Ook zijn er verschillende soorten fruit die je aan je vogel kunt geven. Deze bevatten veel vitamines en worden vaak ook nog eens erg lekker gevonden door je vogel! Enkele fruitsoorten die je prima aan je vogel kunt geven zijn: appel, banaan, kiwi, mandarijn, sinaasappel, wortel, tomaat, peer, druif en ananas.
Merel, zanglijster, koperwiek, kramsvogel en spreeuw
Voedsel: gewelde krenten en rozijnen, fruit, schillen en klokhuizen, alle soorten bessen, wat broodkruimels, Premium voedertafelmix. Voerplaats: een sneeuwvrije plaats op de grond met beschutting vlakbij.
Mussen en vinken eten graag zaden, merels houden van rozijnen en pimpelmeesjes hangen graag aan een vetbol. Strooivoer: dit voer bevat stukjes mais, kleine zaden, zonnebloempitten en stukjes pinda. Vetbollen: vetbollen zijn vooral geschikt voor de winterperiode.
5 tips om vogels te voederen
Na een lange, koude nacht hebben vogels behoefte aan een stevig ontbijt en tegen de avond eten ze hun buikje rond om de nacht door te komen. Strooi niet te veel, dat kan muizen en ratten aantrekken. Geef geen voedsel waarin zout is verwerkt of kaas of brood.
Havermout: havermout kan je zowel als strooivoer op de grond gebruiken als op de voedertafel. Zaadeters zoals mussen, mezen, vinken, groenlingen en roodborstjes houden hiervan. Meelwormen en insecten: bevatten veel proteïnen en zijn bijzonder voedzaam voor vogels.
Groente. Voorbeelden van geschikte groente voor vogels zijn: Wortel, broccoli, spruitjes, andijvie, sla (niet te veel om waterige ontslasting te voorkomen), komkommer, boerenkool, prei, witlof.
Voedsel. 's Winters eten de koolmezen veel zaden, zoals beukennoten. In het voorjaar en de zomer is het voedsel eiwitrijker en eten ze wat meer rupsen en andere insecten. Jonge koolmezen eten voornamelijk rupsen en als de gezinsplanning klopt, valt de geboorte samen met de 'rupsenpiek'.
Geen (oud) brood!
In brood zit zout en dat zout is niet goed voor vogels. Soms zit op het brood boter/margarine. Daar krijgen watervogels diarree van en de olie die in het brood zit komt in het verenkleed te zitten. Brood dat blijft liggen gaat bovendien schimmelen en trekt dieren zoals ratten aan.
Veel keukenrestjes zijn prima en kan je geven aan de tuinvogels. Wat je niet mag geven zijn restjes met veel zout of kruiden of restjes die beschimmeld zijn. Vetrandjes, gekookte aardappelen, gekookte rijst of fruit zullen je tuinvogels heerlijk vinden en zijn ook nog eens goed voor ze.
Ook vogels houden van een veelzijdig menu. Voer bijvoorbeeld zaden, pinda's en vetbollen, maar ook rozijnen en appels. Geef geen vloeibare olie, margarine en zoute producten.
Hoe weten vogels waar eten is? Vogels doen niets anders dan de hele tijd in de gaten houden of er ergens gezonde voeding te halen valt. Ze kunnen het zien en ruiken, maar houden daarbij ook andere vogels in de gaten. Zodra ze zien dat er ergens 'wat te halen valt' gaan ze snel een kijkje nemen.
Kanaries houden van verschillende soorten groenten en fruit en het beste is om deze zoveel mogelijk af te wisselen om ervoor te zorgen dat je vogel genoeg verschillende vitaminen en mineralen binnenkrijgt. Een kanarie is vooral gek op sinaasappel, rode bessen, andijvie, spinazie, kersen, kiwi en appel.
Geef uw kanarie gerust eens een stukje fruit of wat groenvoer, bv. Andijvie, witlof, komkommer, wortel, appel of sinaasappel. Zorg dat de kanarie niet te vaak hiervan krijgt ivm met diarree. Daarnaast is vers drinkwater natuurlijk onmisbaar.
Wat mag een kanarie niet eten
Verder mag je nooit avocado of pitten van fruit voeren, want dit is giftig voor kanaries.
Gevaar op verstrikking
Het plastic net om de vetbol heen is extreem gevaarlijk voor vogels, omdat ze hier met hun pootjes of snavel in verstrikt kunnen raken. Vogels kunnen dan sterven van de honger, dorst en uitputting. Ook kunnen wat grotere vogels, zoals meeuwen, de hele bol met net en al in één keer doorslikken.
Verrassingsaanval Mezen hebben heel wat vijanden: roofvogels zoals valken en uilen en roofdieren zoals marters en katten en zelfs slan- gen.
Bied in je tuin vetbollen, slingers ongebrande, ongezouten pinda's, een halve kokosnoot, vogelzaad en zonnebloempitten aan voor de koolmees. Geef zijn voedsel op een voedertafel of in een voederbuis of hang het op in bomen of struiken. Proper water om van te drinken en in te baden is essentieel.
Jonge vogels die nog flink moeten groeien, kun je dagelijks bijvoeren met eivoer. Het hoge proteïnegehalte bevordert de groei en zorgt dat jonge vogels genoeg energie hebben. Ook tijdens de kweekperiode en ruiperiode is het belangrijk dat eivoer dagelijks wordt gevoerd.
Vogels vinden appels heerlijk, vooral merels vinden ze lekker. En dat vind ik dan weer heel leuk! Je hoeft je maar om te draaien en een stuk appel is weg. Ik gebruik appels van onze eigen appelboom, die vaak al een lelijk plekje hebben.
Helaas zijn niet alleen wij, maar ook merels gek op aardbeien. Om de vruchten voor je zelf te houden, kun je je aardbeien beschermen tegen vogels. Gebruik daarvoor nooit netten, want daar kunnen vogels in verstrikt raken!
Fruit. Ongebrande (en ongezouten) pinda's altijd in pindasilo's. Vetproducten voor tuinvogels (echter niet in de zon hangen) - zelf vetbollen maken is niet moeilijk. Broodkruimels, maar niet teveel (want te zout)
Overvoeren kan bijna niet, omdat vogels stoppen met eten als ze verzadigd zijn. Maar als de hele tuin al vol ligt of staat met voedsel, kun je natuurlijk best even wachten met bijvoeren. En geen zorgen, vogels zullen het zelf zoeken van voedsel heus niet verleren: dit zit namelijk in hun genen.
Grotere vogels zoals de specht en merel kunnen ook op vogelpindakaas afkomen, maar vaak hebben zij de voorkeur voor hele pinda's.