Een evenwichtsreactie is een chemische reactie waarbij zowel een heengaande als een teruggaande reactie met een gelijke snelheid verlopen. De bijbehorende toestand, het chemisch evenwicht, impliceert dat de concentraties van de verschillende stoffen constant blijven. ), die een aflopende reactie symboliseert.
Bij chemisch evenwicht is er sprake van een chemische reactie die beide kanten op werken. De deeltjes van alle deelnemende stoffen blijven aanwezig. De reactie eindigt niet. Je hebt het dan over een onvolledige omzetting.
Een evenwichtsreactie kan alleen plaatsvinden met vloeistoffen of gassen. Hierdoor is er een bepaalde molariteit (dus een bepaald aantal mol per liter) van elke stof aanwezig die wordt gebruikt om het evenwicht te vormen. Daarnaast vinden evenwichtsreacties alleen in gesloten ruimtes plaats.
Het principe kan als volgt samengevat worden: Als in een chemisch systeem een verandering optreedt in concentratie, temperatuur, volume of totale druk, met andere woorden, een evenwichtsverstoring, dan zal het evenwicht zodanig verschuiven dat die verandering tegengegaan wordt.
Bij chemische reacties zoals evenwichtsreacties worden de reagentia niet volledig omgezet in reactieproducten. Bij chemische reacties ofwel aflopende reacties, worden de reagentia volledig omgezet in reactieproducten!
De evenwichtsconstante bevat alleen de concentraties van de stoffen die homogeen aanwezig zijn. In dit geval voeg je een C toe aan de K: KC . Een andere homogene situatie is het geval van een gas-evenwicht. Dan spreken we niet zozeer van concentraties, maar wel van de (partiële) gasdruk van elk deelnemend gas.
Verlaging van de temperatuur doet de ligging van de evenwichtstoestand verschuiven in exotherme zin. Als warmte aan het systeem wordt toegevoegd door de temperatuur te verhogen, verschuift het evenwicht naar links en nemen de concentraties van de reagentia toe.
Dit heeft vaak tot verwarring in de literatuur geleid. Voor zuivere vaste stoffen en vloeistoffen (gecondenseerde fasen) is de activiteit gelijk aan één en als zij deelnemen aan de reactie (bijvoorbeeld als de reactie in water plaatsvindt en water gevormd wordt) vallen zij daarom weg uit de evenwichtsconstante.
Aflopende reactie
In principe blijft een chemische reactie doorgaan tot één van de uitgangsstoffen (of alle uitgangsstoffen) opgebruikt is (zijn). De reactie A + B → C + D zal stilvallen als alle A en/of B omgezet is in C en D. Dergelijke reacties noemt men aflopende reacties.
Een BOE-schema geeft de beginsituatie, omzetting en het einde van de reactie weer, waardoor het gemakkelijk wordt te berekenen. Dit kan aan de hand van een voorbeeld makkelijk worden getoond. In 440 mL water wordt 60 mL 0,20 M azijnzuur gedruppeld. Bereken de concentratie H3O+ nadat het evenwicht zich heeft ingesteld.
De evenwichtswaarde K opstellen
Bij een evenwichtsvoorwaarde zet je de concentraties van alles aan de rechterkant van de reactie boven de deelstreep en alles aan de linkerkant onder de deelstreep.
Een concentratie wordt gegeven in g/L. Dus, de hoeveelheid van de opgeloste stof gedeeld door de hoeveelheid oplossing. Je hebt twee dingen nodig om de concentratie van een stof te berekenen. Je moet weten hoeveel gram of mol je hebt van een stof en in hoeveel liter oplossing dit opgelost is.
evenwichtsreactie: Een evenwichtsreactie is een reactie die niet aflopend is. omkeerbaar: Een reactie is omkeerbaar als de reactieproducten terug omgezet worden in de reagentia bij dezelfde reactie-omstandigheden.
Evenwicht of balans is een situatie waarin zonder verstoring geen verandering zal plaatsvinden. Dit kan zowel een maatschappelijke, psychologische, economische alsook een natuur- of scheikundige betekenis hebben.
dynamisch evenwicht: Een dynamisch evenwicht ontstaat wanneer de heen- en terugreactie blijven optreden, terwijl de concentraties constant blijven.
Vormingsreacties, Ontledingsreacties, ionreacties, neerslagreacties, Exotherme reacties, Endotherme reacties, Zuur-base reacties, Redoxreacties, Additie, Substitutie, Hydrolyse, Condensatie, Polymerisatie, enzovoort. Bij vormingsreacties wordt een stof gevormd uit zijn elementen. Meestal zijn vormingsreacties exotherm.
Een zuur is een stof die een H+ ion kan afstaan, een base is een stof die een H+ kan opnemen. Een H+ ion wordt ook wel een proton genoemd, een zuur is dus een protondonor en een base een proton acceptor. Er zijn twee soorten zuur-base reacties, niet-evenwichtsreacties en evenwichtsreacties.
Een zuur is een deeltje dat H +-ionen (protonen) kan afstaan, dus een protondonor. Een base is een deeltje dat H +-ionen (protonen) kan opnemen, dus een protonacceptor. Als een zuur een H + afstaat, vormt het zijn geconjugeerde base.
In de scheikunde de permeabiliteit van gesteenten (dimensieloos). k of kB, in de natuurkunde de constante van Boltzmann. k, in de scheikunde de evenwichtsconstante. k, in de natuurkunde het symbool voor de veerconstante.
Er wordt op dat ogenblik gesproken van een dynamische evenwichtstoestand (omdat er nog steeds omzettingen plaatsvinden) en de daarmee gepaard gaande chemische reactie wordt een evenwichtsreactie genoemd. Reacties die geen chemisch evenwicht vertonen worden aflopende reacties genoemd.
Als er energie vrijkomt, spreken we van een exotherme reactie. Dan is E2 lager dan E1 in de energiediagram. Als er energietoevoer nodig is, spreken we van een endotherme reactie. Dan is E2 hoger dan E1 in het energiediagram.
homogeen en heterogeen evenwicht. Stel dat alle stoffen die meedoen aan een evenwicht homogene stoffen zijn, dan noemen we ook het evenwicht een homogeen evenwicht. Elke stof die meedoet heeft een of andere concentratie (in geval van oplossingen en vloeistoffen) of druk (in geval van gassen).