactie van de huid op het speeksel van de luis.
Ze zijn doorzichtig, maar kleuren felrood als ze bloed zuigen. Check je bed ook op volwassen bedmijten. Een bedmijt is slechts 5 mm groot en heeft een plat roodbruin lijf dat opzwelt en verkleurt als er bloed wordt gezogen. Bedmijten kunnen alleen kruipen.
Zoals de naam al doet vermoeden worden bedwantsen vaak aangetroffen in het bed of in beddengoed, maar ze kunnen ook verstopt zitten in meubels. Bedwantsen worden vaak aangetroffen in: bedframes en hoofdeinden. beddengoed, zoals kussens, dekens, dekbedden, lakens.
Kun je bedwantsen zien? Ondanks dat bedwantsen erg klein zijn, meestal maar 4-5mm groot, is het mogelijk om een volwassen bedwants te zien. Je kunt zelfs de nimfen en eitjes zien. Die worden ook nog wel eens verward met stofmijt.
Een hoofdluis die niet meer op een hoofd zit, kan niet lang overleven. Er zijn daarom weinig aanwijzingen voor verspreiding via beddengoed of jassen. Het effect van maatregelen zoals het wassen van beddengoed, knuffels, jassen en het stofzuigen van de auto is dan ook onvoldoende bewezen.
Waar kunnen luizen niet tegen? Malathion, permetrine en dimeticon. In de praktijk blijkt dat luizen steeds ongevoeliger worden voor malathion en permetrine. Aanbevolen door het RIVM: middelen met dimeticon.
'Luizen kunnen minder makkelijk lopen op haar met gel en haarlak', zegt Desirée Beaujean van het RIVM. Wat we zien is dat bij gel en haarlak de helft minder hoofdluis voorkomt dan bij kinderen die deze producten niet gebruiken.
Was al uw kleding en beddengoed op ten minste 60 graden (of laat het stomen). Of leg uw spullen gedurende 1 week in de diepvries (bij -14 Cº) om de bedwantsen en eitjes te doden. Controleer tweedehands kleding, meubels en spullen op bedwantsen voordat u deze in uw huis haalt. Haal geen tweedehands matrassen in huis.
Deze bultjes zien eruit als muggenbulten en ze jeuken. Na een paar weken verdwijnen de bultjes. Bedwantsen bijten je op plekken waar je lichaam het matras raakt.
Je kunt ze terugvinden over je hele lichaam, maar vooral daar waar je lichaam het matras raakt. Bedwantsen maken het zichzelf graag gemakkelijk. Waar de huid het zachtst is, is het makkelijk toehappen voor ze. Denk daarbij aan buik, lenden, benen, billen, rug en zelfs bultjes op hoofdhuid.