4. Fantasie en Rollenspel (vanaf 3 jaar) Dit spelniveau kan bij kinderen soms veel later komen.
6-9 jaar. Op deze leeftijd zijn veel kinderen dol op voetbal, fietsen, skaten, verstoppertje spelen et cetera. Ze willen vooral motorische grenzen verleggen.
Vanaf 3+ jaar oud
Ook slimme spelletjes zoals Memory doen het goed vanaf deze leeftijd!
Spelen helpt je baby bij het ontwikkelen van de fijne motoriek en de oog-handcoördinatie. Vanaf drie maanden gaat je baby naar speelgoed grijpen. Goed speelgoed is dan bijvoorbeeld een mobiel, muziekdoosje en stoffen ballen. Vanaf vier tot zes maanden is speelgoed met geluid geschikt, zoals een rammelaar.
Je baby van 15 maanden kan steeds steviger staan en is waarschijnlijk aan het oefenen met lopen of cruisen (of kan dit al). Tijd om die beentje en heupjes eens lekker los te schudden en een potje te swingen! Zet de favoriete muziek van je kleine aan, pak je kindje bij zijn handjes en dansen maar!
Een bal gooien. Blokjes stapelen. Vormen in een vormenstoof doen. Anderen nadoen en rollenspelletjes, zoals theekransjes, (dieren)doktertje spelen.
Je kind wordt het komende halfjaar steeds zelfbewuster en oefent zijn eigen willetje. Ook valt er steeds meer te spelen en te doen. Je peuter van 1,5 jaar kan al tekenen, in boekjes bladeren en hoge torens bouwen (om ze vervolgens weer om te gooien).
Je baby van 18 maanden oud is waarschijnlijk al een tijdje door het huis aan het cruisen en neemt jou de hele dag mee op sleeptouw aan één of twee handjes. Al dat oefenen werpt zijn vruchten af: het lukt je kindje om (binnenkort) kleine stukjes zelfstandig te lopen!
Spelontwikkeling kind 4 jaar
Hij doet rollenspellen en verzint zelf verhaaltjes. Denk aan spelletjes als vadertje en moedertje, superman of prinses spelen, of politie en boef. Fantasiespel is goed voor z'n verstandelijke ontwikkeling en denkvermogen: hij leert zo hoe anderen denken en doen.
Voor de leeftijd 2 t/m 4 jaar is er de preschool-lijn, die voortborduurt op de Woezel & Pip zoals ze ooit zijn ontwikkeld voor 0 tot 2-jarigen. Voor die jongste groep ontwikkelen we nu een lijn waarin Woezel & Pip volledig 'connecten' met de behoeften van jonge ouders en baby's, met een nieuwe look-and-feel.
Prima spel voor de hersenen dus. Maar ook wat betreft sociale skills hebben kinderen er baat bij. Door een spel als verstoppertje leren kinderen om de beurt te spelen (doordat ze de ene keer mogen zoeken en de andere keer mogen verstoppen), en leren ze werken als team.
Het onderpresterende kind voelt zich ongelukkig. Het raakt gefrustreerd dat het niet zichzelf kan zijn en zijn vaardigheden kan inzetten op zijn eigen niveau van denken en doen, zoals hij gewend was voordat hij naar de basisschool ging[2].
Tweejarigen zitten boordevol energie. Rennen, springen of klimmen: ze worden er steeds vlotter en beter in. Maar ook de fijne motoriek vordert snel. Knutselspeelgoed, bouwblokken of puzzels zijn manieren om de ontwikkeling van de fijne motoriek te stimuleren.
Wat is Montessori speelgoed? Montessori speelgoed is speelgoed dat kinderen aanmoedigt om te leren en te experimenteren. Het moet speelgoed zijn wat goed kan worden vastgehouden en aangeraakt. Het is voor kinderen heel belangrijk om hun fijne motoriek te ontwikkelen.
Een dreumes van achttien maanden begrijpt zo'n tweehonderd woorden en korte zinnen, denk aan 'waar is je schoen' of 'pak de bal'. Het spreekt rond de vijftig woorden. Een dreumes begint nu te brabbelen en leert de eerste woordjes. Een taalontwikkelingsstoornis is dan wat makkelijker te herkennen.
Met potten en pannen spelen of zelf een boodschapje vasthouden maken je kind trots. Je kunt ook spelletjes doen waarbij je kind je nadoet: klappen in de handjes, zwaaien, geluidjes maken of woordjes zeggen. Je kind zal graag samen kijken in eenvoudige boekjes of luisteren naar een zelfverzonnen verhaaltje.
Kinderen begrijpen al wel de vaste volgorde van dingen, maar nog niet wat ze met elkaar te maken hebben. Een kind snapt alleen regels op het moment dat ze gegeven worden. Daarbij zijn regels gekoppeld aan degene die ze geeft en de situatie waarin ze gegeven worden.