Een verwijzing in de tekst volgens APA-richtlijnen bestaat uit de achternaam van de auteur en het publicatiejaar. Als je naar een specifiek deel van een bron verwijst, moet je ook een plaatsaanduiding toevoegen, zoals een paginanummer of tijdstempel. Een voorbeeld is: (Habibi, 2021, p. 170).
De algemene structuur van een verwijzing naar een boek is als volgt: Auteur, A. A., & Auteur, B. B. (jaar).Titel boek.Uitgever.
Je schrijft bij een verwijzing in de tekst altijd de auteur en het jaartal van publicatie van de bron op. Als je een citaat gebruikt, dan vermeld je daarnaast ook altijd het paginanummer van het desbetreffende citaat. Dus: Parafrase/samenvatting: Auteur en jaartal publicatie.
Als je een webpagina of online artikel citeert in APA-stijl, bestaat de verwijzing in de tekst uit de achternaam van de auteur en het publicatiejaar. Een voorbeeld is: (Merkus & Streefkerk, 2020). Hierbij kan de auteur ook een organisatie zijn, bijvoorbeeld: (Centraal Bureau voor de Statistiek, 2018).
Een citaat wordt altijd tussen dubbele aanhalingstekens geplaatst. Het citaat wordt gevolgd door een verwijzing tussen haakjes - achternaam auteur(s), jaartal, paginanummer(s) - of door de auteur(s) in de tekst te noemen. Let op: Een citaat wordt niet cursief geschreven.
Basisregel: Achternaam auteur, voorletter(s) (Publicatiejaar of update).Titel van het document of de website.Geraadpleegd op dag maand jaar, adres website. Basisregel: Achternaam auteur, voorletter(s) (Publicatiedatum).
Om te verwijzen naar een artikel uit een gedrukt tijdschrift, noem je de naam van de auteur, de publicatiedatum, de titel van het artikel, de titel van het tijdschrift, het volume- en uitgavenummer (indien beschikbaar), en het paginabereik van het artikel in je APA-bronvermelding. Achternaam Auteur, Initialen.
Als je de originele bron niet kunt vinden dan moet je verwijzen naar deze bron via de andere bron. Dit noem je een indirecte verwijzing of een secundaire bron. In de verwijzing in de tekst voeg je beide auteurs toe.In de literatuurlijst plaats je alleen de door jou geraadpleegde bron.
Plaats in de tekst. Een bronvermelding kan overal geplaatst worden. Het maakt niet uit of de auteur kiest voor het begin of het eind van een paragraaf, of dat de vermelding midden in een zin geplaatst wordt. Als enige regel geldt dat het duidelijk moet zijn welke informatie uit welke bron gewonnen is.
Wil je een gehele website als bron gebruiken, dan geef je de bronverwijzing in de tekst anders weer dan bij andere bronnen. In plaats van dat je de auteur en het publicatiejaar vermeldt, geef je als bronverwijzing van een website alleen de naam van de website weer, gevolgd door een spatie en de URL tussen haakjes.
Als je een bronvermelding opstelt, ga je altijd uit van de bron die jij raadpleegt. Bijvoorbeeld: is dit een hoofdstuk uit een papieren boek of lees je het online? Auteur hoofdstuk, A.(jaar van uitgave).
Soms heb je meerdere bronnen die hetzelfde stuk tekst ondersteunen. Je zet dan alle verwijzingen, gescheiden door “;” samen tussen twee haakjes. Het alfabet bepaalt de volgorde (zonder tussenvoegsels).
Wanneer je verwijst naar online media zoals audio, foto's of video, dan verwijs je naar de webpagina waar dit terug te vinden is. Met achter de titel vormspecifieke informatie, bijvoorbeeld: [Video], [Graph] of [Photograph].
Algemeen. Citeer je in je stuk letterlijk uit een bron, vermeld dan op die plaats ook de bron. Die bron staat ook al uitgebreid in de bronnenlijst. Je kunt hier dus volstaan met een verwijzing tussen haakjes, direct achter het citaat of de parafrase.
Iedere bron schrijf je eenmaal op in de literatuurlijst, ook wanneer je meerdere malen in de tekst verwijst naar dezelfde bron.
De APA-stijl is een uitgebreide handleiding voor het schrijven van wetenschappelijke teksten. APA staat voor de American Psychological Association, maar de richtlijnen worden ook toegepast in andere vakgebieden. Een belangrijk onderdeel van de APA-stijl zijn de richtlijnen voor literatuurverwijzing en bronvermelding.
Citeren is het letterlijk kopiëren van andermans woorden. Dit kan een zinsdeel, een zin of een alinea zijn. Hierbij is het belangrijk dat je de geciteerde tekst tussen aanhalingstekens plaatst en dat je correct verwijst naar de originele auteur(s) in de tekst en in de literatuurlijst.
Zet het citaat tussen dubbele aanhalingstekens, behalve als het citaat langer is dan 40 woorden. Als een citaat langer is dan 40 woorden, moet het citaat met een witregel gescheiden worden van de rest van je tekst. Ook plaats je het citaat dan in een gescheiden blok.
Bij een boek of tijdschrift met meerdere auteurs plaats je de auteursnamen in dezelfde volgorde als op het titelblad. Bij twee of drie auteurs plaats je een ampersand (&) voor de achternaam van de laatste auteur, zowel in de voetnoot als in de volledige bronvermelding.
Oude literatuur kan achterhaald zijn, daarom mag je geen bronnen ouder dan vijf jaar gebruiken.
Meerdere auteurs met dezelfde mening
Als je wil refereren aan dezelfde mening of bevindingen van verschillende auteurs, dan vermeld je hen in één paar ronde haakjes, gescheiden door een puntkomma (;): achternaam 1. komma (,) publicatiejaar.
Verwijzen naar een boek
Een verwijzing in de tekst voor een boek bevat de achternaam van de auteur, het jaartal en (indien relevant) een paginanummer. In de literatuurlijst begin je met de achternaam van de auteur, gevolgd door een komma en de initialen. Hierna komt het jaartal tussen haakjes te staan.