De hoge of volle middeleeuwen: 10e tot 13e eeuw, worden gekenmerkt door de feodale maatschappij. Gaandeweg herstelt het centraal gezag zich. De paus en de Duitse keizer zijn de belangrijkste machten. De Europese staten richten zich buiten Europa voornamelijk op het Midden-Oosten: dit is de tijd van de Kruistochten.
De middeleeuwse samenleving was ingedeeld in standen. Bovenaan stond de koning of keizer met daaronder de geestelijken. Daarna de edelen (graven, hertogen en ridders) en onderaan de boeren en burgers. Rond 800 behoorde Nederland tot het Frankische rijk, met Karel de Grote als koning.
Feodalisme was de leidende manier van politiek en economisch leven in de Middeleeuwen. Monarchen, net als koningen en koninginnen , behielden controle en macht door de steun van andere machtige mensen, heren genoemd. Heren waren altijd mannen die extravagante huizen, heren genoemd, en landgoederen in het land bezaten.
De in de Middeleeuwen overheersende theorie was dat de koning was aangesteld door God. Als de 'gezalfde des Heren' was hij onschendbaar en verheven boven zijn onderdanen. Dit gaf hem veel gezag, maar geen onbeperkte, absolute macht.
Meer dan 1200 jaar geleden hoort Nederland bij het enorme Frankische rijk. Karel de Grote is de koning. Waarschijnlijk krijgt hij die bijnaam omdat hij zo'n groot rijk bezit. Maar hij is zelf ook groot.
Tussen 1588 en 1795 heette Nederland de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden. Ook de Verenigde Provinciën of de Zeven Verenigde Gewesten waren gangbare benamingen voor Nederland in deze tijd.
Het Koninkrijk der Nederlanden ontstond in de 19e eeuw. De eerste monarch was Koning Willem I (1772-1843).
Er wordt aangenomen dat de gemiddelde leeftijd van de middeleeuwse mens rond de 35 jaar lag.
Zijn zoon Edward de Oudere veroverde de oostelijke Danelaw, maar Edwards zoon Æthelstan werd de eerste koning die over heel Engeland regeerde toen hij in 927 Northumbria veroverde. Hij wordt door sommige moderne historici beschouwd als de eerste echte koning van Engeland.
De paus en de Duitse keizer zijn de belangrijkste machten.
Ridders waren de meest angstaanjagende soldaten van de middeleeuwse wereld. Zwaar bewapend en goed getraind, vochten ze voor machtigere edelen, zoals een koning, in ruil voor status en vaak land.
De Donkere middeleeuwen is een term die gebruikt wordt om de vroege middeleeuwen of de middeleeuwen in zijn algemeenheid mee aan te duiden. Met deze term wordt verwezen naar het veronderstelde economische, intellectuele en culturele verval waar Europa in terechtkwam na de Val van het West-Romeinse Rijk.
Steden kregen charters en mochten zichzelf besturen met hun eigen gekozen raden en burgemeesters . Sommige steden waren behoorlijk machtig en werden staten op zichzelf (Venetië is het beste voorbeeld).
De middeleeuwen staan bekend als een duistere tijd vol ziekte, dood, verderf en viezigheid. Mensen gooiden hun afval gewoon op straat, tandenborstels en zeep waren non-existent, en wie de puberteit haalde was een uitzondering.
De schutterij werd in de middeleeuwen opgericht als plaatselijke militie die de orde en veiligheid van de burgers moest garanderen.
Op 13 mei 2021 overleed de laatste nog levende Ridder der Militaire Willems-Orde uit de Tweede Wereldoorlog Kenneth George Mayhew.
Keizer is de hoogste vorstelijke titel en staat voor de heerser waaraan alle andere wereldlijke vorsten ondergeschikt zijn. In de middeleeuwen kon een Europese koning zich pas keizer noemen nadat hij door de paus was erkend. Deze pauselijke goedkeuring werd vaak pas na diplomatieke onderhandelingen gegeven.
Een ander ezelsbruggetje wordt gebruikt om de volgorde van Engelse en Britse koningshuizen of dynastieën te onthouden. De beginletters hiervan geven de koningshuizen aan: Norman, Plantagenet, Lancaster, York, Tudor, Stuart, Hanover, Windsor.
In de prehistorie gingen mensen schrikbarend vroeg dood. Tot ongeveer 30.000 jaar terug. Toen werd vermoedelijk een deel van de mensheid vijftig jaar oud en was er zelfs een groep die de tachtig of negentig haalde.
De dood lag overal op de loer. Kindersterfte, dijkdoorbraken, hongersnoden, stadsbranden, dodelijke ziekten, plunderende landsheren of grootschaliger oorlogsgeweld beheersten het dagelijks leven.
De gemiddelde levensverwachting voor mannen was 47. Autobrandstof werd alleen verkocht in drogisterijen. Slechts 14 procent van de huishoudens bezat een badkuip. Slechts 8 procent van de huishoudens had telefoon.
Koning Willem I was de eerste Koning van het Koninkrijk der Nederlanden. In 1815 bepaalde het Congres van Wenen dat de Noordelijke en Zuidelijke Nederlanden weer herenigd zouden worden. Willem Frederik riep zichzelf uit tot Koning. In 1815 werd hij ingehuldigd.
De achternaam van de Nederlandse koninklijke familie is van Oranje-Nassau .
Staatsrechtelijk is Nederland in 1813 opgericht als een constitutionele monarchie en sinds de grondwetsherziening van 1848 kent het een parlementaire democratie waarbij de wetgevende macht formeel bij de koning(in) ligt, maar de minister-president als voorzitter van de ministerraad de verantwoordelijkheid draagt.