Röntgenstralen dringen gemakkelijk door de huid, maar bijvoorbeeld moeilijk door het bot. De stralen geven een zwart, grijs of wit computerbeeld, afhankelijk van wat in beeld komt.
Bij een vlekje op de long is vaak aanvankelijk niet met zekerheid te zeggen of dit goedaardig of kwaadaardig is. Er zijn dan aanvullende onderzoekingen nodig, zoals een CT scan of een PET scan. Hiermee kun je zien of er beschadiging is opgetreden, en of er uitzaaiingen zijn.
De röntgenstralen geven een zwart, grijs of wit computerbeeld: weefsels die veel röntgenstralen absorberen geven witte beelden, terwijl weefsels die weinig straling absorberen zwarte beelden laten zien.
Onderzoeken bij bottumoren
Op een röntgenfoto of MRI scan is de tumor vaak te zien. MRI (Magnetische Resonantie Imaging) is een techniek om afbeeldingen van het lichaam te maken met een zeer sterke magneet en radiogolven om een goed 3D-beeld van de afwijking te krijgen.
Terwijl de tafel verschuift, maakt de CT-scan een aantal foto's. Op een foto is telkens een ander stukje van het orgaan of weefsel afgebeeld. Deze foto's maken een tumor en eventuele uitzaaiingen zichtbaar. Ze laten ook zien hoe groot de tumor is en welke vorm deze heeft.
Bij een röntgenonderzoek worden weefsels en structuren van het menselijk lichaam zichtbaar gemaakt door röntgenstralen of X-stralen. Tijdens het onderzoek lig je op een röntgentafel met daarboven een röntgenbuis. Uit de röntgenbuis worden röntgenstralen gestuurd doorheen het te onderzoeken lichaamsdeel.
Plaveiselcelcarcinoom en basaalcelcarcinoom zijn vaak bobbeltjes met een lichtere kleur, bijvoorbeeld bleekroze of rozerood. Bekijk hier hoe een basaalcelcarcinoom of een plaveiselcelcarcinoom er uit kan zien. Een melanoom heeft vaak meerdere kleuren zoals verschillende tinten bruin of zwart, maar kan ook rood zijn.
De huisarts of specialist kan een aantal onderzoeken voorstellen om vast te stellen of het om uitzaaiingen gaat, zoals een bloedonderzoek, PET-CT-scan, longfoto of CT-scan van de borstkas, echografie van de lever of CT-scan van de buik, botscan of MRI-scan.
Röntgenfoto's worden gemaakt om de situatie in uw mond goed te kunnen beoordelen. Op een röntgenfoto zijn de tanden en het kaakbot vele malen beter zichtbaar dan met het blote oog. Zo kunnen er bijvoorbeeld (beginnende) gaatjes, ontstekingen en eventuele andere afwijkingen van de tanden of kiezen onderzocht worden.
Een goedaardige tumor kenmerkt zich vaak door een ronde vorm. Een kwaadaardige tumor daarentegen groeit meer als een aardappel die begint uit te lopen. Deze 'sprieten' groeien door de wanden van omliggend weefsel en organen heen.
Gebieden waar geen water is, zoals lucht of bot, geven geen signaal en zijn zwart op de scan.
longkanker: De bevindingen op de röntgenfoto zijn heel wisselend. Meest voorkomend is een verdichting in het longweefsel, die te zien is als een witte bol. Soms is een atelectase de enige afwijking, soms is er een verbreding van het weefsel zichtbaar achter het borstbeen of zit er vocht tussen de longvliezen.
Een vlekje op de longen wijst op een afwijking; deze kan goedaardig of kwaadaardig zijn. Om te kunnen vaststellen wat de oorzaak is van de afwijking, is verder onderzoek nodig. Deze folder geeft u informatie over de longen en de verschillende onderzoeken.
Een longfoto is een röntgenfoto van de borstkas. Hiermee kunnen afwijkingen van longen, hart of lymfeklieren in de borstkas worden opgespoord. Bijvoorbeeld een longontsteking, vocht achter de longen of een vergroting van het hart.
Mogelijke klachten bij uitzaaiingen zijn: botpijn, misselijkheid, hoofdpijn, benauwdheid en vermoeidheid. Bij uitzaaiingen zijn er behandelingen mogelijk die uw leven verlengen en klachten verminderen, bijvoorbeeld bestraling tegen pijn.
Het laten maken van één of twee, of zelfs meerdere röntgenfoto's per jaar kan geen kwaad. Röntgenstraling is alleen schadelijk als u er vaak en lang aan blootgesteld wordt.
De verschillende organen, weefsels en botten laten niet dezelfde hoeveelheid straling door. Daardoor is het mogelijk om de verschillende structuren in het lichaam op een röntgenfoto te onderscheiden. Met een gewone röntgenfoto zijn de bloedvaten niet goed zichtbaar.
De radioloog beoordeelt de foto's en stuurt hiervan een verslag naar de behandelend arts. U krijgt van de behandelend arts de uitslag van de foto's te horen.
Nee, kanker opsporen met alleen een bloedafname, zonder te zoeken naar een specifieke kanker, kan niet. Als een arts een bepaalde kanker vermoedt, kan hij in een aantal gevallen wel (proberen) die op te sporen in het bloed. Meestal volstaat een bloedonderzoek echter niet.
Meestal is een behandeling van longuitzaaiingen gericht op het terugdringen van de ziekte en/of het verminderen van klachten. Dit heet een palliatieve behandeling. De behandeling kan het leven verlengen. Heel soms kan een enkele longuitzaaiing genezend behandeld worden.
Darmkanker kan uitzaaien naar de buikholte en dat buikvlies. Een combinatie van een operatie en chemotherapie direct in de buik (HIPEC) kan de uitzaaiingen soms genezen. HIPEC staat voor Hypertherme IntraPeritoneale Chemotherapie. De behandeling kan alleen als er geen uitzaaiingen zijn naar de lever of de longen.
Een echografie is een onderzoek met geluidsgolven. Deze golven hoor je niet. De weerkaatsing (echo) van de golven maakt organen en weefsels zichtbaar op een beeldscherm. Zo kan de arts de organen in het lichaam beoordelen en een mogelijke tumor en/of uitzaaiingen zien.
Terwijl de tafel verschuift, maakt de CT-scan een aantal foto's. Op een foto is telkens een ander stukje van het orgaan of weefsel afgebeeld. Deze foto's maken een tumor en eventuele uitzaaiingen zichtbaar. Ze laten ook zien hoe groot de tumor is en welke vorm deze heeft.
Het woord "kanker" is afgeleid van het Latijnse woord "cancer", dat "kanker, kankergezwel" betekende. Deze naam is waarschijnlijk bedacht door Hippocrates rond 400 voor Christus. Hij gebruikte "cancer" als leenvertaling voor het Griekse woord 'karkínos', dat oorspronkelijk "krab" betekende..