Op de leeftijd van 20-30 maanden kunnen de meeste kinderen aangeven dat ze gepoept hebben of moeten poepen. De meeste kinderen zijn met de leeftijd van 2,5-3 jaar overdag droog en met de leeftijd van 3-4 jaar 's nachts droog. Een kind kan eerst 's nachts droog zijn en daarna overdag.
Bij angst voor poepen kunt u structuur bieden door na ieder eetmoment het kind minimaal vijf minuten op de wc te laten zitten. Op deze manier wordt het normaal. Als uw kind wel aangeeft dat het moet poepen maar het niet durft op de wc kunt u afspreken dat het dan tijdelijk een luier om mag tijdens het poepen.
Lichamelijk zou een kind van anderhalf jaar al klaar zijn om te beginnen met zindelijk worden. De meeste kinderen krijgen pas interesse voor zindelijkheid tussen de twee en de drie jaar. Rond de drie jaar zijn de meeste kinderen overdag zindelijk.
Als een kind niet op de wc wil poepen, kunnen daar verschillende oorzaken van zijn, zegt orthopedagoog Loes Waanders: "Sommige kinderen zijn bang om in de wc te vallen. Of ze hebben een negatieve associatie met poepen zelf, doordat ze bijvoorbeeld een keer diarree of harde, pijnlijke ontlasting hebben gehad.
Als je kind heel expressief is over "poepen" of "plassen" of gromt en hurkt, kan dit erop wijzen dat hij klaar is om met zindelijkheidstraining te beginnen. Je kind kan verlegen zijn en liever alleen worden gelaten op zulke momenten, dat is een ander teken dat hij er klaar voor is.
Heerlijk om geen luiers meer te hoeven verschonen, maar toch zien veel ouders er tegenop: zindelijkheidstraining. Toch kunnen kinderen al vroeg zindelijk worden, vertelt psycholoog Debby Mendelsohn in een podcast van Ouders van Nu.
Laat je peuter niet te lang op het potje zitten. Enkele minuten is voldoende. Geef complimentjes, bijvoorbeeld als je kind tegen je gezegd heeft dat het naar de wc moet, iets gedaan heeft of het heeft geprobeerd.
Heeft je kind moeite om op het potje of op de wc te gaan zitten, ga dan vooral niet pushen. Hou het leuk en begeleid hem op een respectvolle en liefdevolle manier naar de wc of het potje. Blijf erbij als hij zijn behoefte doet. Geef duidelijk aan wat je van hem verwacht en zorg dat het leuk is.
Je kunt het potje introduceren door je kind er na een maaltijd of na een slaapje op te zetten (of op de wc met wc-brilverkleiner). Op deze momenten is de kans het grootst dat een kind moet plassen en/of poepen. Terwijl je kind op het potje zit, lees je bijvoorbeeld een verhaaltje voor.
Kinderen worden tegenwoordig een jaar later zindelijk dan 50 jaar geleden. Toch kun je ook nu nog je kinderen met 1,5 jaar uit de luiers hebben. Maar lang niet iedereen weet nog hoe je je kinderen op een leuke manier zindelijk kan maken.
Zindelijkheid op 36 tot 72 maanden
Je kindje leert nu ook om 's nachts droog te blijven en heeft geen luier meer nodig!
Deze kan variëren van 3 maal per week tot 3 maal per dag. Zolang het kind geen klachten heeft, zoals harde ontlasting, pijn tijdens het poepen, buikpijn, vieze broeken e.d., is er geen reden tot zorgen.
Meestal begin je met zindelijk worden overdag en trek je ze 's nachts nog even een luier aan. Zodra je kindje de dag helemaal droog door komt kan je 's nachts doorpakken. Laat je kindje niet te veel voor bedtijd drinken en voordat hij gaat slapen altijd eerst even op het potje.
Wat kan er fout lopen bij de zindelijkheidstraining? Het hanteren van te strikte hygiëne thuis kan ervoor zorgen dat het kind vies wordt van andere toiletten. Het kind is thuis vaak gewoon van in een paleis naar het toilet te mogen gaan, maar op school is dit meestal niet het geval.
Sommige peuters plassen zelfs nog veel meer. Maar dat is tegelijkertijd ook goed nieuws. Al deze 'ongelukjes' zorgen er namelijk voor dat hij of zij het gevoel van aandrang leert herkennen. Als een peuter zo'n 20x per dag plast kun je dus goed oefenen.
Zet 'm gewoon neer op een handige plek, in de badkamer of naast de wc, en laat je kind het potje zelf ontdekken. Het is wel belangrijk dat je kind het leuk vindt om op het plaspotje te gaan zitten. Leg daarom niet de nadruk op het plaspotje, door te zeggen: 'Je gaat nu op het potje'. Maar maak er iets gezelligs van.
Soiling (het achterlaten van sporen in de onderbroek) kan ontstaan door het niet goed uit kunnen poepen, waardoor soms restjes ontlasting net boven de kringspier achterblijven. Bij bewegen komt dit alsnog naar buiten. Geen aandranggevoel van de ontlasting hebben. Verlies van kleine beetjes slijm uit de anus.
Begin bijvoorbeeld met één tot drie keer per dag. Kijk wat het beste past in het ritme van jouw gezin. Doordat je kind regelmatig op het potje zit, zal hij niet zo vaak nog een keer extra hoeven. Moet hij toch een keer, dan geeft hij dat waarschijnlijk zelf aan, bijvoorbeeld door het potje naar je toe te brengen.
Overigens zijn er mensen die dit om die reden juist geen goed idee vinden, want een kind half slapend laten plassen betekent dat hij zich er niet bewust van is, en dat werkt dan dus niet bevorderlijk voor het proces. Echter, het vergroot de kans op een droge nacht aanzienlijk.
Je kind begint de eerste woordjes te zeggen als het één tot anderhalf jaar oud is. Als je kind vier jaar wordt, kan het al (eenvoudige) zinnetjes maken. Wanneer je dagelijks veel aandacht besteedt aan praten met je kind en luisteren, dan leert het steeds beter praten.
Zindelijk worden heeft te maken met het voelen van je eigen lichaam, je moet erop letten wat je bij jezelf voelt. Voor het eerst komt er een soort scheiding tussen het boven- en onderlichaam. Wat er van boven ingaat is lekker en goed. Wat er van onderen uitkomt is vies en moet weg.