De paprika doet het goed op iedere grondsoort, als deze maar een goede structuur, voldoende vocht en voeding heeft. Geef niet teveel voeding want dat zorgt voor veel groei, grote planten, veel en groot blad maar weinig paprika's.
Paprika groeit het best bij een gemiddelde dagtemperatuur van 25°C. 's Nachts mag de temperatuur niet onder de 16°C komen. De paprika heeft tussen de veertien en zestien uur licht per dag nodig. De plant groeit het best bij een relatieve vochtigheid (RV) van 70%. In een kweektent ligt de RV meestal tussen de 40 en 50%.
De paprika groeit niet wanneer het niet tussen de 22 en 25 graden is. Zorg dus dat het altijd warm genoeg is. Als de plantjes eenmaal omhoog komen, is de temperatuur nog steeds heel belangrijk. Geef de planten ook regelmatig water, maar let er goed op dat de grond niet te vochtig wordt.
Neem de dief vast tussen jouw duim en wijsvinger, en buig deze voorzichtig om tot hij afbreekt. Doe dit met zachte hand zodat je de dieven niet helemaal scheurt want dan krijgen schimmels vrij spel. De kleine dieven aan de bovenkant van de plant (bovenste top) laat je beter staan.
De paprika behoort tot de gulzige planten en heeft daarom veel meststof nodig. Als je plant in een pot is aangeplant, kan je een vloeibare meststof gebruiken. Die voeg je om de twee weken aan het gietwater toe volgens de dosering die is aangegeven op de verpakking.
Geregeld bijsnoeien om de plant klein te houden is dan wel belangrijk! Paprika heeft graag een constante toevoer van water. Ze hebben namelijk geen diepgravend wortelstelsel. Geef dus liever elke dag een beetje water dan één keer heel veel.
Paprika zaaien doe je naast Afrikaantjes, basilicum of bieslook. Pompoen doet het goed naast sla, radijsjes en zonnebloemen.
Paprika is, in tegenstelling tot tomaten, niet gevoelig voor regen en hoeven niet opgebonden of gediefd te worden. Soms is het wel handig om de planten van een centrale steunstok te voorzien, zeker wanneer ze zwaar beladen zijn met vruchten.
Mocht je zelf zaden willen oogsten van je zelf geteelde paprika's zorg dan dat je een goede afstand aanhoudt tussen je paprikaplant en peperplant – in principe zullen gekruiste nakomelingen altijd pittig zijn (omdat heet 'dominant' is over niet heet).
Paprika planten blijven nogal klein en hoeven daarom niet te worden gesnoeid. Na het overwinteren is het raadzaam de paprika te snoeien. Alle planten tot op het eerste oog na een vertakking terugsnoeien en verrotte en gele bladeren verwijderen. De planten kunnen dan in het voorjaar weer goed groeien en gedijen.
Alle peper -en paprikaplanten zijn meerjarige planten. Echter in ons klimaat worden ze meestal gehouden als een eenjarige plant. Maar je kan ze ook laten overwinteren. De soort annuum is de grootste groep van het capsicum geslacht.
De groene paprika is de minst rijpe variant. Wanneer een paprika rijper wordt, verandert deze naar geel, oranje en rood. Dit zorgt ervoor dat de smaken veranderen.
Geef meststoffen om aromatische tomaten te krijgen
Ze hebben een grote behoefte aan voedingsstoffen en hebben behalve stikstof en fosfaat vooral veel kalium nodig. Kalium reguleert de waterhuishouding van de plant, verstevigt de celwanden en geeft de plant meer weerstand tegen ziekten.
N-P-K staat voor Stikstof, Fosfor en Kali, deze drie componenten komt u in alle meststoffen tegen. Zowel in kunstmest als ecologische mest. Stikstof, fosfor en kali zijn essentieel voor de groei, bloei en weerstand van elke plant.
Paprika- en peperplanten toppen
Je knijpt of knipt de top eruit. Op deze manier zie je binnen een week in de okseltjes van de bladeren nieuwe scheuten ontstaan. Hierdoor wordt het een vollere plant en krijg je meer bloemen en meer oogst. Paprika's en pepers groeien bij mij in de open lucht en dat gaat prima.
De oogst vindt bij een buitenteelt plaats in september en oktober. In de (ongestookte) kas kun je de eerste vruchten in de meeste gevallen vanaf halverwege juli oogsten. Oogst paprika's door ze voorzichtig van de plant te breken en de vrucht omhoog langs de stengel te buigen.
De paprikaplant is eigenlijk struikachtige plant die houdt van ongeveer 25 graden. Aangezien in ons klimaat de teelt ongeschikt is voor buitenteelt, vindt de productie plaats in kassen. In de volle grond wordt de plant circa 1 meter hoog, in de kassen tot 4,5 meter.
De plantafstand in de rij bedraagt 40 cm, de afstand tussen de rijen bedraagt 80 cm. De kiemblaadjes mogen niet onder de grond terechtkomen bij het uitplanten en de planten moeten worden gesteund. De kluit komt 1 cm boven de grond uit. Na het planten worden de paprikaplanten water gegeven.
In principe heeft elke paprika zaadjes, als je de paprika open snijd zie je bovenaan bij de steel een rondje waar zaadjes aan zitten. Díe haal ik er af en doe ze in een papieren enveloppe en schrijf de naam er op.
Welke teelten elkaar best niet opvolgen:
Erwt en boon niet laten opvolgen. Zaai geen bonen na knolselder of witloof. Zet geen wortel na aardappel.
Afhankelijk van de temperatuur komen de zaden binnen 1-3 weken op (hoe warmer hoe sneller). Tot ze zijn opgekomen, maakt de hoeveelheid licht niet uit, maar zodra ze opkomen moet je ze meteen op een lichte plek zetten. Ze mogen dan iets koeler staan, maar niet kouder dan 17 graden, want dan stoppen ze met groeien.
Bij tomaten kan je ook nog paprika, meloenen, pepers, en komkommers planten. Wel te verstaan als ze groot genoeg is .
Peper- en paprikaplanten zijn eigenlijk heesters die niet winterhard zijn. Je zou ze daarom zelfs in huis kunnen laten overwinteren. Dat is niet gemakkelijk want ze zijn gevoelig voor diverse soorten luis en schimmels.
Paprika kun je gemakkelijk zelf kweken. Het is een heerlijke vruchtgroente die je al in het vroege voorjaar kunt voorzaaien in huis of in een kas. Als het in mei warmer wordt buiten kunnen de stekken naar buiten en in de volle grond. Zo geniet je in de zomer al van zelf gekweekte paprika's.