Naast het feit dat op de eerste plaats het soefisme beoefend wordt, bezit Tsjetsjenië meerdere religieuze minderheden. De belangrijkste daarvan is het orthodoxe christendom. Daarnaast zijn er de zogenoemde 'bergjoden' en de etnische Russen, die het Russisch orthodoxe christendom belijden.
De overgrote meerderheid van de Tsjetsjenen zijn moslim en wonen in Tsjetsjenië, een autonome republiek binnen de Russische Federatie. Ze zijn etnisch gezien nauw verwant aan hun buurvolk, de Ingoesjen. De meeste Tsjetsjenen en Ingoesjen beschouwen elkaar als "broeders".
Tsjetsjenië is overwegend soennitisch moslim . Het grootste deel van de bevolking volgt de Shafi'i of de Hanafi scholen van jurisprudentie, fiqh. De Shafi'i school heeft een lange traditie onder de Tsjetsjenen, en blijft daarom de meest beoefende.
Tsjetsjeens wordt door 3 miljoen mensen gesproken in de Tsjetsjeense Republiek. Maar ook door de Tsjetsjenen in Rusland, Europa, Jordanië, Centraal-Azië en Georgië. Ze vormen de Vainakh-tak samen met de Ingush; kenmerkend hierbij zijn het grote aantal verwante woorden en de verstaanbaarheid onderling.
In 1818 lijft de genadeloze generaal Alexej Jermolov de Kaukasus in en hij sticht GROZNY. Dit betekent “de verschrikkelijke”. Vanuit deze militaire basis wil hij het volk dat hij schurken en bedriegers noemt, uitroeien.
In het Russisch betekent "Grozny" "angstaanjagend", "bedreigend" of "verschrikkelijk" , hetzelfde woord als in Ivan Grozny (Ivan de Verschrikkelijke). Hoewel de officiële naam in het Tsjetsjeens hetzelfde is, staat de stad informeel bekend als "Соьлжа-Гӏала" ("Sölƶa-Ġala"), wat letterlijk "de stad (гӏала) aan de Sunzha-rivier (Соьлжа)" betekent.
Vandaag de dag blijft Tsjetsjenië onderdeel van Rusland, maar met eigen bevoegdheden. De republiek grenst aan de republieken Dagestan, Ingoesjetië en Noord-Ossetië. Deze republieken zijn ook onderdeel van Rusland. Daarnaast grenst het gebied nog aan het zelfstandige Georgië.
Tsjetsjenië was vanaf 1996 een paar jaar onafhankelijk, al was het er nooit rustig.
Jordaanse Tsjetsjenen zijn tweetalig in zowel Tsjetsjeens als Arabisch , maar spreken onderling geen Arabisch, maar alleen Tsjetsjeens met andere Tsjetsjenen. Sommige Jordaniërs zijn ook geletterd in Tsjetsjeens, omdat ze erin geslaagd zijn om te lezen en schrijven met mensen die Jordanië vanuit Tsjetsjenië bezoeken.
Het Nederlands wordt met het Duits, Engels, Zweeds en Deens gerekend tot de Germaanse talen. De onderlinge verstaanbaarheid tussen deze talen verschilt. Deens en Zweeds zijn onderling het meest verstaanbaar, maar ook Nederlands en Duits zijn over en weer verstaanbaar.
De grootste godsdiensten zijn het christendom (2,4 miljard mensen, 30 procent van de wereldbevolking), de islam (24 procent), het hindoeïsme (15 procent) en het boeddhisme (6 procent).
Tsjetsjenen zijn inheems in de Noord-Kaukasus en zijn etnisch gezien nauw verwant aan de Ingoesjeten, met de grote meerderheid in Tsjetsjenië. Tsjetsjenen zijn soennitische moslims . De dominante vorm van sociale organisatie onder Tsjetsjenen is de clan. Tsjetsjenen is een van de Kaukasische taalfamilies.
Tot slot werd aangevoerd dat Tsjetsjenië een belangrijk knooppunt is in de Russische olie-infrastructuur en dat afscheiding van Tsjetsjenië schadelijk zou zijn voor de economie en de toegang tot energie van het land.
wordt het afgeraden om naar de volgende regio's van de Noord-Kaukasus te reizen: Dagestan, Tsjetsjenië, Ingoesjetië en Kabardië-Balkarië. Er bestaat een risico op terreuraanslagen in Rusland. Een terreuraanslag in een buitenwijk van Moskou in maart 2024 heeft 145 dodelijke slachtoffers veroorzaakt.
Meer dan de helft (55 procent) van de Nederlanders van 15 jaar of ouder is niet gelovig. In 2020 rekende 20 procent van de Nederlanders zich tot de katholieke kerk, 14 procent was protestants, 5 procent moslim en 5 procent behoorde tot een andere religieuze groep.
Mede door de aanslagen op 11 september 2001 stelde Rusland de strijd tegen Tsjetsjeense milities en hun aanwezigheid in Georgië voor als onderdeel van de strijd tegen internationaal terrorisme.
In feite worden alle Arabisch sprekende mensen opgevoed in een dialect, ook wel omgangstaal genoemd. De dialecten verschillen onderling, waardoor Arabischsprekende inwoners uit verschillende regio's elkaar moeilijker kunnen verstaan.
97% of meer van de Tsjetsjenen beweert dat Tsjetsjeens hun moedertaal is, hoewel de meesten ook Russisch spreken, over het algemeen vrij vloeiend .
Tsjetsjeens staat op de UNESCO-wereldatlas van bedreigde talen als kwetsbare taal .
Tsjetsjenië wordt internationaal niet erkend als een soevereine staat . Het verklaarde zich in september 1991 onafhankelijk van Rusland en nam de naam Tsjetsjeense Republiek ltsjkerië aan. In december 1994 stuurde de Russische Federatie troepen naar de republiek en gebruikte op grote schaal mijnen.
Tsjetsjenië, voluit de Tsjetsjeense Republiek (Russisch: Чеченская республика, Tsjetsjenskaja Respoeblika; Tsjetsjeens: Нохчийн Республика, Noxçiyn Respublika), is een autonome deelrepubliek van de Russische Federatie, gelegen in de Noordelijke Kaukasus.
In 1996 werd er een wapenstilstand gesloten, waarmee Tsjetsjenië in de praktijk zelfstandig werd. Dat zinde Vladimir Poetin niet, en toen hij in 1999 aan de macht kwam, begon hij de Tweede Tsjetsjeense Oorlog. Officieel eindigde de oorlog rond 2002 met een Russische overwinning.
Leden van de voormalige veiligheidsdienst van Tsjetsjenië maken deel uit van de Kadyrovtsy en vormen nu het 80.000 man sterke 'privéleger' van de Tsjetsjeense dictator Ramzan Kadyrov (45).
België Volgens schattingen wonen ongeveer 17.000 Tsjetsjenen in België.