Plaats de positieve en negatieve sondes van de Megger op de twee geleiders of terminals tussen welke u de isolatieweerstand test. Als u isolatieweerstand tegen de grond probeert, plaatst u de positieve sonde op de gronddraad of de geaarde metalen verbindingsdoos en de negatieve sonde op de geleider of de aansluiting.
Meggeren is een werkwoord dat is afgeleid van het meten van de weerstand die isolatiemateriaal biedt tegen elektrische stroom met behulp van een isolatieweerstandsmeter (van het merk Megger). Doormiddel van meggeren kan een bevoegd elektromonteur controleren of de weerstand nog voldoende hoog is.
Volgens de wet moet de weerstand op een installatie minimaal 1000 Ohm per volt aan bedrijfsspanning zijn. Voor een installatie met een enkele fase van 230V, moet de isolatieweerstand dus minimaal 230.000 Ω of 230 kΩ zijn. Bij krachtgroepen met 3 fasen is de minimale isolatieweerstand trouwens ook 230 kΩ.
De isolatieweerstand wordt alleen tussen de fasen en aarde gemeten en tussen de nul en aarde. Meten tussen fase/fasen en nul gebeurt alleen wanneer men een storing verwacht. Bij deze meting moet men alle lampen, apparatuur en andere energieverbruikers loskoppelen om een zuivere meting van de installatie te krijgen.
De isolatieweerstand moet zo hoog mogelijk zijn maar de elektrische weerstand in het circuit moet zo laag mogelijk zijn voor een veilige en goed functionerende elektrische installatie. Voor nieuwe installaties met een nominale spanning van 400/230 Volt dient de isolatieweerstand minimaal 500 kOhm zijn oftewel 0,5 MOhm.
Als je wilt controleren als de huis goed geaard is, kun je proberen om de draden aan de basis van een gloeilamp in de gaten van een stopcontact te steken om te zien of de peer oplicht. Als je accurater wilt controleren, gebruik dan een multimeter om metingen te doen.
Hoe weerstand aardpen meten? De weerstand van een aardpen kan gemeten worden met een weerstandsmeter. Het is belangrijk dat de weerstand niet te hoog is, bij woningen is dit vaak 166 Ohm.
Meet je 3 fasen? Controleer dit door de zwarte kabel in een opening te stoppen waar je ongeveer 230V hebt gemeten en de rode in een andere opening waar je ongeveer 230V hebt gemeten. Geeft het display 400V aan? Dan heb je zeker 3 fasen.
De enige manier om defecte zonnecellen te ontdekken is het paneel te laten inspecteren met elektroluminescentie camera. Daarbij laat men stroom door het zonnepaneel lopen waardoor het paneel als het ware licht uitzendt. Dit wordt vastgelegd met infraroodcamera's.
Dat wil zeggen dat de stroom die uit paneel 1 komt vervolgens door paneel 2 loopt, enzovoorts. Dus als er door 1 zonnepaneel, door een defect of (tijdelijke) schaduw, minder stroom loopt, leveren ook de andere zonnepanelen in de serie minder stroom.
De meting van de installatie wordt gedaan met een Megger, dat is een Ohm-meter die de meting doet met een spanning van ca. 500 volt (afhankelijk van het type meter). Met behulp van deze spanning wordt gemeten hoe de isolatiewaarde is van de elektrische geleiders onderling en tussen de geleiders en het schip.
Weerstandsmetingen moeten plaatsvinden bij spanningsloze stroomkring, anders zou het meetinstrument of de stroomkring beschadigd kunnen raken. Sommige DMMs zijn in de ohm-meetmodus beveiligd tegen een onvoorziene aansluiting op een spanningsvoerende stroomkring.
Dit gebeurt door een elektrische spanning (die geleverd wordt door de batterij in de meter) aan te brengen over het te meten component en de resulterende elektrische stroom te meten. Via de wet van Ohm kan dan de elektrische weerstand worden berekend.
Tip: Stroomtangen meten stroom in een circuit door de sterkte van een magnetisch veld rond een enkele geleider te meten. Houd waar mogelijk de te meten geleider ten minste een paar centimeter weg van de andere geleiders. Het doel: Voorkomt dat de stroomtang het magnetische veld van de andere geleiders oppikt.
In de ideale situatie heeft aarding een weerstand van 0 Ohm. Omdat dit echter nooit helemaal te realiseren is, mag dat vanuit veiligheidsoverwegingen maximaal 30 Ohm zijn.
1) Stop de stekker in het stopcontact. 2) Stop de stekker andersom in het stopcontact. Slaan bij beide test de aardlek door, dan is hij goed beveiligd. Brandt de lamp bij 1 van de 2 tests je lamp, dan is je aarde verkeerd aangesloten!
Hoe een aardpen slaan? Een aardpen kunt u niet eenvoudig zelf aanbrengen. Geadviseerd wordt deze installatie uit te laten voeren door een erkend professional. Het hele proces neemt in de meeste gevallen ongeveer een uur in beslag.
Volgens het AREI mag de aardingsweerstand bij een huishoudelijke elektrische installatie maximaal 30 Ohm bedragen. Om je elektrische installatie vlot te laten keuren, zal je de aarding dus zo moeten plaatsen dat je aardingsweerstand onder de 30 Ohm ligt.
De spreidingsweerstand in huishoudelijke installaties mag principieel niet groter zijn dan 30 Ohm, indien deze waarde overschreden wordt (max 100 Ohm), dienen er bijkomende differentieelstroominrichtingen geplaatst te worden.
Aan de bovenkant van de aardingsonderbreker schroef je het eindje van een aardingskabel van 16 mm² vast. Dit om de aardingsonderbreker met de zekeringkast te verbinden. Trek deze aardingskabel door naar de zekeringkast en bevestig deze op de aardingsrail.
Isolatiemeting: Voor de ingebruikname
Een van deze metingen bestaat uit het meten van de isolatieweerstand tussen de actieve geleiders en de met de aarde verbonden randaarde. In deze test mogen de actieve geleiders elektrisch met elkaar verbonden zijn.
Installatietesters voeren deze test uit door middel van drie afzonderlijke meetsnoeren of van het snoer dat is bevestigd met een netstekker. Hiermee wordt de te verwachten foutstroom (PFC) berekend en deze verschijnt in het onderste gedeelte van het dubbele display.
Verschilstroom (lekstroom)
Dit is het verschil tussen de in- (fase) en de uitgaande (nul) stroom. Deze meting is in principe alleen voor geaarde toestellen omdat deze kunnen 'lekken' naar de metalen delen, via de beschermingsleiding naar aarde.