Al vanaf het moment dat je baby nieuwsgierig om zich heen kijkt, kun je gaan beginnen met voorlezen. Dat is wanneer je baby circa 3 maanden oud is.
Beginnen met voorlezen
Vanaf ongeveer vier maanden kun je je baby al boekjes voorlezen. Bij jonge kinderen benoem je vooral wat je op de plaatjes ziet. Als je kind iets aanwijst, kun je vertellen wat dat is en er nog iets aan toevoegen: 'Kijk daar, een eend! De eend zegt kwak, kwak, kwak.
Kinderen die al jong worden voorlezen, hebben daar op school profijt van. Op 7- tot 10-jarige leeftijd hebben zij gemiddeld een rijkere woordenschat, een sterker leesbegrip en een hogere leesmotivatie (Demir-Lira et al., 2019). Op de basisschool kan voorlezen ook stimulerend werken.
Voorlezen is een belangrijke stimulans voor de taalontwikkeling. Zo staan in boekjes bijvoorbeeld afbeeldingen en woorden die je in het dagelijkse leven niet zo snel ziet of gebruikt. Door die woorden voor te lezen, wordt de woordenschat van de kinderen groter.
Betrek je baby bij het voorlezen: maak oogcontact, wijs aan, reageer op brabbels• Speel met je stem: langzaam, snel, fluisteren, vrolijk roepen, emotie in je stem… Maak je geen zorgen als je kindje keer op keer hetzelfde boekje wil lezen. Daar leert je kindje juist van!
Voorlezen prikkelt de fantasie en nieuwsgierigheid van kinderen. Door samen met kinderen in een verhaal te duiken, komen ze in een andere wereld terecht en leren ze nieuwe en onbekende dingen kennen. Hun dagelijkse wereld wordt groter, ze kunnen meeleven en zich identificeren met personages.
Voorlezen stimuleert de taalontwikkeling van je kleine. Hij leert daarmee nieuwe woordjes kennen en kan in een later stadium begrijpen hoe hij zinnen moet opbouwen. Door samen na te praten over het boek stimuleer je je kindje om actief aan de slag te gaan met taal.
Hoe je kindje op 18 maanden contact leert maken met mensen rondom haar. Kan bang zijn van onbekenden, maar toont genegenheid aan vertrouwde mensen. Toont belangstelling door iets aan te wijzen. Geeft bij het spelen graag dingen aan mensen en houdt van rollenspel.
Lezen heeft een bewezen positief effect op woordenschat, spelling, begrijpend lezen en schrijven. Kinderen die minimaal 15 minuten lezen per dag, lezen 1.146.000 woorden per jaar. Hun woordenschat kan met 1000 nieuwe woorden per jaar groeien.
Kies in het begin vooral een kinderboek dat je ook zelf leuk vindt om uit voor te lezen. Je kindje zal het aan je intonatie merken wanneer jij het een verschrikkelijk boek vindt. En wanneer jij plezier beleeft aan het voorlezen, geef je dat enthousiasme weer door aan je baby.
Telkens voor het slapengaan een boekje of sprookje voorlezen, is daarom een perfect avond- en slaapritueel. Routine zorgt ervoor dat kinderen zich kunnen ontspannen.Daardoor slapen ze beter én vallen ze makkelijker in slaap. De ideale oplossing dus als bedtijd bij jullie moeizaam verloopt.
Als je elke dag 15 minuten voorleest, leert je kind per jaar 1000 nieuwe woorden. Nederland LeestDe leesvaardigheid van tieners neemt af, met alle gevolgen van dien voor opleiding en werk later.
Baby's, peuters en kleuters die door hun ouders van jongs af aan worden voorgelezen, ontwikkelen een voorsprong op het vlak van taalontwikkeling. “Voorlezen draagt bij tot een beter taalgevoel en taalbegrip. Kinderen leren ook beter luisteren en trainen hun concentratievermogen.”
Dikke stoffen en plastic babyboekjes en vanaf een maand of 6 kartonnen boekjes: dit is voor je baby leuk oefen- en speelmateriaal. Daarmee kan je kind vooral ontdekken wat hij allemaal kan en zo zal hij het in het begin ook zien: als een leuk speeltje.
Boekjes met patronen zijn om die reden in de eerste maanden ideaal voor je baby. Andere boekjes, zoals knisperboekjes en voelboeken, zijn ook een goed idee om je baby te helpen bij het ontwikkelen van zijn zintuigen. Benoem waar je baby naar kijkt, zing een liedje, maak geluiden en ontdek samen de wereld om je heen.
' Ook kan je peuter lichaamsdelen aanwijzen bij een pop, zoals de neus of de voet. In deze fase begint je kind steeds meer eenvoudige woorden te zeggen. Rond 18 maanden kunnen de meeste kinderen minimaal tien woorden zeggen.
18 maanden t/m 2,5 jaar
Een mooi schema zou daarom kunnen zijn: Tussen 6:00 en 7:30 start van de dag. Tussen 12:00 en 13:00 start middagslaapje van ongeveer 2 uur en 15 minuten voor kindjes van 18 maanden en ongeveer 2 uur voor oudere kinderen. Tussen 18:00 en 18:30 start bedtijdroutine.
- Ik kan al lopen en soms zelfs al rennen en klimmen.- Ik kan krassen met een kleurpotlood en een blokkentoren maken.- Ik kan al zelfstandig eten. Moedig je kind aan om zijn vingers en handen te gebruiken om dingen te ontdekken.
Wie leest, leert de wereld!
Wie goed leest en verhalende en informatieve teksten begrijpt, kan kennis opdoen en zich ontwikkelen. Gaat het alleen om kennis? Nee, verhalen en gedichten helpen je kind en tiener ook om zich beter in te leven en om meer begrip te hebben voor anderen.
Je kleuter kan al lezen. Is hij hoogbegaafd? Sommige kinderen kunnen al lezen lang voordat ze in groep 3 zitten. Als jouw kleuter al leest, vraag je misschien af of je zoon of dochter hoogbegaafd zou kunnen zijn.
Reageer rustig en duidelijk als iets niet mag
Het kan helpen als je rustig, duidelijk en steeds op dezelfde manier reageert. Zo maak je het minder interessant voor je kind om door te gaan. Soms kun je ook negeren wat je kind doet en juist aandacht geven aan wat wel goed gaat.
Voorlezen helpt ook bij de ontwikkeling van verbeeldingskracht en de creativiteit van kinderen. Kijken naar illustraties in boeken en luisteren naar verhalen, helpt bij het vormen van een levendig beeld van personen en situaties.
Goed voor de ontwikkeling
Onderzoek wijst uit dat kinderen die van jongs af aan worden voorgelezen betere leerprestaties hebben op school. Ze zijn gemotiveerd om te leren lezen, ze zijn taalvaardiger en ze begrijpen teksten beter.
Bij interactief voorlezen praten voorlezers voor, tijdens en na het voorlezen met de kinderen over het verhaal. Ze stellen bijvoorbeeld vragen over de gebeurtenissen en de personages in het verhaal. Daarnaast kunnen voorlezers kinderen uitnodigen om verbanden te leggen, zowel binnen het verhaal als daarbuiten.