De oplossing met NaCl brandt met een oranje vlam, de oplossing met CaCl2 brandt met een rode vlam, de oplossing met MnCl2 brandt met roze/oranje vlammen, de oplossing met CuCl2 brandt met groene vlammen en methanol brandt met een kleurloze vlam.
Het geel van een vlam zijn gloeiende koolstofdeeltjes. Die zijn er alleen als er geen volledige verbranding is. Het blauw of soms beetje groen is de kleur van de volledige verbranding van koolwaterstoffen, waar nog een kleine verontreiniging van metalen in zit.
Om lichtgroene vlammen te maken gebruik je borax. Om groene vlammen te maken gebruik je aluin. Om oranje vlammen te maken gebruik je natriumchloride. Om paarse vlammen te maken gebruik kaliumchloride.
Wanneer de luchttoevoer bijna volledig gesloten is en er niet zoveel zuurstof bij kan, zie je een gele vlam. De moleculen in het aardgas reageren dan met minder zuurstofmoleculen dan mogelijk is. Zo krijgen we een onvolledige verbranding. Daarbij ontstaat roet, koolstofmonoxide (CO) en water.
Verschillende kleuren
Een vlam is onderop blauw. Het midden is wit en rondom de vlam is het geel. Deze kleuren worden bepaald door de temperatuur van de vlam. Het blauwe deel is het heetst, daarna het witte deel en het gele deel van de vlam is het minst warm.
De blauwe vlam ontstaat wanneer de luchtschijf iets open gedraaid is. De verbranding is nu wel volledig. Er ontstaan geen roetdeeltjes die de vlam geel kleuren. We zeggen de vlam is kleurloos, in werkelijkheid zie je een lichte blauwe gloed.
Een rode, gele of oranje vlam komt door een lage temperatuur, een blauwe of witte vlam wordt veroorzaakt door een hogere temperatuur. Ten tweede wordt de vlam gekleurd door aangeslagen (energierijke) radicalen.
Kijk naar de kleur van de vlam
Gele, gelijkmatige vlammen zul je zien wanneer je goed stookt. Oranje vlammen geven aan dat de verbranding van het hout niet optimaal is.
Blauw, oranje of geel
Het blauwe van een vlam zie je als er genoeg zuurstof aanwezig is voor de verbranding, er verbrandt samen met de OH-radicalen ook een beetje koolstof (als CO of andere koolstof bevattende radicalen), vandaar kleur.
Het blauw net onder het wit is het heetst. Rnd 1200 celsius.
Vuur is een bijeffect van brand. De vlammen die je ziet zijn een heet gas dat voornamelijk bestaat uit zuurstof- en stikstofmoleculen in de lucht en de koolstofdioxide en waterdamp die gevormd worden bij de brand. De kleur van de vlam hangt af van de temperatuur van het gas.
Controleer regelmatig of u goed stookt.
Kleurloze rook wijst op een goede verbranding. Gekleurde rook (wit, grijs, zwart, blauw) duidt er op dat de verbranding slecht is. De vlam in de houtkachel moet heldergeel zijn en niet flakkeren. Een oranje, onregelmatige vlam duidt op een niet volledige verbranding.
Vuur ontstaat als er een brandbare stof, zuurstof en warmte (temperatuur) in de juiste verhouding en hoeveelheid aanwezig zijn. Deze drie elementen vormen samen de zogenaamde vuurdriehoek.
Wetenschappers hebben een temperatuur van vier biljoen graden Celsius gecreëerd in een laboratorium. Dit is 250.000 keer heter dan de temperatuur in het centrum van de zon.
Plasma ontstaat wanneer een gas wordt blootgesteld aan een elektrisch veld of temperaturen tussen de 1.000 > 10.000. Een voorbeeld van een plasma dat veel op de aarde voorkomt is bliksem. Toch is vuur ook niet helemaal in de categorie plasma in te delen.
Veel kaarsen zijn gemaakt van stearine, een mengsel van stearinezuur en palmitinezuur met een vlampunt van 113 graden Celsius. Paraffine, dat meestal wordt gebruikt in waxinelichtjes, heeft een vlampunt van 109 graden Celsius.
In de gele lichtgevende zone is de temperatuur van de vlam ongeveer 1200°C. De kaars dankt haar toepassing als lichtbron aan de onvolledige verbranding van het kaarsvet in deze zone.
Een fornuisglasvlam varieert in temperatuur gemiddeld tussen 250 - 320 graden ceslsius. Genoeg om water te koken, onvoldoende om ijzer of staal te smelten. Daarvoor zijn Hoogoven temperaturen nodig.
Zijn de vlammen van gastoestellen (geiser, kaskachel, cv-ketel, fornuis) niet blauw maar oranje of geel, of hoort u vreemde geluiden, neem dan contact op met een erkend installateur. Gele of oranje vlammen duiden op een probleem waarbij koolmonoxide kan vrijkomen. Houd u aan de gebruiksaanwijzing van toestellen.
Wanneer je een kaarsje aansteekt en er een lamp op richt, zul je zien dat het vlammetje geen schaduw geeft, maar de kaars wel. Licht heeft geen schaduw. Sterker nog, donker of duisternis is eigenlijk 'slechts' de afwezigheid van licht. Steek je een lamp aan, dan is het donker weg.
pauzevlam of kleine gele: gasknop bijna dicht en luchtschijf helemaal dicht. kleine blauwe vlam: gasknop bijna dicht en luchtschijf een heel klein beetje open. grote blauwe vlam: gasknop open en luchtschijf een heel klein beetje open. ruisende blauwe vlam: gasknop open en luchtschijf open.
Bij een perfecte verbranding heeft een gasvlam een blauwe kleur, bij minder rijk gas slaat ze misschien oranje of rood uit. Maar dan nog zorgen de netbeheerders er voor dat de caloriewaarde van het gas aan de normen voldoet.
De temperatuur van een magma of lava hangt af van zijn samenstelling, en kan variëren tussen iets minder dan 600 °C en 1250 °C. Basaltisch magma/lava is de meest voorkomende soort en kent ook de hoogste temperaturen: ongeveer 1000 - 1250 °C. Magma's met een andere samenstelling zijn iets minder heet.
Reacties. Het vuur van een aansteker is een vlam. Een vlam is de kleinste vorm van vuur en varieert tussen de 300 - 1000 graden celcius. Het binnenste blauwe gedeelte van een vlam is het altijd het heetste en het buitenste gele gedeelte het minst heet.