C2000 is het communicatiesysteem voor de hulpdiensten. Politie, brandweer, ambulancediensten, onderdelen van het ministerie van Defensie en daaraan gekoppelde organisaties gebruiken het digitale systeem voor hun mobiele communicatie.
VHF laag (70-87 MHz): mobilofoons (voorheen politie) (NBFM) VHF hoog (117,975-137 MHz): civiele luchtvaartcommunicatie (AM) VHF hoog (137-156 MHz): radiozendamateurs, mobilofoons, portofoons (voorheen brandweer) (NBFM)
Vele, vele jaren geleden kon je gewoon met een scanner meeluisteren met politie- en brandweerberichten. Alles was analoog en het berichtenverkeer was niet versleuteld. Toen de hulpdiensten overstapten op C2000 was het gedaan met de pret. Dit stevig versleutelde digitale communicatiesysteem was niet afluisterbaar.
P2000 maakt gebruik van de frequentie 169,650 MHz.
De officier van justitie kan voor het onderzoek naar een misdrijf in bepaalde gevallen de politie opdracht geven om telefoongesprekken af te luisteren en op te nemen of ander elektronisch verkeer te onderscheppen (denk aan e-mail, sms, WhatsApp en Facebook Messenger).
Telefoongesprekken kunnen afgetapt worden door politie, het Openbaar Ministerie en de inlichtingen- en veiligheidsdiensten. Bij de meeste chatdiensten zoals WhatsApp en Signal kan dat niet. Er is geen wettelijke aftapbaarheidsverplichting voor de apps, bovendien is er praktisch gezien niet eens een ingang.
De camera of de microfoon van je telefoon gaat zomaar aan.
Als je camera of microfoon actief is en je hebt zelf geen app geopend die je fototoestel, videocamera en/of je microfoon gebruikt, kan het zijn dat iemand je bespioneert of afluistert.
C2000 is het communicatiesysteem voor de hulpdiensten. Politie, brandweer, ambulancediensten, onderdelen van het ministerie van Defensie en daaraan gekoppelde organisaties gebruiken het digitale systeem voor hun mobiele communicatie.
De A1 en A2 urgentie kan uitgegeven via een Directe Inzet Ambulance (DIA). Bij een DIA inzet is het adres bekend en is de centralist nog bezig met het uitvragen van de melder. Aan de hand van de informatie kan de meldkamer beslissen om op te schalen naar A1 of A2 door te laten rijden.
De ambulancebemanning moet binnen 30 minuten ter plaatse te zijn. B1 rit - Planbare rit van patiënt die voor onderzoek of behandeling naar en van de ziekenhuizen gebracht moeten worden. Mogelijk is onderweg medische behandeling nodig. B2 rit - Planbare rit waarbij de patiënt geen medische behandeling nodig heeft.
Dat doen we nu natuurlijk met 112 Nederland. In deze app krijgt u in een zelf op te geven straal rond uw locatie precies te zien wat er allemaal gebeurt en elke melding kunt u op een Google-kaart terugvinden. Ook kunt u aanvullende locaties opgeven. Download '112 Nederland' hier.
Denk aan scheepvaart, taxi, bedrijven, beveiliging, kerkradio en portofoons en maar ook 27 mc kanalen. De scanners van tegenwoordig zijn wel veel makkelijker te bedienen met optionele software en kabel mogelijkheden. En via internet is het makkelijk om aan frequenties te komen waar je naar wil luisteren.
De oude tweetonige sirenes van politie en brandweer en de drietonige sirene van ambulances hebben aan effectiviteit verloren. Dat komt doordat auto's steeds beter geïsoleerd zijn. Deze twee soorten sirenes zijn afgeschaft. De nieuwe, huidige sirene is alle hulpdiensten hetzelfde.
Wat is niet-spoedeisende ambulancezorg (B-inzet)?
De ambulance wordt ingeschakeld om bijvoorbeeld een patiënt te vervoeren van de ene zorginstelling naar de andere of een patiënt vanuit huis liggend te vervoeren naar therapie of behandeling. Ongeveer de helft van het ambulancevervoer is niet-spoedeisende ambulancezorg.
Een spoedrit is in opdracht van de meldkamer. Gezien de ernst van de melding dient de ambulance hierbij binnen 15 minuten (A1) dan wel 30 minuten (A2) ter plaatse te zijn. De meldkamer stelt de classificatie vast.
Prio (-1, -2 en -3)
Prio 2 is minder dringend maar er mogen eventueel signalen worden gevoerd en fietspaden en trottoirs worden gebruikt. Prio 3 is het minst ernstig; geen signalen en geen (aanvullende) voorrang op andere verkeersdeelnemers.
Capcodes in de alarmontvanger
In het geheugen van een pager kunnen meerdere (meestal 16) capcodes geprogrammeerd worden. Een capcode is grofweg vergelijkbaar met een telefoonnummer of IP-adres en identificeert de bedoelde ontvanger.
Spelers krijgen van een lokaal socialemedia-account van de politie een uitnodiging om mee te spelen of mee te praten in de groep. Een speler bepaalt altijd zelf om wel of niet deel te nemen. Tot slot is er ook een live videoverbinding: de spelers zien dan de agent in uniform met wie zij gamen en praten.
Nadat een smartphone (rechtmatig) is ontgrendeld heeft de politie in beginsel toegang tot alle informatie op het apparaat. De gemiddelde smartphone bevat informatie over locaties en bezigheden van een verdachte. Op die manier kan er een enorme hoeveelheid privégegevens worden uitgelezen.
De politie speelt hier een belangrijke rol in. Telefoons aftappen of gesprekken afluisteren mag alleen als er sprake is van (verdenking van) een ernstig misdrijf en als de rechtsorde gevaar loopt. De periode mag niet langer dan vier weken duren en de rechter-commissaris moet er toestemming voor gegeven hebben.
Opsporingsdiensten kunnen de versleuteling van de verstuurde berichten niet kraken en niet meelezen met de inhoud.
Op Telegram kun je eenvoudig lid worden van groepen waarin zich criminele zaken afspelen. Daarnaast kunnen op Telegram grote groepen worden aangemaakt met 200.000 deelnemers. De versleutelde berichten die via de geheime chat worden verstuurd kunnen bovendien niet afgeluisterd worden door bijvoorbeeld te politie.
Nee. Alleen de ambtenaren die daarvoor geautoriseerd zijn door de politie. Omdat de politie zulke gevoelige persoonsgegevens verwerkt, stelt de wet strikte eisen aan het systeem dat regelt wie waar toegang toe heeft.
Het antwoord is ja, maar alleen als jij (of iemand anders) daar toestemming voor geeft. Zo zit het. Standaard zijn WhatsApp-berichten beveiligd met end-to-end-encryptie. Deze versleuteltechniek zorgt ervoor dat niemand de inhoud van berichten kan lezen, behalve de verzender en ontvanger.
Dit kan te maken hebben met veiligheid van het personeel (bijvoorbeeld bij steek -of schietpartijen) of omdat de politie veel sneller ter plaatse kan zijn en al handelend kan optreden (bijvoorbeeld door het beginnen met reanimeren). Bij meldingen op privé adressen wordt de politie (in principe) niet mee gestuurd.