Heeft u een medewerker in dienst van 60 jaar of ouder en raakt deze medewerker in het verzuim? Dan is er nu de 60-plus regeling van het UWV. Met deze regeling, die tot 31 december 2023 loopt, wordt het proces of de medewerker wel of geen uitkering krijgt en welke uitkering dit gaat zijn, versneld.
De seniorenregeling maakt het mogelijk voor oudere werknemers om minimaal 20% minder te werken met behoud van 90% van het brutoloon.
De seniorenregeling is bedoeld om oudere medewerkers vanaf zestig jaar en ouder minder te belasten. Senioren kunnen dankzij deze regeling minder uren per week werken zonder grote financiële gevolgen. Het salaris wordt dan iets verlaagd maar de pensioenopbouw blijft (meestal) gelijk.
Een bekend voorbeeld is de 80/90/100-regeling: je werkt 80%, krijgt 90% van je loon en bouwt 100% pensioen op. Maar die percentages kunnen verschillen: het kan bijvoorbeeld ook 60/80/100 zijn.
Kies je ervoor om te stoppen met werken, dan kan je pensioen vanaf je 62e vervroegd laten uitkeren. De eerste twee jaar van je pensionering (tussen je 60e en 62e) voorzie je dus volledig in je eigen levensonderhoud, bijvoorbeeld met spaargeld.
Werknemers die in 2016 60 jaar oud waren, hebben t/m 2021 recht op 10 doorbetaalde seniorendagen en 2 niet op te nemen maar uitbetaalde dagen. Vanaf 1 januari 2022 hebben ze alleen nog recht op 12 onbetaalde seniorendagen.
Deze tijdelijke wet is gunstig voor werkgevers, die willen meewerken aan pensionering vóór de echte pensioendatum. Hij krijgt meer financiële ruimte, omdat er geen extra belasting betaald hoeft te worden tot het drempelbedrag.
Eerder stoppen met werken kost tussen de 6 en 8 procent van je pensioen voor ieder jaar dat je eerder met pensioen gaat.
In de meeste gevallen kost vijf jaar eerder met pensioen gaan tussen de 6 en 8 procent van je pensioenpot voor elk jaar dat je eerder met pensioen gaat. Dat komt omdat je bij vervroegd pensioen niet langer bijdraagt aan je pensioenopbouw en een langere periode pensioenuitkering krijgt.
In onze regeling gaat je pensioen standaard in als je 67 jaar bent. Dat heet de 'pensioenleeftijd'. Maar je kunt je pensioen eerder laten ingaan. Je kunt je pensioen vanaf je 55ste laten ingaan.
Voor werknemers die op 31 december 2016, 50 jaar of ouder zijn is een overgangsregeling opgenomen. Tot 1 januari 2023 had een werknemer van 54 jaar of ouder recht op de extra vakantie-uren. Per 1 januari 2023 geldt het recht op extra vakantie-uren geldt voor werknemers die 55 jaar of ouder zijn.
De Wet inkomensvoorziening oudere werklozen (IOW) is verlengd. De IOW zou namelijk per 1 januari 2020 aflopen. Werknemers vanaf 60 jaar en 4 maanden die werkloos of gedeeltelijk arbeidsongeschikt worden, kunnen tot 1 januari 2024 aanspraak maken op een IOW-uitkering.
U bereikt uw AOW-leeftijd
Als u uw AOW-leeftijd bereikt, dan stopt uw WAO- of WIA-uitkering vanzelf. U krijgt van ons ongeveer 4 maanden voor uw AOW-leeftijd een brief waarin staat dat u kunt aanvragen.
Per 1 januari 2024 worden bestaande bruto uitkeringen in de WAO/WIA, WW en ZW verhoogd met 3,73%, in lijn met de stijging van het brutominimumloon per maand.
In veel pensioenregelingen kunt u al voordat u de standaard pensioengerechtigde leeftijd bereikt, stoppen met werken. Maar doordat uw pensioen eerder ingaat, wordt de uitkering een stuk lager. U moet namelijk langer rondkomen met uw pensioengeld. Ook heeft u minder jaren waarin u het pensioen opbouwt.
Als je eerder stopt met werken, ontvang je nog geen AOW. Als je jouw pensioen nog niet in laat gaan, of je pensioen nog niet in kan gaan, loop je ook pensioen mis. Mocht je jouw pensioen alvast uit laten keren, ontvang je ieder jaar een lagere uitkering.
Als je vervroegd met pensioen gaat, stop je met werken voor je de AOW- of pensioengerechtigde leeftijd hebt bereikt. Wanneer dat moment komt, bepaal je zelf. Wel moet dit financieel haalbaar zijn. Je wilt natuurlijk wel een bepaalde levenstandaard behouden, als je besluit te stoppen met werken.
Regeling is bedoeld voor werknemers die geboren zijn in de jaren 1955 t/m 1961. Werknemer heeft aantoonbaar lang dienstverband in de sector en is op 1-7-2021 in dienst. Het RVU-bedrag 2022 is maximaal € 1.874,- bruto per maand (€ 22.488,- per jaar)
Werkgevers betalen van 2021 tot en met 2025 geen RVU-heffing over RVU-uitkeringen, als werknemers maximaal drie jaar voor de AOW stoppen met werken. Eerder betaalden werkgevers 52% belasting over de uitkering. De tijdelijke vrijstelling van deze RVU-heffing is onderdeel van het Pensioenakkoord (2019).
Bij een op de vijf cao's met een RVU gaat het echter om bedrijven en sectoren die niet direct met een zwaar beroep worden geassocieerd, zoals de (semi)overheid, financiële dienstverleners, ICT en farmacie. In de helft van de regelingen is geen beperking opgenomen voor zware beroepen.
60-80-100. Bij deze variant werk je 60%, ontvang je 80% loon en bouw je 100% pensioen op. Je moet 62 jaar of ouder zijn en jij en jouw werkgever moeten allebei instemmen met deelname. Alle overige spelregels van het generatiepact die we in de vorige cao afspraken, blijven van kracht.
Leeftijdsdagen, seniorenverlof. In de cao worden aan oudere werknemers naast de reguliere vakantiedagen ook vakantiedagen toegekend op grond van het bereiken of bereikt hebben van een bepaalde leeftijd, de zgn. leeftijdsdagen. Deze leeftijdsdagen worden ook wel aangeduid als seniorendagen of seniorenverlof.
Wie heeft recht op rimpeldagen? Alle werknemers in de zorgsector, ongeacht of ze met zorgtaken bezig zijn. Zo hebben verpleegsters in een ziekenhuis er recht op, maar ook het personeel in ondersteunende diensten zoals de boekhouding.