De moesson (naar het Engels monsoon is een verbastering van het Arabische mausim: seizoen, via het Portugese mauçam, de letterlijke oorsprong van monsoon) is de periodieke wind in tropische gebieden die een halfjaar lang uit een bepaalde richting waait om dan ongeveer 180° van richting te veranderen.
De Sirocco is één van de bekende winden op aarde die vanaf Noord-Afrika over de Middellandse Zee waait. De wind is droog, warm en bevat veel stof.
MISTRAL: De Mistral-wind is een koude, droge en turbulente wind die 100 km/u kan bereiken en meer dan 75 knopen, ofwel 140 km/u, kan halen. Hij steekt meestal op van november tot april en duurt 3 tot 6 dagen.
Föhn is een warme wind die aan de lijzijde van een gebergte waait. Aan de loefzijde wordt lucht gedwongen te stijgen. Hier treedt expansie en afkoeling van lucht op gevolgd door condensatie van waterdamp (adiabatische expansie). Aan de lijzijde kan de lucht terug dalen en treedt er adiabatische compressie op.
De mistral is een harde en koude noorden- tot noordwestenwind die gedurende de dag gemiddelde windsnelheden bereikt van 50 kilometer per uur of meer (windkracht 7), met windstoten van meer dan 100 kilometer per uur. De duur van de mistral is wisselend maar hij houdt meest dagenlang aan, tot wel een week.
De levanter of levant(e) is een warme en sterke oostelijke wind met een gemiddelde sterkte van 3 tot 6 op de schaal van Beaufort. Dit kan echter oplopen tot 8 en meer. Meestal volgt de wind de mistral op. Het ontwikkelingsgebied ligt in het westen van de Middellandse Zee tussen Spanje en de Marokkaanse kust.
Als het vanuit zee waait, is het relatief zacht in Nederland. Als de wind uit het oosten waait, is het relatief koud. Dus als het in de herfst vaker gaat waaien vanuit zee, dan gaat de gemiddelde temperatuur in de herfst omhoog.
De gebruikte doorgangen: tramontana: tussen de Pyreneeën, het zuiden van het Centraal Massief en tussen de Monte Coglians en de Karnische Alpen. mistral: tussen het oosten van het Centraal Massief en het westen van de Alpen (de Rhônevallei).
De Mistral is de wind die evenwijdig met de Rhônevallei waait. De Mistral wordt ook wel Mistral Général genoemd. Soms zijn er ook vanaf de hellingen van de Rhônevallei sterke valwinden. Dit noemt men de Mistral Local.
De Mistral is een koude wind, die bij de Romeinen zoveel ontzag afdwong dat ze hem "magistralis" (meesterlijk) noemde. De bijzonder krachtige noorden- tot noordwestenwind, die windkracht 9 (stormkracht) kan bereiken, waait vaak in het dal van de Rhône in Zuid-Frankrijk.
De mistral is een krachtige noordelijke wind in Oost-Frankrijk. Hij is het meest bekende voorbeeld van een versnelde wind. De mistral ontstaat wanneer zich, gewoonlijk in het winterhalfjaar, een gebied van lage luchtdruk boven de Golf van Genua bevindt, de Genuadepressie.
Nu is het natuurlijk een optesom van een heel jaar, januari waait het meestal harder en meer dan in bijvoorbeeld juli.
De meltemi staat ook wel bekend als de etesische wind, een woord dat afkomstig is van het Griekse etesios (ἐτήσιος), wat 'jaarlijks' betekent. De naam meltemi komt van het Turkse woord meltem, wat (zee)bries betekent.
De meeste bekende winden in Europa komen voor in de buurt van de Alpen. Dit gebergte vormt namelijk zowel een barrière, als een geleider en activator van wind. Bij kleinere gebergtes vinden dezelfde ontwikkelingen plaats, maar op kleinere schaal.
De duur hangt af van de excursie, maar gemiddeld duren ze tussen de 3 en 4 uur, zelfs degenen die bestaan uit een tour door de Sierra de la Tramontana bergketen of degenen die een bezoek aan de dorpen van de baai van Mallorca bevatten.
In België komt de wind overwegend uit het ZW. De gemiddelde windsnelheid van 6 à 7 m/s aan de kust neemt af tot 2 à 4 m/s in de valleien van Hoog-België en in Belgisch Lotharingen.
Over het algemeen geldt dat het zuiden een stuk warmer is dan het noorden van het land. Het warmste deel van Frankrijk is het kustgebied in het zuidoosten.
In alle maanden is zuidwest de overheersende windrichting, vooral in de winter- en herfstmaanden. In de herfst- en wintermaanden waait de wind zo'n 30% van de dagen uit het zuidwesten. In het voorjaar is te zien dat de windrichtingen noord en noordoost bijna net zo vaak voorkomen als de zuidwestenwinden.
Het klinkt misschien gek, maar ons weer wordt 'gemaakt' in de Rocky Mountains. Deze bergketen in de Verenigde Staten verstoort als het ware de zuidwestenwinden en creëert daardoor allerlei wervels. Deze groeien uit tot de hoge- en lagedrukgebieden die wij kennen.
Wind kan vanuit het noorden, zuiden, westen of oosten komen. Maar soms is het niet precies uit het zuiden of precies uit het westen, maar daar tussenin. Dit kun je ook benoemen. Dan heb je dus zuidwesten wind.
Westenwinden brengen in de lente of zomer frisse vochtige lucht en in de herfst of winter zachte vochtige lucht. Er is dus veel bewolking en de kans op buien is aanzienlijk. De temperatuur ligt bij westenwinden in de winter vaak hoger en in de zomer lager dan normaal.
De mistral komt in de zomer ongeveer 2 keer per maand voor.
1. Gran Canaria. We trappen de lijst af met de warmste plek van Spanje in de winter: het veelzijdige Canarische Eiland Gran Canaria. De combinatie van de Canarische Stroom en noordoostpassaat zorgt ervoor dat het klimaat en het zeewater op en om Gran Canaria jaarrond constant is.
De sirocco, ook wel scirocco, siroc of jugo, is een zuidelijke wind, die hete en droge lucht uit de Sahara naar het noorden voert.