Hier leggen we je uit wat een drogreden is! Een drogreden is een foutief argument. Vaak lijken drogredenen aannemelijk, maar dat zijn ze niet. Een drogreden kan een fout argument zijn omdat een argumentatieschema niet goed gebruikt wordt of doordat er een discussieregel wordt overtreden.
Een argument is ondeugdelijk als het weerlegd wordt door een degelijk argument, en het is verdedigbaar wanneer het niet deugdelijk of ondeugdelijk is.
Een drogreden, schijnreden of sofisme is een reden of redenering die niet correct is, maar wel aannemelijk lijkt.
Empirisch argument = ervaringsfeit. Beroep op autoriteit = beroep op iemand met veel verstand van de desbetreffende zaak. Vergelijking als argument = verwijzen naar hoe het ook kan/ging/etc. Moreel argument = ontleend aan idealen of religie.
Met een tegenargument of een tegenwerping ontkracht je een standpunt of een argument, je maakt dat standpunt of argument minder aanvaardbaar. Tegenargument en tegenwerping worden tegenwoordig gezien als synoniemen.
Nadat je een aantal alinea's met argumenten geschreven hebt, kun je je tekst nog sterker maken door een tegenargument te geven en deze te weerleggen. Ook dit doe je in een aparte alinea. Je bedenkt je dan waarom iemand het juist niet eens zou zijn met jouw standpunt.
Argumenten over de gevoelens die de tekst bij de lezer oproept (emotieve argumenten). Raakt het verhaal je? Hoe komt de sfeer van het verhaal over? Je gebruikt in je argumentatie bijvoorbeeld woorden als beklemmend, meeslepend, fascinerend, aangrijpend, verrassend, ontroerend.
doet ter zake en ondersteunt je standpunt op een constructieve manier; weerlegt mogelijke tegenargumenten; is belangrijk en dwingend zodat de tegenpartij het niet zomaar naast zich kan neerleggen.
Autoriteitsargument of verkeerde autoriteit
Hierbij wordt een autoriteit gebruikt die het met het standpunt eens is, dus dan moet het ook wel waar zijn. Dit hoeft geen deskundige autoriteit te zijn. Er wordt dan ten onrechte beroep gedaan op deze autoriteit.
De verkeerde vergelijking
Er worden twee zaken onterecht met elkaar vergeleken. Dit zijn dus zaken die eigenlijk niet te vergelijken zijn. Voorbeeld: Geschiedenislessen zijn helemaal niet belangrijk.
Een drogreden is een redenering die niet helemaal opgaat. Iemand suggereert een geloofwaardig verband tussen twee dingen, maar als je scherp luistert, is de redenering veel te kort door de bocht.
Een tegenargument herken je aan dezelfde signaalwoorden als die waaraan je argumenten herkent: dat blijkt uit, immers, namelijk, omdat, de reden hiervoor is en want.
Goede argumenten voldoen aan twee eisen: Een goed argument is juist. Dat wil zeggen: het is waar wat je zegt. Een goed argument is daarnaast geldig: het gaat over het onderwerp van het meningsverschil en niet over iets anders.
Ik doe liever geen eindexamen (standpunt), want ik kan niet goed tegen die spanning (waarderend argument). Dan wordt het voor jou belangrijk om te leren omgaan met die spanning (tegenargument), dan ga jij ook graag examen doen (standpunt).
Het SExI-argumentatiemodel
i staat voor drie woorden: State, Explain en Illustrate. Bij 'State' geef je met zo min mogelijk woorden aan dat de kern van je argument is. Daarna ga je bij 'Explain' stapsgewijs uitleggen wat je daarmee bedoelt. Tot slot geef je een voorbeeld waardoor het argument echt gaat leven.
Objectieve (feitelijke) argumenten kun je altijd controleren op hun juistheid. Subjectieve argumenten niet.
Proeven met dieren voor onderzoek moet verboden worden. Ouders moeten verplicht één dag in de week voor hun kinderen zorgen. Roddelbladen moeten verboden worden. De regering moet roken verbieden.
Een slechte spanningsboog, één met vele fouten (kan ik écht niet tegen, een gedrukt boek met nog allemaal spellings-, interpunctie- en grammaticale fouten erin), veel cliché's, geen eigen stijl, enkel dialoog of juist allee beschrijving.
Voorbeeld: Het is fijn dat de aarde opwarmt, want dan kunnen we in ons eigen land lekker veel zonnen (argument voor). Maar de kans dat je huidkanker krijgt,, wordt daardoor wel een stuk groter (argument tegen).
Om een tegenargument te formuleren, geef je antwoord op de volgende vragen: Wat is een logisch tegenargument met betrekking tot jouw standpunt? Dit is je kernzin. Dit is altijd de eerste of tweede zin van de paragraaf of alinea.
Je noemt de argumenten die je gaat gebruiken om jouw standpunt te onderbouwen. Gebruik hier hooguit vier argumenten die je met een woord of korte zin noemt. Verder vertel je natuurlijk ook of je tegenargumenten gaat behandelen.