Deze opleiding duurt vier jaar en bereidt leerlingen in principe voor op het middelbaar beroepsonderwijs (mbo).
Het belangrijkste verschil tussen basis- en kaderberoepsgericht is het niveau waarop de lesstof wordt aangeboden. Met de basisberoepsgerichte leerweg kun je naar niveau 2 van het mbo. De kaderberoepsgerichte leerweg geeft je toegang tot niveau 3 of 4 van het mbo.
Met een diploma in de kaderberoepsgerichte leerweg kunnen leerlingen naar niveau 3 en 4 van het mbo.
Wat is vmbo-kader? Vmbo-kader is voor leerlingen die het liefst kennis opdoen in de praktijk. Deze leerweg bereidt de leerling voor op de vak- en middenkaderopleidingen in het mbo (niveau 3 en 4). Het verschil met de mavo is dat iets minder diep wordt ingegaan op de algemene vakken.
De Theoretische leerweg is een leerroute naar het MBO waarin je meer theorie krijgt en minder praktijkonderwijs. De Kader leerweg is het meest geschikt voor leerlingen die graag dingen leren door te doen, de Theoretische leerweg is geschikter voor leerlingen die graag studeren.
Het laagste niveau is praktijkonderwijs. Dit is bedoeld voor kinderen met een IQ onder de 80. Er staat voor dit onderwijs niet een bepaald aantal jaren. Je kan dit onderwijs volgen tot je achttiende jaar.
Van klas 3 naar klas 4
Een leerling uit 3 TL wordt bevorderd naar klas 4 TL als hij/zij voldoet aan de volgende eisen: a. geen onvoldoenden of b. één 4 of één 5 en de rest 6 of hoger (mits het totaal van de cijfers, met uitzondering van de vakken ITR, Kunstvakken 1 en L.O, gemiddeld 6,0 of hoger is) of c.
In de kader/mavo klassen zitten leerlingen met een kader-, een gl/tl- of een tl-advies. In deze klassen krijg je twee jaar de tijd om te ontdekken waar jij goed in bent. Je komt in een 'dakpanklas' met leerlingen van twee niveaus.
Vmbo-tl, de theoretische leerweg (mavo); Deze leerweg is het beste te vergelijken met de oude mavo. Met een diploma van de theoretische leerweg kan een leerling naar een mbo niveau 3 of mbo niveau 4 opleiding. Vanuit vmbo-tl kunnen leerlingen, met het juiste vakkenpakket doorstromen naar het havo.
Entree opleidingen (MBO Niveau 1)
Een entree opleiding duurt circa 1 jaar. Entree opleidingen zijn gericht op het voorbereiden op de arbeidsmarkt. Na het behalen van de entree opleiding krijg je een niveau 1 diploma. Niet voor alle opleidingen en op alle scholen worden entree opleiding aangeboden.
Is je vooropleiding bijvoorbeeld vmbo-kader? Dan kun je je aanmelden voor een mbo-opleiding niveau 3. En is je vooropleiding vmbo-basis, dan kun je je inschrijven voor een mbo-opleiding niveau 2.
Na het vmbo gaan veel leerlingen naar het middelbaar beroepsonderwijs (mbo) om een beroep te leren. Leerlingen die naar het mbo willen moeten zich uiterlijk 1 april aanmelden bij de mbo-opleiding. Dan hebben ze recht op een studiekeuzeadvies. En op toelating tot de opleiding van hun keuze als ze aan de eisen voldoen.
Leerlingen kunnen tussentijds opstromen naar een hoger niveau of afstromen naar een lager niveau. Hiervoor gelden de regels die de school hier zelf voor heeft opgesteld. Vanaf het derde leerjaar volgen leerlingen een speciaal vakkenpakket. Daardoor wordt het lastiger en meestal onmogelijk om nog te wisselen van niveau.
Laag: Dit omvat onderwijs op het niveau van basisonderwijs, het vmbo, de eerste 3 leerjaren van havo/vwo of de assistentenopleiding (mbo-1). Middelbaar: Dit omvat de bovenbouw van havo/vwo, de basisberoepsopleiding (mbo-2), de vakopleiding (mbo-3) en de middenkader- en specialistenopleidingen (mbo-4).
Kaderberoepsgerichte leerweg
Je leert dus veel door praktisch bezig te zijn. Deze leerweg bereidt je voor op de niveau 3 (vakopleidingen) en de niveau 4 (middenkaderopleidingen) in het mbo.
Leerlingen die deelnemen aan de theoretische of gemengde leerweg kunnen na het behalen van hun diploma doorstromen naar het havo. Ook leerlingen van de kaderberoepsgerichte leerweg kunnen langs deze weg doorstromen naar het havo.
Conclusie. De middelbare school waar uw kind naartoe gaat bepaalt het niveau van uw kind door middel van een toelatingsexamen, proefklasse, onderzoek van de basisschool en/of psychologisch onderzoek. Meestal is dit een combinatie van de Citotoets en het advies van de leerkracht van groep 8.
Een typische vwo leerling is zeer zelfstandig en vormt graag zijn of haar eigen mening. Daarbij is er altijd de drang naar onderzoek. Een vwo'er is uiteraard slim, beschikt over een uitstekend zelfreflectie en is kritisch. Op zichzelf, maar ook op de directe omgeving.
Economie is bijvoorbeeld verplicht bij het profiel Economie & Ondernemen. Wiskunde is verplicht bij het profiel Media, Vormgeving & ICT en Mobiliteit & Transport.
Zijn jouw schoolprestaties dit schooljaar onvoldoende om over te gaan? Dan bepaalt de school of je moet zittenblijven of afstromen naar een ander schooltype, zoals havo of vmbo-t. De overgangsnormen en regels voor doubleren en afstromen staan in de schoolgids (Art. 24a WVO).
Je slaagt voor het eindexamen vwo wanneer je gemiddeld een voldoende haalt voor alle vakken van het centraal examen. Ook mag je maximaal één 5 als eindcijfer halen voor één van de kernvakken. Daarnaast mag je voor hooguit 2 vakken een onvoldoende als eindcijfer hebben.
Studenten kunnen naar het mbo (niveau 1 t/m 4), naar het hbo (in de vorm van een 2-jarige associate degree, een hbo-bachelor en/of een hbo-master) of naar de universiteit voor een wo-bachelor en/of wo-master. De hoogste graad in het onderwijssysteem is een PhD.
In het kort: Met een vwo-advies kan je zowel naar het atheneum als het gymnasium. Het niveau is op het atheneum en gymnasium gelijk. Het enige verschil is dat je op het gymnasium ook de vakken Latijn, Grieks en klassieke culturele vorming krijgt. Ook krijg je een gelijke diploma als je na klas 6 geslaagd bent.
Verschil tussen atheneum en gymnasium
Er is geen niveauverschil tussen atheneum en gymnasium. Echter, het enige verschil is dat je op het gymnasium extra vakken krijgt: klassieke culturele vorming, Latijn en Grieks. Op het gymnasium moet je ook in een van de twee klassieke talen eindexamen doen.